Werkgroepen 1 Leerdoelen kennistoets OWE3
• Lesweek 1
Leg het begrip gezondheid uit, gebruik makend van verschillende begrippen
In 1948 luidde de definitie van gezondheid volgens de WHO als volgt:
Een toestand van volledig fysiek, geestelijk en sociaal welbevinden en niet slechts het ontbreken
van ziekte of gebrek.
Er is in 2009 door Huber echter een nieuwe definitie opgesteld, omdat het praktisch onhaalbaar
was. Deze is als volgt:
Gezondheid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de
sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven.
Dimensies gezondheid
Er zijn 3 dimensies waarop gezondheid onderscheiden kan worden:
1. Lichamelijke gezondheid: het ontbreken van lichaamsstoornissen en lichaamsbeperkingen.
Wordt ook wel objectieve gezondheid genoemd.
2. Psychische gezondheid: heeft te maken met oriëntatie vermogen naar tijd, plaats en
persoon, de aanwezigheid van korte- en langetermijngeheugen en de afwezigheid van
angst en stress.
3. Sociale gezondheid: staat voor deelneming/participatie en ‘goed’ functioneren in de
samenleving
Dimensies ziekte
Ook kan ziekte ingedeeld worden in de drie verschillende dimensies. In het Engels wordt er
onderscheid gemaakt tussen disease, illness en sickness.
1. Disease: aantoonbare medische- biologische afwijkingen. Deze wordt bepaald door
deskundige.
2. Illness: ziekte-ervaring. Je voelt je niet lekker. Het is aan de patiënt om dat te beoordelen.
Het gaat om een subjectieve ervaring en wordt bepaald door het individu.
3. Sickness: sociale component: iemand gedraagt zich als patiënt en zo wordt dat ook erkend
door de omgeving.
Welke factoren zijn van invloed op de gezondheid van mensen?
Er zijn heel erg veel verschillende factoren die iets te maken hebben met de gezondheid van mensen,
dus dit is een kleine greep uit voorbeelden:
- Erfelijkheid
- Sociale status
- Sociaal leven
- Mogelijkheid om te kopen wat je wil (sociaal economische status)
- Voedingspatroon
- Slaappatroon
- Sporten
- Psychische gesteldheid
, • Lesweek 2
Wat betekenen de termen gezondheidsindicatoren, epidemiologie, morbiditeit, incidentie,
prevalentie, mortaliteit, QALY en DALY?
Gezondheidsindicatoren geven cijfermatig inzicht in het niveau van gezondheid en ziekte onder
de bevolking.
Epidemiologie: een vakgebied wat zich bezig houdt met het inzichtelijk maken van de
gezondheidstoestand van de bevolking. Het richt zich op het bestuderen van het vóórkomen van
gezondheidsproblemen en het vóórkomen van andere verschijnselen.
Morbiditeit: staat voor het percentage mensen met een gezondheidsprobleem in een populatie.
Binnen de morbiditeit zijn zowel de nieuwe ziektegevallen als de al aanwezige ziektegevallen
belangrijk. Dit zijn incidentie en prevalentie.
Incidentie: het nieuwe aantal zieken of ziekten in een populatie over een bepaalde periode.
Prevalentie: het aantal mensen dat op een bepaald moment lijdt aan een ziekte. Verhouding
van het aantal personen dat op een bepaald moment ziek is, gedeeld door alle personen die de
aandoening hadden kunnen ontwikkelen, hiermee bereken je een percentage.
Mortaliteit: geeft het percentage personen weer dat sterft aan een bepaalde aandoening gedurende
een bepaalde tijdseenheid.
QALY: Quality-Adjusted Life Years. Hiermee bepaal je de kwaliteit van leven gedurende een
periode die wordt doorgebracht met een ziekte, handicap of beperkingen. Via een formule kun
je de waarde van de QALY bepalen, deze ligt tussen de 0 en de 1. Een QALY van 1 geeft een
optimale kwaliteit van leven aan.
DALY: Disability Adjusted Life Years. Hierin wordt informatie over mortaliteit, morbiditeit en
kwaliteit van leven gecombineerd. Aantal mensen dat aan een gezondheidsprobleem lijdt, de
ernst van het gezondheidsprobleem, de sterfte aan het gezondheidsprobleem en de leeftijd
waarop deze optreedt worden weergegeven in DALY´s. Het wordt ook wel burden of disease
genoemd, omdat het staat voor het aantal gezonde jaren dat een populatie verliest door
ziekte en aandoeningen. DALY´s is een maat die is opgebouwd uit het aantal verloren
levensjaren (door vroegtijdige sterfte) en het aantal jaren met gezondheidsproblemen,
gewogen naar de ernst van de ziekte. 1 DALY staat voor 1 verloren levensjaar.
Wat betekenen etiologisch, prognostisch en diagnostisch?
Etiologisch: factoren die bepalend zijn voor het ontstaan van een gezondheidsprobleem, ze gaan
vooraf aan het probleem.
Prognostisch: factoren die maken dat een al aanwezig gezondheidsprobleem verergert of stopt.
Diagnostisch: factoren die duidelijk maken of er sprake is van een bepaald gezondheidsprobleem.
Hierdoor kun je ziektes opsporen.
,Wat zijn de meest voorkomende gezondheidsproblemen bij mensen met diabetes?
Wondjes genezen slechter, vanwege de slechtere doorbloeding in de capillairen (kleine
bloedvaatjes). Ook is het gevoel in de uiteinden van de ledematen steeds minder. Risico op hart- en
vaatziekten. Slechter zicht, omdat de kleine vaatjes in je ogen kapot gaan. Nierproblemen, omdat
daar de kleine vaatjes ook niet meer goed werken.
Wat betekenen primaire, secundaire en tertiaire preventie?
Er zijn verschillende vormen van preventie:
- Primaire preventie
o Nadruk gelegd op het dusdanig voorkomen van een ziekte dat deze geen kans krijgt,
bijv. handhygiëne → voorkomen van ziekten, stoppen met roken → voorkomen van
longziekten.
- Secundaire preventie
o Verloop van de ziekte wordt zo gunstig mogelijk beïnvloed door vroege diagnostiek,
ofwel vroege opsporing van ziekten, bijvoorbeeld bevolkingsonderzoek waaruit blijkt
dat je een aandoening hebt.
- Tertiaire preventie
o Voorkomen van complicaties en ziekteverergering bij patiënten, bijvoorbeeld je
conditie verbeteren voor een operatie aan een aandoening. Je bent dan al ziek maar
probeert zoveel mogelijk complicaties te voorkomen.
Wat betekent therapietrouw?
Therapietrouw is het gewillig en blijvend volgen van de door een arts voorgeschreven behandeling
door een patiënt. Bijvoorbeeld het uitvoeren van oefeningen of het nemen van medicatie.
Verondersteld wordt dat een verminderde therapietrouw kan leiden tot een verhoogd risico op
ziekte, sterfte en hogere kosten.
Welke zorgtechnologie kan worden toegepast om therapietrouw te bevorderen?
- Een app die herinneringen geeft om medicatie in te nemen.
- Een klok die ook herinneringen geeft om medicatie in te nemen.
- Videobellen met een wijkverpleegkundige om te laten zien dat een handeling is uitgevoerd/
hoe een handeling wordt uitgevoerd.
- Digitaal gegevens insturen naar de arts, zodat je minder vaak naar het ziekenhuis hoeft.
• Lesweek 3
Wanneer kun je zeggen dat iemand een psychiatrisch probleem heeft?
Op het moment dat iemand gedeeltelijk of helemaal het contact met de werkelijkheid heeft
verloren. Je kunt de consequenties van je eigen handelen niet meer overzien.
Je spreekt van psychiatrische aandoeningen wanneer het dagelijks leven van mensen zo dusdanig
verstoord wordt dat zij niet meer ‘normaal’ kunnen functioneren en een behandeling noodzakelijk is.
, Hoe kunnen sociale factoren psychisch (on)welbevinden beïnvloeden?
Op het moment dat je bij niemand in (bijvoorbeeld) je klas of op de sportvereniging aansluiting kunt
vinden, kan dit er toe leiden dat je psychisch achteruit gaat. Je hebt het idee dat je niet interessant
genoeg bent en dat je niet goed genoeg bent etc. Daarentegen kan je psychisch welbevinden juist
heel erg verbeteren op het moment dat jij het naar je zin hebt op bijvoorbeeld je werk.
• Lesweek 4
Welke gezondheidsproblemen en verpleegproblemen kunnen een rol spelen bij psychotische
stoornissen?
Gezondheidsproblemen
- Droge mond (bijwerking van medicatie)
- Sociale isolatie
- (verergering van) depressie
- Niet goed voor jezelf zorgen (veelvoorkomend bij psychoses)
- Overgewicht door stresseten
- Weinig bewegen
- Diabetes
- Hart- en vaatziekten
- Metabool syndroom
Verpleegproblemen
- Angst
- Wantrouwen
- Geheugen- en concentratiestoornissen
Welke soorten coping strategieën zijn er en noem voorbeelden?
De coping strategieën zijn te verdelen in 2 soorten:
1. Actieve coping strategie: de patiënt pakt zijn probleem/stressvolle situatie aan.
2. Passieve coping strategie: de patiënt laat zijn probleem/stressvolle situatie over zich heen
komen en is erg afwachtend.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller felien2004. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.10. You're not tied to anything after your purchase.