Recht&Bestuur heeft te maken met IVK omdat;
De bevoegdheden en verantwoordelijkheden op het gebied van veiligheid
liggen bij de verschillende organen van het openbaar bestuur (de overheid), op
verschillende niveaus. Bevoegdheden en organen hebben een
publiekrechtelijke grondslag (recht).
Op gemeentelijk niveau liggen de bevoegdheden bij de Burgermeester, in
het kader van openbare orde en veiligheid.
De veiligheidsregio (GHOR) heeft bevoegdheden in het kader van rampen
& crisis
Op landelijk niveau heeft de regering bevoegdheden in het kader van de
Nationale veiligheid
Het huis van Thorbecke; de grondlegger van de verschillende
bestuurslagen (Europa -> rijk -> provincie -> gemeente) grondwet van 1848.
De Staat der Nederlanden (art. 2, lid 1, BW); Nederland is een publiekelijk
rechtspersoon met rechten en plichten.
De Koninkrijk der Nederlanden; met de voormalige koloniën van NL; Aruba,
Curaçao en Sint Maarten. Bonaire, Sint Eustatius en Saba (openbaar lichaam).
Om een staat te zijn moet je aan 4 dingen voldoen
1. Je moet een specifiek grond gebied hebben (grenzen)
2. Er is een bevolking, er moet een volk zijn
3. Er is bevoegd gezag. Een wettelijke ordening met bestuurlijke organisaties
die gezaghebbend de wet- en regelgevend kunnen handhaven.
4. Het moet erkent worden door andere staten, (of ze lid zijn van de verenigde
naties)
Bepaalt door de Montevideo Conventie in 1933.
Republiek: de regering heeft de macht
Rechtspersoon: iedereen heeft rechten en plichten, maar de wet bepaalt, en je
moet je eraan houden. je kan rechtshandelingen verrichten
Constitutie: alle geschreven en ongeschreven regels hebben te maken met de
regels van de staat
federale eenheidsstaat: deelstaten zijn gelijk aan het gezag, alles heeft
evenveel macht
De 5 kenmerken van een rechtsstaat
5. Bevoegdheden vastgelegd in wetten (legaliteitsbeginsel). de wet bepaald:
alles moet in de wet staan voordat er iets kan gebeuren
6. trias politica: wetgevende macht, uitvoerende macht en rechtsprekende
macht
7. persvrijheid
8. vrije en geheime verkiezingen
9. grondrechten en grondwet
Geen constitutioneel hof!
Gedecentraliseerde eenmansstaat: er zijn lagere overheden waar
bevoegdheden worden overdragen maar het heeft wel een hiërarchie.
1.
, Staatsorganisatie met verschillende bestuurslagen, waarbij de relatie tussen de
bestuurslagen berust op de samenhang van autonomie, medebewind en toezicht
legaliteitsbeginsel: Al het overheidshandelen dient gebaseerd te zijn op
bevoegdheden die zijn vastgelegd in de wet.
ministeriële verantwoordelijkheid: ministers hebben de meeste verantwoordelijk -
>
vertrouwensregel = motie van wantrouwen, er is niet meer genoeg
vertrouwen in de minister dus dan moeten ze opstappen
autonomie (gemeente): je mag zelf bepalen, eigen bevoegdheid. Je mag
beslissen over eigen regelgeving.
medebewind: regels maken uit opdracht van hogere macht/wetgeving. Taken
moeten uitvoeren namens het Rijk.
toezicht: controleren of de regels worden nageleefd door hogere macht,
nationale overheid kan besluiten van lagere overheden vernietigen
Les 2
Parlementair stelsel: word het parlement direct door het volk gekozen,
democratisch
Het parlement van NL: bestaat uit de Staten-Generaal
Staten-Generaal -> de Eerste en de Tweede kamer samen (sinds 1815)
Dualisme: NL is dualistisch -> de Tweede kamer is onafhankelijk van de
regering.
De regering bestaat in NL uit de Koning en de Ministers (kroon = synoniem
voor regering)
NL is een constitutionele monarchie = staatsvorm waarbij de macht van de
monarchie (= land dat wordt bestuurd door een erfelijk vorst, zoals een koning)
beperkt is door een grondwet.
Kabinetsformatie word door regels an gewoonterecht (staat niet in de
grondwet) bepaald.
De 4 fases hoe de Kabinetsformatie word gevormd.
10. Verkenningsfase -> de Tweede kamer stelt een ‘verkenner’ aan en
benoemt op basis van dienst bevindingen 1 of meerdere informateurs
(regelement van orde van de Tweede kamer)
11. Infomatie fase: de informateurs bekijken hoe partijen samen kunnen
komen en werken
12. Coalitie fase:
13. Fromatie fase: de Tweede kamer benoemt een Fromateur (beoogd
premier/minister president; de leider van de grootste partij in de regering)
14. Regeerakkoord: ze vormen een coalitie.
Minister (=kabinet): hoogste functionaris in het staatsbestuur die samen met
andere ministers en de staatssecretarissen de regering vormt.
Ministers worden benoemt bij Koninklijk Besluit -> ministeriële
verantwoordelijkheid en de vertrouwensregel.
Minister is altijd verantwoordelijk
Staten-Generaal -> de Eerste en de Tweede kamer samen (sinds 1815)
De Staten-Generaal vertegenwoordigen het gehele Nederlandse volk
We hebben in NL een evenredige vertegenwoordiging; elke stem telt
2.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller veravanstam. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.