KG-KB 5 aantekeningen van ________________________________________________
het Oost-Romeinse rijk
Een van de laatste Romeinse keizers, Constantijn, verplaatste in
330 zijn hele hofhouding naar Byzantium (dat werd toen
Constantinopel genoemd, in 1453 werd het Istanbul) Er ontstond
een Oost- en een West-Romeins rijk. Het Rooms-katholicisme werd
de staatsgodsdienst. Keizer Justinianus (527-565) bouwde er de
Aya Sophia met de bedoeling om alle andere religieuze gebouwen
in schoonheid te overtreffen. Nadat in 476 de laatste Romeinse
keizer was afgezet (val van het
West-Romeinse rijk) probeerde
Justinianus nog om de zaak te
redden door Ravenna tot
bestuurscentrum te maken.
Onder Justinianus werd Ravenna een centrum van Byzantijnse macht, kunst en cultuur.
In de Byzantijnse wereld spraken afbeeldingen van heiligen (als voorwerp van verering) de mensen
emotioneel sterker aan dan de rationeel bedachte symbolen van de vroeg-christelijke kunst. In elk huis
hing een icoon, een klein portret van een heilige of een religieuze voorstelling.
Maar in de 8ste en 9de eeuw werd het maken en hebben van iconen verboden, op grond van het
Bijbelse verbod om afbeeldingen en beelden te aanbidden. Ook de keizer verbood dit, het kwam hem
waarschijnlijk wel goed uit, omdat de kerk inmiddels erg machtig was geworden. Het verbod op
afbeelden heet iconoclasme. Hoewel men er streng op toezag, waren er zo ontzettend veel iconen, dat
het een moeilijk uit te roeien kunstvorm was. Ook kwamen er later weer voorstanders van Bijbelse
afbeeldingen (de iconodulen) zodat het verbod in 843 weer werd opgeheven.
bouwkunst
De vroeg-christelijke kerken hadden een groot, rechthoekig middenschip, met aan
weerszijden zijbeuken. Het plafond was vlak. Het lange middenschip eindigde aan
één kant (het Oosten) in een halfronde nis: de absis.
In vroege tijden stond hier de bisschopszetel. De ruimte boven de zijbeuken was
minder hoog dan het
middenschip: zo kon er boven
door ramen licht naar binnen
vallen. Voordat je de kerk
binnenkwam, liep je door het
atrium naar de narthex, een
soort overdekt voorportaal.
Vermoedelijk mochten daar
vroeger de mensen staan die graag christen wilden worden, maar nog niet waren
gedoopt en daarom nog niet in de kerk mochten komen.
Om deze reden bouwde men later ook een aparte doopkapel (Baptisterium) voor de
kerk.
De muren waren versierd met mozaïeken.
Langzamerhand ontstond er weer een verschuiving van de kunstontwikkeling naar het voormalige West-Romeinse rijk. Daar heerste
eeuwenlang chaos: vooral de zesde en de zevende eeuw na Christus waren een periode van diep verval. Van het centrale gezag was
niets over. Recht en orde waren verdwenen. Bandieten trokken plunderend rond. De macht was in handen van honderden plaatselijke en
regionale heersers, die hun onderdanen met volstrekte willekeur behandelden en onderling voortdurend oorlog voerden. Deze wetteloze
toestand ging gepaard met afbraak en verarming. Er heersten hongersnoden, en men had te lijden van invallen van de Noormannen. Deze
Noordelijke volken brachten wel hun eigen vormentaal mee. De rondtrekkende volksstammen ontwikkelden geen ‘eeuwigdurende’
bouwkunst of beeldhouw- en schilderkunst, maar mooie, gebruiksvoorwerpen die makkelijk verplaatsbaar waren.
Dat waren prachtig versierde voorwerpen met gestileerde plant- en diermotieven, uitgevoerd in hout, ivoor of metaal. Ze werden versierd
met ingewikkelde vlechtpatronen. Ook op grafstenen en inhandschriften kwamen deze patronen terug. Het kostte heel veel tijd en
concentratie om dat te maken, maar men zag dat als een eerbetoon aan God.
Een van de stijlen uit de vroege middeleeuwen is de Keltische kunst. De Kelten
hadden in Ierland en Groot-Brittannië eigen tradities in stand weten te houden, maar in de
5de eeuw bekeerden zij zich tot het Christendom. Dieren waren hun levensbehoud en
waren daarom bij volksstammen een zeer geliefd onderwerp om uit te beelden. Bovendien
paste het afbeelden van menselijke figuren ook niet in hun traditionele godsdienstige
ideeën, de mens zou een afspiegeling van de godheid zijn en kon daarom niet afgebeeld
worden. Zo ontstond het vaak decoratieve karakter van de Middeleeuwse kunst.
decoratief =
UC ms vroeg-christelijke en byzantijnse kunst 300-600 1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MikeWazowski. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.