Summary
Samenvatting Leerdoelen Organisatie & Management
- Course
- Institution
- Book
Leerdoelen betreft het vak 'Organisatie & Management', inclusief Porter, BSC, BCG, 7S-model.
[Show more]Preview 1 out of 23 pages
Some examples from this set of practice questions
1.
Mieren werken samen om een mierenhoop te bouwen. Er zijn werksters en soldaten en er is zelfs een koningin. De mierenhoop groeit uit tot een aanzienlijke hoogte. Dankzij de mierenhoop kunnen de mieren zich handhaven in hun omgeving. A. Dit is doelgerichte samenwerking, dus de mieren hebben een organisatie. B. Alleen mensen kunnen zichzelf organiseren. De mieren volgen slechts hun instinct. De mieren hebben dus geen organisatie zoals dat is omschreven in de reader. C. De mieren werken samen om te overleven. Een enkele mier heeft geen kans. Het is dus wel degelijk een organisatie. D. De mierenhoop is geen doel maar een middel om te overleven. De mieren hebben dus geen organisatie.
Answer: B. Alleen mensen kunnen zichzelf organiseren. De mieren volgen slechts hun instinct. De mieren hebben dus geen organisatie zoals dat is omschreven in de reader.
2.
De voetbalvereniging Ajax is... A. een onderneming B. een bedrijf C. een organisatie D. geen van bovenstaande, Ajax is een voetbalclub
Answer: A. een onderneming
3.
Pak het model van Greiner erbij indien nodig. Casus Jan is zes jaar geleden een onderneming gestart. Na drie jaar was de organisatie uitgegroeid tot zo´n 30 medewerkers. Het groeide Jan een beetje boven het hoofd en hij heeft toen drie managers tussen hem en de mensen aangesteld. Vanaf die tijd ging het weer prima en de organisatie is in de daaropvolgende twee jaar doorgegroeid naar 80 medewerkers. De laatste tijd heeft Jan regelmatig stevige en emotionele aanvaringen met zijn managers. Volgens Jan gaan ze veel te veel hun eigen gang en stemmen ze niet zorgvuldig hun acties en beslissingen met hem af. Van welke crisis is hier, volgens het groeimodel van Greiner sprake en hoe is een verdere, gezonde groei van de organisatie te realiseren? A. Leiderschapscrisis, groei door dirigeren B. Autonomiecrisis, groei door delegeren C. Overlegcrisis, groei door verzakelijking D. Beheerscrisis, groei door coördineren
Answer: B. Autonomiecrisis, groei door delegeren
4.
Vier onderdelen van het 7S-model van McKinsey zijn ... A. strategy, structuur, systems en staff B. strategy, skills, sleutelvaardigheden en personeel C. Structure, skills, shared values en sleutelvaardigheden D. Structure, skills, shared values en cultuur
Answer: A. strategy, structuur, systems en staff
5.
Welke van onderstaande beweringen geeft het beste doel en werking van het 7S-model van McKinsey weer? A. Het model is een hulpmiddel voor het vaststellen van de organisatiekwaliteit. De organisatie wordt verdeeld in een aantal kwadranten waar vervolgens prestatie-indicatoren voor worden vastgesteld. B. Het model is een hulpmiddel voor het beschrijven en analyseren van een organisatie. Het model deelt de organisatie op in aspecten die elk afzonderlijk en in samenhang met elkaar worden beschreven en geanalyseerd. C. Het 7S-model bestaat uit: Strategie, Systemen, Stijl van management, Staff, Sleutelvaardigheden, Shared Values en Skills. D. In het model is een aantal resultaatgebieden gedefinieerd. Door hier gewenste resultaten in te plaatsen wordt duidelijk in welke organisatieonderdelen acties moeten worden uitgevoerd om de gewenste resultaten te bereiken.
Answer: B. Het model is een hulpmiddel voor het beschrijven en analyseren van een organisatie. Het model deelt de organisatie op in aspecten die elk afzonderlijk en in samenhang met elkaar worden beschreven en geanalyseerd.
6.
Bij de strijd om marktaandeel onderscheidt Ansoff vier verschillende groeistrategieën. Een onderneming kiest er voor om te “groeien met bestaande producten in nieuwe markten”. Van welke groeistrategie van Ansoff is hier sprake? A. Marktpenetratie B. Marktontwikkeling C. Productontwikkeling D. Diversificatie
Answer: B. Marktontwikkeling
7.
De onderneming “Gazelle rijwielfabriek” produceert verschillende modellen van fietsen. De verkoop van het model “topbike” is de afgelopen maanden sterk afgenomen. Potentiële kopers kiezen steeds vaker voor een model van de concurrent dat meer biedt voor dezelfde prijs. De verwachting is dat de verkopen van “topbike” steeds meer zullen dalen. In welk kwadrant van de BCG-matrix moet het model “topbike” geplaatst worden? A. Question marks B. Stars C. Cash cow D. Dogs
Answer: D. Dogs
8.
Coördinatie in organisaties betekent dat taken en functies op elkaar zijn afgestemd. Mintzberg onderkent vijf coördinatiemechanismen voor een optimale afstemming. “In een organisatie is de inhoud van de uit te voeren werkzaamheden beschreven, inclusief de wijze waarop gewerkt moet worden. Iedere medewerker kent ook de inhoud van zijn werkzaamheden”. Van welk coördinatiemechanisme volgens Mintzberg is hier sprake? A. Direct toezicht B. Onderlinge aanpassing C. Standaardisatie van kennis en vaardigheden D. Standaardisatie van werkprocessen
Answer: D. Standaardisatie van werkprocessen
9.
Voor een goede resultaatbeheersing geldt een aantal voorwaarden. Eén van die voorwaarden is dat het te behalen resultaat specifiek moet zijn omschreven. Nog twee andere voorwaarden zijn …? A. Acceptabel en tijdgebonden. B. Meetbaar en redelijk. C. Capaciteit en vaardigheden. D. Kennis en tijd.
Answer: A. Acceptabel en tijdgebonden
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evorhauer. Stuvia facilitates payment to the seller.
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
70055 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now