100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Tentamenstof Goederenrecht $7.71   Add to cart

Summary

Samenvatting Tentamenstof Goederenrecht

 17 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van het boek en jurisprudentie. En aantekeningen van het hoorcollege en werkgroepen.

Preview 3 out of 24  pages

  • September 12, 2023
  • 24
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Goederenrecht
Week 1: Eigendom van onroerende zaken,
beperkte genotsrechten en overdracht onder
voorbehoud van een beperkt recht
Literatuur
GoederenrechtH1
Art. 3:3 BW: onroerende zaken, lid 2: overige is roerend
Duurzaam met de grond verenigd: naar aard en inrichting bestemd om duurzaam ter plaatse te
blijven: bedoeling van de bouwer, naar buiten toe kenbaar, verkeersopvatting (technische mogelijkheid
van verplaatsing is niet van belang)
Art. 3:10 BW: registergoederen: overdracht/vestiging inschrijving in openbare registers is noodzakelijk:
Bestanddelen zijn geen zaken in de zin van het recht omdat zij geen zelfstandig bestaan leiden.
Art. 3:4 lid 1 BW: bestanddeel wegens verkeersopvattingen: feitelijke samenhang  HR Depex/Curatoren:
zijn zaken in constructief opzicht op elkaar afgestemd of moet de hoofdzaak als onvoltooid worden
beschouwd bij ontbreken van bestanddeel.
Art. 3:4 lid 2 BW: bestanddeel als een zaak niet van een andere zaak kan worden losgemaakt zonder
schade van betekenis toe te brengen.
 Natrekking: bestanddeel  deel van de andere zaak geworden
 Zaaksvorming: meerdere voorwerpen  heel nieuw voorwerp
Eigendomssituatie is geregeld in art. 5:14 en 5:20 BW
Beperkt recht (art. 3:8 BW) is afgeleid uit het ‘moederrecht’.
Afhankelijke rechten (art. 3:7 BW): recht gaat teniet met het recht waar zij aan verbonden is en kan alleen
overgaan op een andere persoon in samenhang met dat recht.
H6
Overdracht vereist levering. Levering is afhankelijk van de vraag tot welke categorie goederen het
behoort.
- Onroerende zaak: art. 3:89 lid 1
- Registergoederen: art. 3:89 lid 4, schakelbepaling
Bestemde tussen partijen opgemaakte notariële akte + inschrijving in openbare registers
H10
Kadastrale indeling: om eigendomsrecht op grond te bewerkstelligen is grond kunstmatig opgedeeld in
stukken.
Art. 5:20 lid 1 BW: grondeigenaar is in beginsel altijd ook eigenaar van de gebouwen, bomen en planten
op zijn grond
Eigendom door natrekking: art. 3:4  art. 5:3  art. 5:20 lid 1
Wat behoort tot eigendom van de grondeigenaar?
- Water: art. 5:20 lid 1 sub d: is res nullius totdat iemand het zich toe-eigent. Grondeigenaar heeft
exclusief gebruiksrecht
- Gebouwen en beplantingen: ook eigendom als ze duurzaam met de grond zijn verenigd.
Art. 5:20 lid 1 sub e: is het gebouw/werk een bestanddeel van eens anders onroerende zaak, dan
behoort het aan een ander toe.
Art. 5:21 BW: eigenaar heeft een exclusief gebruiksrecht
Art. 5:24 BW: de staat wordt van rechtswege eigenaar van onroerende zaken die geen andere eigenaar
hebben.

, H12
Art. 3:8 BW: beperkt recht is afgeleid uit een meeromvattend recht  moederrecht, welke met dat
beperkte recht is bezwaard.
Beperkte rechten op goederen zijn absolute rechten
- Genotsrechten: rechten die genot van een goed geven
- Zekerheidsrechten: rechten die een schuldeiser een voorrang verlenen bij de verdeling van de
executieopbrengst van een goed
Art. 3:81 BW: limitatief stelsel van beperkte rechten:
- Boek 3: vruchtgebruik, pand en hypotheek
- Boek 5: erfdienstbaarheden, erfpacht en opstal
Beperkte rechten ontstaan door vestiging  art. 3:98 BW: schakelbepaling, vestiging van een beperkt
recht op het goed gaat op dezelfde manier als de overdracht van dat goed  art. 3:84 BW.
Vereisten voor vestiging
- Art. 3:81 lid 1: zelfstandig recht
- Art. 3:83 lid 1: recht moet overdraagbaar zijn; eigendom/beperkte rechten vorderingsrechten
- Art. 3:81 lid 1: ‘binnen de grenzen van dat recht’ (zaaksgevolg)
- Art. 3:84:
o Titel: art. 3:84 lid 2, voldoende bepaald
o Beschikkingsbevoegd
o Vestigingshandeling: verschilt naargelang het goed waarop het recht wordt gevestigd
Beperkte rechten kunnen in beginsel worden overgedragen, art. 3:83 lid 1: wet/aard van het recht kunne
zich tegen de overdracht verzetten.
Afhankelijke rechten kunnen naar hun aard niet worden overgedragen  volgen het recht waaraan zij
verbonden zijn (art. 3:82).
Art. 3:80 lid 4: men verkiest goederen op de voor iedere soort in de wet aangegeven wijzen  art. 3:81 lid
2: tenietgaan beperkte rechten:
1) Tenietgaan van het hoofdrecht
2) Tijdsduur
3) Afstand
4) Opzegging: allen mogelijk als de bevoegdheid hiertoe is bedongen of bevoegdheid uit de wet
voortvloeit
5) Vermenging: hoedanigheden van beperkt gerechtigde en hoofdgerechtigde in dezelfde
persoon/personen worden verenigd.
Art. 3:106: beperkt recht kan door verjaring teniet gaan
Beperkte rechten:
 Erfdienstbaarheid: art. 5:70 BW: last waarmee een erf ten bate van een ander erf is bezwaard.
Afhankelijk recht ten aanzien van de eigendom van het erf. Vereist een subjectief nut.
Art. 5:71 BW: erfdienstbaarheid is beperkt tot feitelijke handelingen. Eigenaar van het dienende
erf heeft een passieve rol
o Heersend erf: eigendom van heersend erf (plus extra): beperkt recht van
erfdienstbaarheid. Overgang heersend erf  erfdienstbaarheid gaat van rechtswege
mee over (3:82)
o Dienend erf: bezwaarde eigendom van dienend erf minus erfdienstbaarheid. Overgang
dienend erf  zaaksgevolg: gaat niet méér over dan bezwaard eigendomsrecht.
 Erfpacht: art. 5:85 BW: zakelijk recht van eens anders onroerende zaak het volledige genot te
hebben en daarvan de vruchten te trekken. Partijen kunnen zelf de duur van het recht bepalen.
De inhoud wordt in sterke mate bepaald door de bij de vestiging overeengekomen
erfpachtvoorwaarden.
o Bepaalde duur/eeuwigheid
o Canon (huur)/afgekocht
o erfpachtvoorwaarden
 Opstal: art. 5:101 BW: zakelijk recht om in/op/boven eens anders onroerende zaak gebouwen,
werken of beplantingen in eigendom te hebben of te verkrijgen. Er is scheiding van de

, ondergrond en hetgeen erop is verbouwd, maar art. 5:103 BW bepaalt dat opstaller ten aanzien
van de grond alleen die bevoegdheid heeft die voor het volle genot van zijn recht nodig zijn.
Kan als zelfstandig recht worden gevestigd, maar ook als afhankelijk recht (art. 5:101 lid 2 BW)
 Vruchtgebruik: art. 3:201 en 3:222 BW: absoluut recht op goederen van een ander om daarvan
het gebruik te hebben en de vruchten te genieten. Dur is afhankelijk van het leven van de
vruchtgebruiker (art. 3:203 lid 2 en 3 BW)
Beperkt recht met een absoluut karakter. Ontstaat door vestiging of verjaring (art. 3:202 BW).


Aantekeningen
Goederen: art. 3:1 BW:
- Zaken/eigendom: art. 3:2 en 5:1 BW
- Vermogensrechten: art. 3:6 BW
Twee mogelijkheden voor natrekking:
- 3:4 jo. 5:3
1) 3:4 lid 2: schade van betekenis
2) 3:4 lid 1, verkeersopvattingen verder uitgewerkt Depex ro. 3.7:
o Incompleet
o Constructief op elkaar afgestemd
3) Geen/wel natrekking
- Art. 3:3 lid 1 jo. art. 5:20 lid 1 sub 3:
o Onderscheid directe (gebouw of werk is verbonden met de grond) vereniging
 HR Portacabin ro. 3.3: bestemmingscriterium:
 Bedoeling bouwer naar buiten
 Bestemming buiten
Dan kijken naar verkeersopvattingen
o Indirecte (gebouw of werk is verbonden met ander gebouw of werk) vereniging:
 Werk = constructie door mensenhanden gemaakt
 HR Portacabin op grond van Havenkranen ro. 3.3.2/WKK ro 3.3.3



Week 2: verkrijging en verlies van goederen,
bezit en houderschap
Literatuur
GoederenrechtH3
Art. 3:80 lid 1: goederen kunnen via algemene en bijzondere titel worden verkregen:
- Algemene titel: verkrijging van een geheel of een evenredig deel van een vermogen
- Bijzondere titel: verkrijging van een nader bepaald goed
Art. 3:80 lid 2: verkrijging onder algemene titel:
- Erfopvolging: art. 4:182 lid 1, bij overlijden erflater volgen erfgenamen hem van rechtswege op
Art. 3:80 lid 3: verkrijging onder bijzondere titel:
- Overdracht
- Verjaring
- Onteigening
 Derivatieve verkrijging: wanneer de verkrijger zijn recht op het goed door rechtsovergang
ontleent aan een ander  rechtsvoorganger
 Originaire verkrijging: verkrijger ontleent zijn recht op het goed niet aan een rechtsvoorganger,
recht ontstaat nieuw bij hem
Bij overdracht van een goed waarop een beperkt recht is gevestigd, verwerft de verkrijger een goed dat
met dat beperkte recht is belast.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jukevdvelde. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.71. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75759 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.71  1x  sold
  • (0)
  Add to cart