1. Inhoudsmodel-praktijkmodel-conceptueel model.
Geven een systematiek weer van organiseren en toepassen van ergotherapeutische kennis met als
uiteindelijk doel een verandering te bewerkstellen in het menselijk systeem.
- Verbinden kernconstructies, visies en waarden vanuit paradigma.
- Bieden structuur aan het begrijpen en toepassen van bewijs van cliëntgerichte
ergotherapiepraktijk.
- Geven informatie over de inhoud van het probleem
- Kunnen beschikken over toepassingsinstrumenten of assessments
Gebaseerd op biomedisch of biopsychosociaal denken.
PEO,PEOP,MOHO, KAWA,CMOP,…
2. Procesmodel.
Geeft weer hoe een veranderingsproces volgens bepaalde fasering kan verlopen en hoe de beoogde
verandering bewerkstelligd wordt.
- Geven structuur aan bij het doorlopen van een proces.
- Geven aan hoe het oplossen van een handelingsprobleem kan bewerkstelligd worden.
- Verlopen in verschillende fasen.
- Algemeen van aard.
Canadian practice process framework (CPPF), occupational performance process model
(OPPM), occupational therapy intervention process model (OTIPM).
3. Spiritualiteit en occupatie.
Spiritualiteit is de essentie van het leven, het meest wezenlijke onderdeel van het zelf dat in alle
acties van de persoon tot uitdrukking komt.
Occupatie zijn menselijke handelingen die dikwijls onbewust uitgevoerd worden in functie van de
zelfrealisatie van de mens als individu en in functie van een door het individu ervaren bevredigend
leven. Dit als resultante van het evenwicht tussen de eisen en normen van het milieu en de
mogelijkheden en behoeften van de mens als wezen.
CMOP-E.
4. Occupationele context.
Dit is de plek waar de handeling wordt uitgevoerd.
De fysieke omgeving: Scholen, huizen maar ook de immateriële fysieke omgeving zoals zich
thuis voelen, herinneringen,…
De sociale omgeving: andere mensen spelen een belangrijke rol zoals mensen in de directe
nabijheid.
De institutionele omgeving: plaatsen waar mensen wonen die zorg nodig hebben of waar ze
activiteiten uitvoeren zoals school, werk, vrije tijd,…
De culturele omgeving: bv manier van koken, manier van eten,…
Person Environment Occupation Performance Model (PEOP).
5. Performantie capaciteiten.
Mentale en fysieke capaciteiten ten grondslag aan vaardige handelingsuitvoering
CMOP-E.
1
, 6. Enabling occupation.
Het in staat stellen, het mogelijk maken dat mensen de handelingen die zijn belangrijk en
betekenisvol vinden kunnen kiezen, organiseren en uitvoeren.
7. Hiërarchie versus Heterarchie van subsystemen of componenten.
In de eerste versie van het MOHO was er sprake van een hiërarchie van de subsystemen waarbij het
ene systeem hoger was dan het andere. Nu gaat men uit van een heterarchie waarbij alle
subsystemen gelijkwaardig zijn aan elkaar.
MOHO.
8. Volitie- of wilssubsysteem of component.
Wil, motivaties en keuzes op basis van interesses, waarden en normen.
MOHO, componenten van de persoon.
9. Personal causation (persoonlijk oorzakelijk verband, effectiviteit).
Valt onder volition, wil.
Persoonlijke effectiviteit verwijst naar een innerlijk beeld van de eigen mogelijkheden om dingen te
realiseren en een gevoel van doeltreffendheid.
MOHO, componenten van de persoon.
10. Habituatie- of gewenningssubsysteem of component.
Bestaat uit gewenning, routine, patronen in het dagelijkse handelen en het uitvoeren van rollen.
MOHO, componenten van de persoon.
11. Occupational participation.
Participatie verwijst naar handelen in de breedste zin en heeft betrekking op deelnemen aan de
maatschappij met persoonlijke en sociaal-maatschappelijke betekenis. Participatie betreft het
deelnemen aan handelingen in de 3 handelingsgebieden en die het leven van de persoon vormen en
die belangrijk zijn voor het welzijn.
MOHO, niveau van handelen.
12. Occupational performance (handelingsuitvoering).
Uitvoeren van afzonderlijke handelingen: opeenvolgende activiteiten of taken die een
samenhangend geheel vormen. Verwijzen naar onderliggende mogelijkheden.
MOHO, niveau van handelen.
13. Occupational skills (vaardigheden).
De afzonderlijke acties die gezamenlijk de uitvoering van een handeling vormen. Verwijzen naar het
daadwerkelijk toepassen van de mogelijkheden in concrete acties.
MOHO, niveau van handelen.
14. Omgevingsinvloed (Environmental impact).
De invloed die de omgeving (mogelijkheden, middelen, eisen en beperkingen) op de persoon heeft.
MOHO.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lindejanssens1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.04. You're not tied to anything after your purchase.