Hoorcollege
Formele vragen (art. 348 Sv)
Vraag 1: Is de dagvaarding geldig?
- Dagvaarding geldig VS nietigheid van de dagvaarding (art. 349, lid 1 Sv).
- Functies dagvaarding.
Persoonsaanduidingsfunctie.
Oproepingsfunctie.
Informatiefunctie.
Beschuldigingsfunctie (art. 261 Sv).
Vraag 2: Is de rechtbank bevoegd?
- Rechtbank is bevoegd VS rechtbank is onbevoegd (art. 349, lid 1 Sv).
- Absolute competentie: geeft aan welke rechter bevoegd is om kennis te nemen van
een bepaald onderwerp.
- Relatieve competentie: geeft aan in welke plaats in Nederland een procedure
gestart moet worden.
Vraag 3: Is de officier van justitie ontvankelijk in de vervolging?
- OvJ ontvankelijk VS niet ontvankelijkheid van de OvJ (art. 349, lid 1 Sv).
- Vervolgingsbeletselen (ontbreken klacht, verjaring, etc.).
Vraag 4: Zijn er redenen de vervolging te schorsen?
- Geen reden de vervolging te schorsen VS schorsing der vervolging (art. 349, lid 1
Sv).
Materiële vragen (art. 350 Sv)
Vraag 1: Is bewezen dat het ten laste gelegde feit door de verdachte is begaan?
- Zo niet, dan vrijspraak (art. 352, lid 1 Sv).
- Let op: bestanddelen en elementen.
Bestanddelen: zinssnede uit een delictsomschrijving. Moet worden bewezen.
Elementen: voorwaarden die niet in de delictsomschrijving zijn opgenomen.
Hoeven niet te worden bewezen maar wordt wel verondersteld aanwezig te
zijn (wederrechtelijkheid).
Vraag 2: Kan het bewezen verklaarde worden gekwalificeerd?
- De bestanddelen moeten overgenomen worden in de tenlastelegging. Zo niet, dan
ontslag van alle rechtsvervolging (art. 352, lid 2 Sv).
- Legaliteitsbeginsel: alles wat de overheid doet, moet gebaseerd zijn op de wet +
nieuwe wetten mogen niet met terugwerkende kracht worden toegepast.
Vraag 3: Is het bewezenverklaarde wederrechtelijk / strafbaar?
- Men moet voldoen aan het element wederrechtelijk. Zo niet, dan ontslag van alle
rechtsvervolging (art. 352, lid 2 Sv).
- Rechtvaardigingsgronden.
Vraag 4: Is de verdachte verwijtbaar / strafbaar?
, - Men moet voldaan aan het element verwijtbaarheid. Zo niet, dan ontslag van alle
rechtsvervolging (art. 352, lid 2 Sv).
- Schulduitsluitingsgronden.
Vraag 5: Welke sanctie wordt opgelegd?
Week 1: Inleiding
Hoorcollege 1
, Wat is materieel strafrecht?
Drie onderdelen
1. Strafbaarstellingen.
Bevatten delictsomschrijving + sanctienorm.
Opgedeeld in misdrijven en overtredingen.
Nadere onderscheidingen mogelijk.
2. Algemene Leerstukken van strafrechtelijke aansprakelijkheid (zie algemeen deel
WSr).
3. Sanctierecht (aldus Kelk / de Jong).
Rechtsdelicten: strafbaatstellingen die essentiële normen beschermen. Het strafbaar stellen
is een beroep op de gewetensfunctie van de mens. Er is een subjectief bestanddeel vereist.
Wetsdelicten: delicten die een ander type norm beschermen, en dan voornamelijk de orde
van de maatschappij. Er is geen subjectief bestanddeel vereist. Enkel het handelen is
voldoende.
Krenkingsdelicten: er is wel al sprake van leed.
Gevaarzettingsdelicten: gaat over de situatie waarin er nog geen sprake is van leed.
Formeel omschreven delicten: gaat over delicten waarbij het handelen centraal staat.
Materieel omschreven delicten: gaat over delicten waarbij het gevolg van het handelen
centraal staat.
Plaatsbepaling materieel strafrecht
- In relatie tot formeel strafrecht: langs de weg van het formele strafrecht wordt het
materiele strafrecht verwezenlijkt.
- In relatie tot andere rechtsgebieden: elk rechtsgebied heeft zijn eigen invulling van
begrippen.
Bronnen van materieel strafrecht
Bronnen van materieel strafrecht
- Internationale verdragen.
- EU-recht.
- De wet (commuun en bijzonder strafrecht).
- Nationale en internationale rechtspraak.
Betekenis van bronnen
- Primaat van de wet.
- Primaat van het wetboek van het strafrecht.
- Maar de praktijk is weerbarstig.
Nederlands strafrecht 1886-heden
Nederlands strafrecht 1886 – heden
- Tot 1886: Franse Code Pénal (1810) van kracht.
- 1886: inwerkingtreding nieuw nationaal wetboek van strafrecht.
Wetboek gekenmerkt door: eenvoud, rechterlijke interpretatie- en
straftoemetingsvrijheid, terughoudendheid (liberaal).
Klassieke richting: manier van denken van over het strafrecht. Het strafrecht moet ordenen
en de burger beschermen tegen een willekeurig optredende overheid.
Behouden gebleven sinds 1886
- Algemene leerstukken niet / nauwelijks gedefinieerd. Nadere uitwerking overgelaten
aan de rechtspraak.
- Tweedeling (misdrijven / overtredingen).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kelseyvanwoggelum. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.05. You're not tied to anything after your purchase.