100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Infectieziekten 1 : Fungi (deel 2/5 infectieziekten) $5.35   Add to cart

Summary

Samenvatting Infectieziekten 1 : Fungi (deel 2/5 infectieziekten)

1 review
 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Deze samenvatting bevat het onderdeel Fungi dat behandeld wordt tijdens het vak infectieziekten. Dit vak wordt in het eerste jaar aan de UA gegeven. Dit onderdeel is het 2de deel van deze cursus bevattende het onderwerp fungi. De andere delen zijn ook verkrijgbaar.

Preview 6 out of 12  pages

  • September 3, 2023
  • 12
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: kvr06 • 8 months ago

avatar-seller
2023




Fungi: anatomie en replicatie
UNIVERSITEIT ANTWERPEN – BACHELOR 1 GENEESKUNDE – INFECTIEZIEKTEN 1




0

,Inhoud
1) Fungale pathogenen.........................................................................................................................1
2 grote groepen:.............................................................................................................................2
Ander onderscheid.........................................................................................................................2
Verschillende soorten infecties......................................................................................................2
1. Structuur & voorkomen fungi...........................................................................................................3
Structuur.........................................................................................................................................4
Voorkomen medische fungi............................................................................................................4
2.1 Morfologie fungi.........................................................................................................................4
2 vormen........................................................................................................................................4
2.2 Verschillen sporen fungi & bacteriën..........................................................................................5
Bacteriën........................................................................................................................................5
Fungi...............................................................................................................................................5
2. Taxonomie van de fungi...................................................................................................................5
Diagnostiek o.b.v.:..........................................................................................................................5
3. Classificatie van fungale infecties.....................................................................................................6
Algemeen........................................................................................................................................6
Indeling o.b.v. topografie (plaats van voorkomen).........................................................................7




1)Fungale pathogenen
1

,= schimmels en gisten die menselijke ziekten kunnen veroorzaken.

2 grote groepen:

 Gisten
o Bolvormige organismen
o Vnl. voortplanting via knopvorming
o Groei in kolonies
o Belangrijke klinisch vb. Candida spp! (normale flora) en Cryptococcus spp.
(omgeving), beiden opportunisten
 Filamenteuze fungi
o = ‘schimmels’
o Donzige structuur
o Lange draden met knopjes aan waar sporen kunnen ontstaan
o Belangrijk klinisch vb. Aspergillus! (opportunist)

Ander onderscheid

 Opportunisten
o Aanwezigheid in lichaam hoeft niet perse een ziekte te veroorzaken
 Ware/echte pathogenen
o Agressieve organismen
o Virulentie eigenschappen
o Kunnen meteen voor ziekte zorgen
o Vb. Coccidioides spp. En Histoplasma spp

→ andere behandeling/actie afhankelijk van dit onderscheid.




Verschillende soorten infecties

 Oppervlakkige infecties
o Meest voorkomende fungale ziekten (ongeveer bij 25% van de populatie)
o Vnl. veroorzaakt door dermatofyten
o Afhankelijk van levensstijl en klimaat waarin we leven (vocht, temperatuur,…)
o Weinig levensbedreigend, minst erge infecties
(Atletische voet: 1 op de 5 volwassenen
Ringworm van de hoofdhuid: treft 200 miljoen mensen wereldwijd
Onychomycose: 10% van de algemene bevolking wereldwijd (incidentie stijgt met geleden tot ~ 50% bij volwassenen ≥ 70 jaar
(nagelschimmel))


 Mucosale infecties
o Klassieker: vulvovaginitis (komt veel voor jonge vrouwen:
urineweginfectie → AB → darmflora uit evenwicht → infectie)
o Komt ook veel voor bij HIV-patiënten
50-75% van de vrouwen in de vruchtbare leeftijd lijdt aan minstens één episode van vulvovaginitis; 5-8% heeft minstens vier
episodes per jaar
Bijna 10 miljoen gevallen van mondspruw en 2 miljoen gevallen van slokdarmschimmelinfecties per jaar bij HIV/AIDS-patiënten.




 Diepere invasieve infecties


2

, o Zeldzaam maar zeer ernstig
o Vnl. Aspergillus!
o Bijkomend nadeel: medisch arsenaal nog beperkt
o LET OP: meer dan 90% van het aantal doden t.g.v. fungale
infecties is t.g.v. één van deze 4 genera:
 Cryptococcus
 Candida (ernstige invasieve infectie + ook in normale flora)
 Aspergillus
 Pneumocystis
o Incidentie veel lager dan oppervlakkige infecties, maar onaanvaardbaar hoog
sterftecijfer
Doodt ongeveer 1,5 miljoen mensen per jaar
o Problemen
 Hoge mortaliteit (eigen virulentie + beperkte behandeling)
 Weinig symptomen → moeilijke diagnose
 Overleving = afhankelijk van de snelheid van behandeling
 Weinig antifungale producten aanwezig
 Resistentie tegen antifungale producten




1.Structuur & voorkomen fungi
3

,Structuur
 Eukaryote cel
 → grotere structuren en uitgebreider
 Plasmalemma
 Membraan = één van de kwetsbare plekken (eigenlijk altijd)
 Bevat glycoproteïnen, fosfolipiden en ergosterol (o.a.)
 Vnl. ergosterolen = target voor meerdere antifungale producten, belang
antifungale therapie
 Chitine bevattende celwand
(Bevat ook complexe suikers, kan aangevallen worden door een andere klasse antifungale middelen)




Voorkomen medische fungi

 Saprofieten (op dood of afstervend organisch materiaal)
(Kunnen heel specifiek overleven op dood of afstervend organisch materiaal)
 Symbionten
 Samenleven van 2 organismen in beiden voordeel (vb. in darmflora)
 Commensalen
 Samenleven van 2 organismen
 1 heeft een voordeel
 De andere geen voordeel of nadeel
 Pathogenen
 Nadeel voor de gastheer




2.1 Morfologie fungi
2 vormen

1) Gisten = unicellulaire fungi (enkelcellig)
 Ronde of ovale cellen
 Facultatief anaëroob eigen energie krijgen
 Voortplanten door te delen
 Bv. Geen pathogenen: In brood, bier (suiker omzetten naar alcohol)

2) Schimmels = multicellulaire of filamenteuse fungi
 Filamenten of Hyfen:
 Lange buisvormige vertakte draden, lange strengen
(Op de filamenten → knopjes → productie van sporen)




Mycelium (meer weefselachtig) of thallus (plantvormig, paddenstoel)
(Meercellig/plantachtig voorkomen)
 Vegetatief mycelium: in de grond (voedselresortie)
 Reproductief mycelium: bovengronds (reproductieve sporen)
MAAR onderscheid is niet absoluut:

 Candida albicans:


4

,  Mycelium op bepaalde bodems
 Pseudohyfen met pseudomycelium in weefsels en kweek
 Dimorfe fungi (afhankelijk van groeicondities)
 Grond: filamenteus
 Weefsels: gistvorm




2.2 Verschillen sporen fungi & bacteriën
Bacteriën

 Prokaryoten
 Overlevingsvorm (zeer weerstandig)
 Replicatie: één cel → één spore → één cel
 Minder aangepast aan overleving in de omgeving


Fungi

 Eukaryoten
 Vermenigvuldigingsvorm (minder weerstandig)
 Replicatie: fungus → 1 of meerdere sporen (belangrijk voor reproductie) → fungi
 Voortplanting
 Aseksueel (medisch belangrijk)
 Conidia: Aspergillus
 Blastosporen: Candida
 Arthrosporen: Trichosporen
 Chlamydosporen: C. albicans/Histoplasma
 Sporangiosporen: Rhizopus
 Seksueel (belang in taxonomie)

 Betere aanpassing aan omgeving
 pH: 5,0
 Veelal aeroob (gisten facultatief anaeroob)
 Hoge weerstand osmotische druk
 Groei zelfs bij lage vochtigheid
 Minder H2 nodig
 Afbraak complexe suikers
 Vb. groei op geverfde muren, lederen schoenen, krantenpapier




2.Taxonomie van de fungi
Diagnostiek o.b.v.:

 Gisten

5

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller KV2004. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.35
  • (1)
  Add to cart