Bewegingsapparaat, Geneeskunde, Leerjaar 3, Maastricht University (GEN3002)
Institution
Maastricht University (UM)
Het document betreft een samenvatting van alle leerdoelen behorende bij de themaweek 'orthopedie'. De leerdoelen heb ik zelfstandig uitgewerkt middels de aanbevolen literatuur. Op het eindexamen 'Bewegingsapparaat' heb ik een 'uitstekend' behaald.
Bewegingsapparaat, Geneeskunde, Leerjaar 3, Maastricht University (GEN3002)
All documents for this subject (15)
1
review
By: hauwloeks2002 • 8 months ago
Seller
Follow
marjoleinreintjes
Reviews received
Content preview
Gehele uitwerking – orthopedie
Leerdoel 1: Wervelkolomproblemen (rug én nek) zoals: kyfose, scoliose, posttraumatische klachten
CWK, lumbago, (aspecifieke) (chronische) lage rugklachten e.c.i., spondylolyse, spondylolisthesis,
artrose CWK.
Kyfose
De normale wervelkolom heeft een lordotische bocht in de cervicale en lumbale regio met ertussen
in de thoracale regio een kyfotische curve. Door deze curves staat de wervelkolom in het saggitale
vlak in balans op het bekken. Er zijn variaties op deze normale krommingen. Bij het ouder worden
neemt de lumbale lordose af → leidt tot adaptieve veranderingen in de stand van het bekken en
onderste extremiteiten. Verstoring van de sagitalle balans door pathologische processen heeft voor
de pt. ernstige gevolgen. Verstoringen in het normale sagitalle alignement kunnen ontstaan door
bijvoorbeeld een fractuur van een wervel die in een wigvorm genezen is. Hierdoor ontstaat een
lokale kyfose van de wervelkolom. Bij de Schuermann-kyfose treedt een versterkte kyfose van de
gehele thoracale wervelkolom op. Hierdoor ontstaat een meer gegeneraliseerd kyfose die
gecompenseerd moet worden in de lumbale en cervicale WK. Bij de Bechterew-kyfose zien we naast
een thoracale ankylose ook een versterkte thoracal kyfose. Maar door de ankylose van de wervels
van de lumbale wervelkolom, is compensatie van de verstoorde saggitale balans in de LWK niet meer
mogelijk. Bij de pt. met een spondylolisthesis is er sprake van het omgekeerde. Door het naar voren
schuiven en afglijden van de wervel L5 t.o.v. het bekken ontstaat er een versterkte lumbale lordose
die weer in de thoracale wervelkolom gecompenseerd wordt. Is compensatie van veranderingen in
de wervelkolom in de wervelkom zelf niet meer mogelijk, dan zal de pt. door zijn bekken te kantelen
of de knieën te buigen toch de wervelkolom saggitaal in balans houden.
Dus natuurlijke krommingen zijn nodig voor flexibiliteit en stabiliteit van de wervelkolom. Deze
krommingen kunnen echter ook te groot zijn, waardoor een bolle rug (hyperkyfose / bochel) of holle
rug ontstaan (hyperlordose). De hyperkyfose is vaak thoracaal gelokaliseerd, maar soms ook lumbaal.
Meestal ervaart men naast de bochel geen klachten, soms treden er toch pijnklachten op.
Hyperkyfose treedt vooral op bij jongens in de groei, tussen de 13 en 17 jaar.
Pathofysiologie
(Hyper)kyfose kan verschillende oorzaken hebben:
• Ziekte van Scheuermann (structureel) → deze aandoening wordt gekenmerkt door een
hyperkyfose. De bolling ontwikkelt zich gedurende de groei doordat 3 of meer wervels
ongelijkmatig groeien. De wervels krijgen hierdoor een wigvorm, waardoor de werverkolom
voororver buigt en stijf wordt. Dit kan soms ook pijn geven. De oorzaak van de ziekte van
Scheuermann is onbekend. Bij deze aandoening ontstaat er een versterkte kyfose van de
, gehele thoracale wervelkolom. Hierdoor ontstaat een meer gegeneraliseerde kyfose die
gecompenseerd moet worden in de lumbale en cervicale wervelkolom.
• Door verkeerde houding (functioneel) → door voortdurend voorover zitten en slappe
rugspieren. Bij kinderen goed te corrigeren door houdingsaanpassingen en fysiotherapie.
• Door verlammingen of spier- / zenuwziekten → door slechte samenwerking van spieren
en/of zenuwen ontstaat een te sterke bolling in de rug. Meestal gepaard gaand met scoliose.
• Congenitaal
Scheuerman
We hebben allemaal een thorocale kyfose. We spreken van een hyperkyfose als deze boven de 50
graden komt. Je hebt een niet-structurele/houdings-kyfose waarbij er sprake is van slappe spieren
(oefeningen therapie is aangewezen). En een structurele hyperkyfose. De meest voorkomende
oorzaak van de structurele vorm is: Morbus Scheuermann. Dit is rigide/gefixeerd en geeft pijn
(thoracolumbaal en lagere thoracale wervelkolom). Ziekte van Bechterew, osteoperose en
spondylolisthesis kunnen ook oorzaken zijn.
Bij de ziekte van Scheuermann zijn de dekplaat en de ringapofyse van de wervels aangedaan. Een
stoornis in de groei aan de ventrale zijde van de apofyse leidt een wigvormige verandering van het
wervellichaam. 3 of meer op elkaar gestalde wigvormige wervellichamen wordt aangeduid als de
ziekte van Scheuermann. Deze ziekte betreft meestal de thoracale regio, met de top rond Th9. De
tussenwervelschijven zijn vaak onregelmatig en kunnen defect zijn. Op röntgenfoto is
osteochondrose met schmorl-noduli te zien (protrusie van discus materiaal in het corpus vertebrae).
M. Scheuermann komt bij 5% van de kinderen voor.
De ziekte van Scheuermann treedt vanaf de groeispurt op, dus bij jonge tieners. De manifestatie is
dan veelal pijnloos; bij volwassenen gaat de ziekte meestal met lage rugpijn gepaard. Een versterkte
laagthoracale of thoracolumbale kyfose gaat met duidelijk meer rugklachten gepaard dan de hogere
locaties. Ook de lumbale wervels kunnen aangedaan zijn, maar meestal pas wat later in de groei,
tegen het einde van de skeletrijping. Door de lordose in deze regio ontstaat minder vaak een
kyfotische deformiteit. Wel zou deze variant met een afgenomen beweeglijkheid gepaard gaan en
ook meer (lage) rugklachten veroorzaken. Ook zou de incidentie van spondylolyse dan verhoogd zijn.
Etiologie
Geen duidelijke oorzaak bekend; er moet gedacht worden aan de combinatie van:
• Erfelijke aanleg
• Tijdens de groei inwerkende mechanische overbelasting van de wervellichamen
Dit uit zich in onregelmatige dekplaten: osteochondrose-haarden (schmorlnoduli).
Ziekte komt ook vaker voor bij sporter dan bij niet-sporters.
Diagnose
Bij inspectie is een bolling van de rug te zien. De diagnose kan bevestigd worden door röntgenfoto
waarbij de zijkant wordt getoond. Kyfose komt vaker bij jongens voor en scoliose komt vaker bij
meisjes voor. Scheuermann specifiek komt vaker bij jonges voor.
Behandeling
Soms worden braces, oefentherpaie en eventueel medicamenten voorgeschreven. Chirurgisch
ingrijpen gaat met een vrij hoog complicatierisico gepaard. Bij groot cosmetisch/mechanisch
probleem kan operatie geïndiceerd zijn.
Braces woren gedragen tot het kind volledig is uitgegroeid.
Het bestaat voornamelijk uit het ontlasten van de wervelkolom in de acute fase. Zwaar tillen wordt
dus afgeraden, maar het belang van een goede conditie van het spierkorset moet worden benadrukt.
Een brace is dus geïndiceerd als kinderen nog in de groei zijn. De oefeningen die bij een milde
,Scheuermann worden gedaan zijn voornamelijk houdingsoefeningen (eventueel onder begeleiding
van therapeut) die een bijdrage kunnen leveren aan het herstel. Als het heel ernstig is (> dan 75
graden) kan een operatie worden afgewogen, waarbij zowel de techniek als de risico’s vergelijkbaar
zijn als die van scoliose. Meestal is dorsale behandeling eerste keus, soms wordt ventrale benadering
toegevoegd voor optimale correctie.
Dus: vooral houdingstherapie en braces toegepast → zelden is een operatie noodzakelijk.
Prognose
Deze ziekte duurt meestal een paar jaar totdat de groei is gestopt. De kromming blijft meestal maar
wordt niet meer erger en de vergroeiing is meestal niet ernstig. De klachten van rugpijn zijn vaak
tijdelijk, maar op latere leeftijd hebben mensen met deze aandoening iets vaker rugklachten dan
gemiddeld, maar het geeft geen beperkingen op lange termijn.
Scoliose
Scoliose is een zijdelingse verkromming van de wervelkolom in het frontale vlak. In feite is er sprake
van een 3D deformiteit, bestaande uit een combinatie van zijdelingse verkromming, lordose en
rotatie. Scoliose is pas een scoliose bij een buiging van meer dan 10 graden.
De rotatie van de wervelkolom (met hieraan de processus transversi en thoracaal de ribben) zorgt
voor het zien van de gibbus bij voorover bukken.
• Functioneel: kromme rug als gevolg van een beenlengte verschil of een houdingsafwijking.
Zodra de patiënt gaat zitten of door de plankjesproef wordt de scoliose opgeheven.
• Structureel: scoliose kan niet worden opgeheven en is dus het gevolg van een scheve groei
van de rug.
Alle ziekte die gepaard gaan met verlamming van de rompspieren in de fase van de groei kunnen
leiden tot een vorm van scoliose: aangeboren ziekte van de spieren & zenuwstelsel, maar ook
poliomyelitis en traumatische dwarslaesies, zolang ze zich manifesteren in de groei.
, Diagnose
➢ Röntgenfoto: hierop is het beste te zien of er sprake is
van een scoliose is. Je trekt hierbij een raaklijn langs de
bovenste sluitplaat van de meest gekantelde craniale
wervel en langs de onderste sluitplaat van de meest
gekantelde caudale wervel die bij de bocht hoort →
Cobbse hoek. Wordt ook gebruikt als maat voor de
ernst van een scoliose.
➢ Kijk naar de houding: staat iemand in balans, kijken
naar beenlengteverschil → bekken staat ook schuin
(compenseren rug)
➢ X-bending: Je bekijkt de flexibiliteit met bending foto’s.
Patiënt naar de ene en naar de andere kant laten
bewegen. Er wordt zichtbaar hoe flexibel re rug is en in
hoeverre die te corrigeren is.
➢ Voorover buigen (buk-test): door een duikbeweging te
maken is te zien dat één schouder meer uitsteekt dan
de ander. Je kan ook een verschil zien in de ribbenkast.
➢ Dus: diagnose wordt meestal gesteld door LO i.c.m.
röntgenopname van de gehele wervelkolom. Op de
röntgenfoto wordt de scoliose bepaald door bepaalde
hoeken van de kromming te meten.
➢ Ontwikkelt zich net vóór of in begin puberteit en
behoort pijnloos te zijn. Bij pijnklachten op de
voorgrond is scoliose vaak niet alléén de oorzaak. Bij elk
rug onderzoek hoort een neurologisch been-onderzoek naar kracht/sensibiliteit en reflexen.
➢ Indien bij LO aanwijzingen zijn voor structurele scoliose dient röntgenonderzoek te worden
gedaan: Cobb-meting drukt scoliose uit. Door opeenvolgende metingen, zowel uitwendig als
via röntgen, kan men progressieve vorm van stationaire vorm onderscheiden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marjoleinreintjes. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.89. You're not tied to anything after your purchase.