Dit zijn alle kennisclips van SOMT MMT22M01 - LWK/Bekken 1. In de samenvatting staat alles over.
1. Lage rug - beenpijn
2. Lage rug - beenpijn referred pain
3. Somatische lage rugpijn
4. Lage rug- beenpijn: raduclair syndroom
5. Lage rug- beenpijn: mechanosensitiviteit
6. Betrouwbaarheid,...
Prognostische factoren die rugpijn in stand houden:
Genetische factoren
Psychische factoren
o Realistische cognities
o Distress (werkgerelateerd)
Leefstijlfactoren
o Veel/weinig sporten
o Roken
o Slaap
Comorbiditeiten
o Artrose
Sociale factoren
o Opleidingsniveau
o Fysiek werk
o Begrip vanuit omgeving
Biologische factoren
o Hypomobiliteit
o Motor control stoornis
Wat is lage rugpijn?
Pijn tussen de schouderbladen en bil.
Pijn in een of beide benen, soms samengaand met neurologische symptomen in de onderste
extremiteit.
Nociceptieve imput lage rug-beenpijn
Specifieke lage rugklachten: met herkende oorzaak (koppeling met een aandoening)
o Viscerale structuren
Organen (lekkende aorta)
o Somatische structuren
Fractuur
Gezwel
Spondyloarthropathy
Epiduraal abcess (infectie ruggenmerg)
Cauda equina syndroom (neurologische structuur)
o Neurologische structuren
Radiculopathy, radiculaire pijn, spinale stenose
Aspecifieke lage rugklachten: Zonder herkende oorzaak (geen koppeling met een
aandoening)
o Er is nociceptieve input, vanuit somatische/neurologische structuren
,Pijn types
Nociceptief
o Geprovoceerd door activatie van nocisensoren
o Dreigende weefselschade (niet neuraal weefsel)
o ‘Strain”
Inflammatoir
o Daadwerkelijk weefselschade
o “Sprain”
o Ontsteking, infectie (RA, acuut trauma)
Neuropatisch
o Pijn t.g.v. laesie van het zenuwstelsel
o Schietend, brandend, stekend, tintelend
o Radiculopathie, tirgeminus neuralgie, neuritis
Disfunctioneel
o Pijn t.g.v. verstoorde nociceptie zonder daadwerkelijke weefselschade of laesie
zenuwstelsel
o ‘Tissue not the issue’
o Fibromyalgie, tension type headache etc.
Indeling lage rugpijn
,Kennisclip 2 Lage rug-beenpijn referred pain
Classificatie van pijn:
Pathofysiologie
o Nociceptief
o Inflammatoir
o Neuropatisch
o Disfuctioneel
Duur
o Acuut
o Chronisch
Lokalisatie
Lokale pijn: De plaats van de nocisensorische prikkeling = de plaatst waar de pijn ervaren wordt
Belasten/betasten van de plek van de pijn verhoogd de pijn
Referred pain: De plaats van de pijn ≠ de plaats van de nocisensorische prikkeling
Belasten/betasten van de plek van de pijn verhoogd/veranderd niet te pijn.
Karakteristieken referred pain:
Diep, zeurend en drukken gevoel
Lokalisatie niet met één vinger aan te wijzen
Niet geassocieerd met neurologische uitvalsverschijnselen
Niet gevoeld in dermatomen, wel in de bindweefsel innervatie
o Scleratomen, myotomen
Bevindt zich (vaak) in hetzelfde segmentale weefsel als de bron van de pijn.
Diagnostiek:
Tijdens diagnostiek heeft referred pain een hogere intensiteit nodig om te provoceren en provocatie
op te wekken.
Kan gebruikt worden om te beoordelen welke diepliggende somatische structuren (mogelijk)
geprikkeld worden niet welke anatomische bron of oorzaak de pijn heeft.
Viscerale lage rugpijn: Naast rugpijn ervaren patiënten ook autonome reacties. Zweten, bleek zien,
misselijkheid stoornis digestives, verandering lichaamstemperatuur, bloeddruk en hartslag.
Nociceptieve lage rugpijn:
o Oorzaak: prikkeling van nociceptoren vanuit structuren uit de rug die geïnnerveerd
zijn.
Spieren, ligamenten, facet gewrichten of fascia.
o Karakter: hypersensitiviteit (gain of function) zonder neurologische
uitvalsverschijnselen (loss of function)
o Locatie: blijft in het gebied van het letsel/prikkeling van de nocisensoren
o Herstel naar normaal weefselherstel
Potentiële bronnen van lage rugpijn:
Een structuur moet …
1. Geïnnerveerd zijn
2. Moet in staat zijn om bij prikkeling klinisch herkenbare lage rugpijn te veroorzaken
3. Plausibele oorzaak (ziekte/letsel) voor lage rugpijn, waardoor de geïnnerveerde structuur
gevoelig wordt.
4. Valide/betrouwbaar in kaart gebracht kunnen worden (diagnostiek)
Innervatie wervelkolom
Nervus spinalis (spinale zenuw)
o Dorsale en Ventrale wortel
o Dorsale ramus vertakkingen
Lateral branch
Innerveert m. illiocostalis lumborum
De huid (L1-L3): de bil, costarand, trochanter major
Intermediate branch (motorisch takje)
Innerveert m. longissimus
Medial branch (klinische waarde)
Innerveert m. multifidus
o Mediale branch L1 innerveert multifidus met origo aan L1
M. + lig. Interspinalis
2 zygapophysial joints facetgewrichten
o Elk takje innerveert 2 facetgewricthen (L1 innoveert L1-L2 en
L2-L3)
o Ventrale ramus vertakkingen
Innoveert wervelkolom musculatuur (lateraal/ventrale zijde)
M. psoas major & m. quadratus lumborum
o Plexus lumbalis
o Plexus lumoscacralis: Bekken en het been (perifere entrapment neuropathieën)
Sympatische grensstreng (sympathetic trunk): Innoveert organen in het abdomen en bekken
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Isavdburgt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.62. You're not tied to anything after your purchase.