Altruïsme → het verrichten van een handeling ten gunste van een ander zonder daar zelf enig belang
of voordeel bij te hebben.
Altruïstische persoonlijkheid → de eigenschappen die ervoor zorgen dat een individu anderen helpt
in een groot aantal verschillende situaties.
Analytische denkstijl → manier van denken waarbij mensen zich richten op de kenmerken van
objecten zonder aandacht te schenken aan de context; deze manier van denken is gebruikelijk in de
westerse wereld.
Angst-ambivalente hechtingsstijl → een hechtingsstijl die wordt gekenmerkt door de angst dat
anderen het verlangen naar intimiteit niet zullen beantwoorden, wat leidt tot een hogere dan
gemiddelde mate van angst (meestal inconsistent en dominant in hun affectie. Hun kinderen zijn vaak
angstig omdat ze niet kunnen voorspellen wanneer en hoe hun verzorgers op hun behoefte zullen
reageren).
Angstmanagementtheorie → de theorie die inhoudt dat zelfvertrouwen een buffer is die mensen
beschermt tegen angstwekkende gedachten over hun eigen sterfelijkheid.
Anker- en correctieheuristiek → mentale aanname waarbij mensen een getal of waarde als beginpunt
gebruiken en vervolgens onvoldoende op dit ankerpunt corrigeren.
Attributietheorie → beschrijving van de manier waarop mensen de oorzaken van hun eigen en
andermans gedrag verklaren.
Automatisch denken → denken dat onbewust, onopzettelijk, onwillekeurig en zonder inspanning
geschiedt.
Barrière van overdreven zelfvertrouwen → gegeven dat mensen gewoonlijk te veel vertrouwen op
de nauwkeurigheid van hun eigen oordelen.
Behaviorisme → stroming in de psychologie die de stelling verdedigt dat men, om menselijk gedrag te
kunnen begrijpen, slechts hoeven te kijken naar de bekrachtigende eigenschappen van de omgeving,
dat wil zeggen: hoe positieve en negatieve gebeurtenissen in de omgeving verband houden met
specifieke gedragingen.
Beoordelingsheuristiek → mentale aanname die mensen gebruiken om snel en efficiënt te kunnen
oordelen.
Beschikbaarheidsheuristiek → mentale aanname waarbij mensen een oordeel baseren op het gemakt
waarmee ze zich iets voor de geest kunnen halen.
Besmetting → de snelle verspreiding van emoties of gedrag door een menigte.
Bestraffingseffect → bevinding dat positieve opvattingen van mensen over de sociale wereld ten
gevolge van bewijzen van het tegendeel kunnen omslaan naar zeer negatieve opvattingen.
Bias blind spot → de neiging om te denken dat andere mensen ontvankelijker zijn voor attributionele
fouten dan wijzelf.
Bicultureel → je ontleent je identiteit niet alleen aan een enkele cultuur, maar aan meerdere culturen.
, Blaming the victim → de neiging om individuen de schuld te geven (dispositionele attributies te
maken) van hun slachtofferrol, meestal ingegeven door het verlangen om de wereld als een
rechtvaardige plek te beschouwen.
Blaming the victim → het slachtoffer van een misdrijf of ongeluk wordt als veroorzaker gezien van hun
eigen pech.
Blootstellingseffect (mere exposure effect) → hoe meer we worden blootgesteld aan een stimulus,
hoe groter de kans is dat we er sympathie voor gaan opbrengen.
Causale theorieën → theorieën over de oorzaken van eigen gevoelens en gedragingen.
Coderen → uitdrukken of voortbrengen van non-verbaal gedrag, zoals glimlachen of iemand op de rug
kloppen.
Cognitieve dissonantie → drijfveer of onaangenaam gevoel van spanning dat wordt veroorzaakt door
twee of meer onverenigbare cognities. Volgens latere definities wordt cognitieve dissonantie
veroorzaakt door het feit dat men een handeling verricht, die in tegenspraak is met de gebruikelijke
positieve opvatting van zichzelf.
Communale relaties → relaties waarin mensen vooral willen inspringen op de behoeften van de ander.
Conformisme → een verandering in iemands gedrag als gevolg van de reële of ingebeelde invloed van
andere mensen.
Construct → de manier waarop mensen de sociale wereld waarnemen, begrijpen en interpreteren.
Contacthypothese → veronderstelling dat vooroordelen afnemen als er sprake is van gelijkwaardig
contact tussen groepen, waarbij beide groepen gemeenschappelijke belangen en hetzelfde doel
hebben.
Contingentietheorie van leiderschap → het idee dat de effectiviteit van leiderschap zowel afhankelijk
is van hoe taak- of persoonsgericht de leider is, als van de mate van controle en invloed die de leider
op de groep heeft.
Counter-attitudinal advocacy → een mening verkondigen die in tegenspraak is met je eigen
opvattingen of attitudes.
Covariatiemodel → theorie die stelt dat om een attributie te kunnen maken over de oorzaak van
iemands gedrag, we systematisch kijken naar het patroon tussen de aan- of afwezigheid van mogelijke
causale factoren en het wel of niet optreden van het gedrag.
Decoderen → interpreteren van de betekenis van non-verbaal gedrag van andere mensen, zoals de
conclusie dat een klopt op de rug een uitdrukking van minachting is, en niet van vriendelijkheid.
Defensieve attributies → verklaringen voor gedrag waarmee we gevoelens van kwetsbaarheid en
sterfelijkheid vermijden.
De-individuatie → proces waarbij mensen hun zelfbewustzijn verliezen doordat zij opgaan in de groep.
Als gevolg hiervan ontstaat een gevoel van anonimiteit, wat leidt tot een toename van impulsief en
afwijkend gedrag.
Delegerende stijl → een leiderschapsstijl die zich distantieert van zowel taak- als persoonsaspecten in
de groep.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maximeth. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.40. You're not tied to anything after your purchase.