samenvatting tentamen strategisch hrm (cijfer 8,3) (vak: HR in business) jaar 2 semester 1
30 views 2 purchases
Course
Strategisch HRM (2000STH_22)
Institution
Hogeschool Van Amsterdam (HvA)
dit is een volledige samenvatting van het tentamen strategisch HRM voor het vak HR in business. dit hoort bij semester 1 van jaar 2. samenvatting is op basis van boek EN kennisclips
- Je kunt voor de organisatie relevante kenmerken van en ontwikkelingen in de omgeving
methodisch analyseren.
- Je kunt de ontwikkelingen in de omgeving beschrijven als kansen en bedreigingen voor de
onderneming.
- Je kunt een stakeholdersanalyse maken
Kennisclip DESTEP:
Het is belangrijk om de externe contact in kaart te brengen, ondanks dat een organisatie hier weinig
invloed op heeft.
de DESTEP houdt in: het analyseren van externe context, dus de ontwikkelingen, bedreigingen en
kansen. Dit kan namelijk van invloed zijn op de doelgroep en arbeidsmarkt.
Demografisch: de groei, de omvang en de samenleving van de bevolking.
Economisch: trends in economische kenmerken (bankcrisis, globalisering).
Sociaal maatschappelijk: de consument wordt in kaart gebracht (individualisering).
Technologisch: trends in technologische ontwikkelingen (robotisering).
Ecologisch: de hele fysieke omgeving van bedrijven (milieu).
Politiek juridisch: de wet en regelgeving (arbeidsrecht).
Kennisclip stakeholders:
Stakeholders: iedereen die door jouw acties wordt beïnvloedt en iedereen waarvan hun acties jou
beïnvloeden.
Influence: hoeveel invloed/macht kan iemand uitoefenen?
interest: hoeveel interesse is er om invloed uit te oefenen? ( invloed kan je organiseren, bijvoorbeeld
vakbonden.)
,Om iedereen betrokken te houden bij een verandering, is de boodschap die je naar buiten brengt
belangrijk:
- voor iedereen hetzelfde
- je kan voor verschillende lagen verschillende elementen eruit halen
- zelfde centrale boodschap
Literatuur werkplaats 1.3
- Je kunt de veranderende arbeidsmarkt in Nederland schetsen
- Je kunt de institutionele veranderingen op het gebied van de arbeidsverhoudingen in
Nederland schetsen
- Je kunt de externe analyse onderbouwen met relevante grafieken/overzichten.
Kennisclip: de arbeidsmarkt
Op de arbeidsmarkt wordt de vraag van arbeid en het aanbod van arbeid/sollicitanten bij elkaar.
Hieruit volgt een salaris onderhandeling. Inmiddels is de arbeidsmarkt een stuk complexer geworden.
De verschillende arbeidsmarkttheorieën:
Neoklassieke benadering: hier herken je het meeste een markt, arbeid is een heel normaal product
en de prijs wordt elke dag opnieuw bepaald op de arbeidsmarkt. Het loon ligt niet vast, dit heeft te
maken met hoe groot de vraag en schaarste is naar arbeid.
- de arbeid is homogeen -> iedereen doet ongeveer hetzelfde qua arbeid ( fabriekswerk,
boerenwerk)
- werknemers zijn 100% inwisselbaar -> kwaliteiten maken dus niet veel uit
- mensen weten over het algemeen heel goed waar het werk te vinden is , mensen weten of ze naar
fabriek x of boer y moeten lopen.
Zoektheorie: gaat over hoe een werknemer de arbeidsmarkt juist helemaal niet kan overzien. Die
weet niet goed waar de beste baan is, waar het salaris hoog genoeg is etc. hierdoor blijft de
werknemer zoeken tot hij ziet wat hij waard is. Als hij een baan vindt waar hij meer kan verdienen,
gaat de werknemer automatisch ontslag nemen.
- Hierdoor heeft de werkgever een risico dat de werknemer binnen afzienbare tijd weer weg is, dit
betekent dat de werkgever ook terughoudend is, met name in de beginperiode.
-Dit gebeurt in de vorm van bijvoorbeeld een tijdelijk contract of werknemers nog niet gaat scholen
omdat het risico er is dat ze op enig moment weer vertrekken.
, Matchingstheorie: niet alleen werknemers vertonen zoekgedrag maar ook werkgevers. Werknemers
zoeken verder naar de perfecte baan, maar werkgevers zijn ook op zoek naar de perfecte
werknemers. Ze weten als de werknemer in dienst komt, nog niet helemaal wat voor vlees ze in de
kuip hebben.
- Beide hebben imperfecte informatie -> werkgever weet dus niet wat de kwaliteiten zijn van de
werknemer en de werknemer weet nog niet of er ergens een betere baan met betere vooruitzichten
is. Hoe langer de dienstverband duurt, hoe minder dit natuurlijk wordt.
- Je leert elkaar en de waarde van elkaar en van het werk steeds beter kennen. Hoe beter de match
is, hoe hoger het salaris zal zijn.
Human-capitaltheorie: wordt helemaal niet gekeken naar 100% inwisselbaarheid. Het uitgangspunt is
dat er wordt gekeken naar kennis en vaardigheden van medewerkers juist verschillen en dus ook het
leervermogen verschilt.
-Dit betekent ook dat de investeringen die je doet in het personeel zullen verschillen.
- arbeid is geen homogeen product, er zijn juist verschillende kwalificaties nodig voor arbeid.
- mensen maken juist verschil, ze investeren in hun kennis en vaardigheden en de 1 zal dit meer doen
dan de ander waardoor de aangeboden niveau van arbeid zal gaan verschillen.
- productiviteit van arbeid kan dus erg verschillen aan de hand van de kennis en vaardigheden die
iemand heeft.
- kan beïnvloedt worden door hier meer of minder in te investeren.
- komt voor dat werkgever hoog gekwalificeerde medewerkers wil hebben alleen hier zelf niet in wil
investeren. Ze proberen dan mensen weg te kapen bij andere bedrijven, dit zorgt voor een
neveneffect waardoor de werkgever niet meer goed durft te investeren in de werknemers met
trainingen en opleidingen want ze zijn bang dat werknemers de organisatie zullen verlaten. Dit wordt
opgelost met terugbetalingsregelingen.
Waardenmodel: dit model gaat er niet vanuit dat de werknemer van baan verandert als er ergens
een beter salaris te vinden is.
- Een medewerker is niet alleen op zoek naar een goed salaris, maar ook naar goed werk waar
iemand iets uit kan halen.
- Ze zoeken dus toegevoegde waarde in hun werk, wat ze zoeken ligt natuurlijk aan de persoon. Denk
aan bijvoorbeeld groeimogelijkheden, leuke collega’s, werk dichtbij huis etc.
- hoe meer aansluiting er is tussen wat de werknemer zoekt en de werkgever geeft, hoe meer
gedeelde waarde er is. Dit gaat vooral om hoogopgeleiden doordat zij de luxe hebben om zich meer
te veroorloven dan alleen bezig te zijn met brood op de plank.
- Hoe hoger de toegevoegde waarde is voor beiden, hoe hoger de betalen prijs is. Toch moet het wel
in verhouding blijven (weegschaal), de prijs die je betaald moet namelijk niet te hoog zijn, je moet er
wel genoeg voldoening uit halen.
- Voor de organisatie is de toegevoegde waarde belangrijk doordat de werknemer wel genoeg moet
blijven bijdragen voor de prijs.
Interne arbeidsmarkt -> het in dienst nemen van werknemers en hierin investeren in plaats van
steeds losse krachten aan te nemen. Werknemers kunnen hierdoor intern doorgroeien ( “lifetime
employement”/ een baan voor het leven) dit heeft niet per se de voorkeur van werkgevers,
werkgevers zoeken een vaste kern van werknemers met daaromheen een cirkel van flexibel
personeel. Onder flexibel personeel valt de externe en de interne flex. Denk aan zzp’ers,
vakantiekrachten etc.
Transitionele arbeidsmarkttheorie -> tegenhanger van interne arbeidsmarkt. Wordt uitgegaan van
verschillende keuzes die iedereen maakt tijdens zijn leven en loopbaan. En er zijn verschillende
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isaxisa2003. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.82. You're not tied to anything after your purchase.
