Inleiding tot het internationaal en Europees recht
Summary
Samenvatting Inleiding tot het Internationaal recht
23 views 1 purchase
Course
Inleiding tot het internationaal en Europees recht
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Book
Inleiding tot het internationaal recht
Grondige samenvatting van het deeltje 'Inleiding tot het Internationaal recht' van het vak 'Inleiding tot het Internationaal en Europees recht '. Samenvatting is gebaseerd op Powerpoints, hoorcolleges en cursus. Geslaagd in eerste zit.
Inleiding tot het internationaal en Europees recht
All documents for this subject (23)
Seller
Follow
meesterjuju
Reviews received
Content preview
Samenvatting internationaal
recht
DEEL I: ALGEMENE KENMERKEN
1.1 Wat is internati onaal recht?
Geen algemeen aanvaarde definitie!
VROEGER: “volkenrecht” (droit des gens/law of nations) = regelen van betrekkingen tussen volkeren
Foutieve benaming WANT centrale actoren = ‘staat’
NU: niet enkel tussen staten maar ook bescherming aan individuen: int’le organisaties (IO’s) en niet-
gouvernementele organisaties (ngo’s) vermijden van discriminatie door int’le recht (strafrecht,
mensenrecht)
DUS: int’le recht ‘rechtstak die de int’le betrekkingen regelt’
Verschil nationaal recht: betrekkingen tussen staat en rechtsonderhorigen + tussen
rechtsonderhorigen onderling (privaat-/publiekrecht)
Twee doelstellingen:
1. Vreedzame co-existentie en coöperatie
- Harmonieus samenleven van staten, stabiel leven
- Proactieve, nauwere samenwerking om doelstellingen te bereiken (veel
meer dan louter vreedzaam naast elkaar wonen)
Bv. Coronacrisis/global warming land kan dit niet in zijn eentje aanpakken
2. Politiek project: conflicterende belangen (prioriteiten stellen) en ideologieën tov
solidariteit en gedeelde waarde via MDG (Millenial development goals)
Bv. Wereldwijd mogen meisjes naar school
Int’le publiekrecht = int’le recht
Int’le privaatrecht = regels v/h nationaal recht dat van toepassing zijn op een situatie met
grensoverschrijdend aspect (bv. Accident in ander land)
Primaire rechtsregels = inhoudelijke rechten en plichten die staten overeenkomen =
‘materiële recht’
Secundaire rechtsregels = “algemene spelregels” de totstandkoming en interpretatie van
int’le recht (bv. Rechtsleer en rechtspraak)
Bronnen: verdragen, gewoonterecht…
Art. 38 Statuut van het Int’le Gerechtshof
Minpunt = ‘soft law’ = niet juridisch bindend, maar toch een belangrijke rol
Raison d’être
1. “ubi societas, ibi jus”: kunnen samenleven over landsgrenzen door ons te
onderwerpen aan bepaalde regels
2. Door de geglobaliseerde wereld: interactie tussen staten + grotere interdependentie
3. Staten interageren meer met elkaar
4. Toegenomen interdependentie (onderlinge afhankelijkheid)
Int’le recht = instrument om bruggen te bouwen tussen verschillende
culturen en regio’s en om naar een voorspoedigere en rechtvaardigere
wereld te streven die berust op gedeelde normen en waarden
1
,Voortdurende groei – vooral sinds 20e eeuw impact van globalisering
Ontstaan van tal van deelgebieden (zowel nieuwe als traditie gebonden)
Heterogeen: men kan niet meer alles kennen van int’le recht
Bv.:
o Deelgebieden: strafrecht, recht der gewapende conflicten
o Traditie: zeerecht, recht inzake gebruik van geweld
o Nieuw: int’le mensenrechten, milieurecht
Voortdurende beweging - 21e eeuw: ontstaan nieuwe verdragen/gewoonterecht
Sinds bestaan van samenlevingen is er nood aan afspraken
OUDHEID
1e gekende verdrag: verdrag Egypte – Hittieten in 1259 v.Chr. over afspraken omtrent
grenzen
Ook Grieken/Romeinen: verdragen tussen stadstaten
MIDDELEEUWEN
Tijdperk v/h natuurrecht/ius naturale = recht dat vooraf bepaald is door een universele
rede/goddelijke wil en dus niet door de mens
IDEE: ‘recht wordt niet gemaakt maar afgeleid’ verspreiding gedomineerd door Katholieke
Kerk
Bv. Theorie v/d rechtvaardige oorlog = bellum justum = systeem van regels wanneer men
militair kon optreden tov andere (‘oplossing’ om geweten te sussen)
17e eeuw – oorsprong moderne int’le recht
Creatie v/e int’le gemeenschap gebaseerd op onafhankelijke en soevereine staten zonder
hoger gezag
Overgang: natuurrecht positief recht: recht niet meer gezien als iets dat afgeleid wordt
maar wordt gemaakt door instemming van staten
Hugo Grotius = geestelijke vader van int’le recht
o Schreef beginselen v/h int’le recht
o Geboren eind 16e eeuw
o Kwam op voor tolerantie en godsdienstvrijheid
o Mare liberum
18e – 19e eeuw – doorbraak positief recht
18e eeuw
1758: de Vattel, ‘Droit des gens’ = belangrijk basiswerk
Term ‘international law’, uitgevonden door Bentham
Toename bilaterale verdragen
2
,19e eeuw
Professionalisering: oprichting beroepsverenigingen
Bv. ILA = International Law Association in 1873 (Brussel)
IDI = institut de Droit international in 1873 (Gent)
Eerste IO’s
Opkomst multilaterale verdragen
Geschillenbeslechting = wanneer staten een geschil hebben (bv wie vaart waar), werken ze
met juridische geschillen onafhankelijke scheidsrechters lossen dat op obv rechtsregels
20e eeuw – exponentiële groei
Proliferatie (verspreiding) van int’le en regionale organisaties
- Volkenbond: collectieve veiligheidsorganisatie (1919)
- VN: 1945
Groeit uit naar mondiale club: van klein select clubje (met toelating) naar mondialisering na
WOII door…
- Dekolonisatie onafhankelijkheid (VN heeft het in goede banen geleid)
- Uiteenvallen van SU/Joegoslavië
Codificaties diverse sub-domeinen: bestaande verdragen in 1 groot verdrag (bv. Zeerecht)
Opkomst nieuwe domeinen: milieurecht, mensenrecht…
Diversificatie rechtssubjecten: ook individuen en organisaties krijgen een rol
Blijvende ontwikkeling onder enige druk
Bv. New York – bijeenkomst Algemene Vergadering van VN: Joe Biden wilt toevoeging van
niet – permanente leden
- VN: 5 permanente leden met vetorecht + 10 niet permanente leden
1.3 int’le recht als een horizontaal en onvolmaakt systeem
Horizontaal: regels tussen staten onderling, soevereine gelijken
Onvolmaakt: geen typische trias politica op int’le niveau
Consensualisme: instemming v/d staten is cruciaal en noodzakelijk om regels tot stand te komen
- Unanimiteit: iedereen is akkoord <-> consensus: je legt het voor en vraagt of iemand
bezwaar heeft?, “iedereen kan ermee leven”
Geen centrale wetgever
Centrale wetgever = orgaan dat aan staten regels kan opleggen zonder hun voorafgaande
toestemming
Kanshebbers om zogezegde centrale wetgever te zijn:
1. Algemene vergadering van de verenigde naties: niet wetgever
Resoluties (= politieke wil van EU): niet bindend, meer “aanbevelingen”
Verdragen: enkel bindend tov staten die toestemming geven dmv ratificaties
(verklaart het verdrag tot wet)
2. VN-veiligheidsraad: niet wetgever, wel maatregelen maar enkel uitvoerend
Staten die lid zijn: gebonden door resoluties van VN-veiligheidsraad +
moeten hieraan een uitvoering geven
Bindend voor alle lidstaten
3
, Uitvoerend orgaan: kan maatregelen nemen, wanneer er een dreiging (bv
crisissituatie) is voor het int’le recht
CONCLUSIE: int’le organisaties zullen enkel bevoegdheden hebben als hen deze bevoegdheden
worden toegekend door hun leden
Geen centrale rechter
Centrale rechter = iem die bevoegd is om de uitspraak te doen over alle int’le geschriften
Int’le strafhof: strafrechtelijke vervolging van individuen
- CORE CRIMES: misdaad tegen de mensheid Art. 7, genocide, agressie (onwettig
binnenvallen in een ander land)
GEEN CENTRALE RECHTER voor al de geschillen
Int’le gerechtshof: geschillen tussen landen je kan enkel aankloppen bij gerechtshof als
beide partijen instemmen via éénzelfde verklaring (= consensualisme)
Een geschil kan niet meteen voorgelegd worden (er is een vereiste instemming nodig van beide
landen)
1. Compromis: akkoord dat wordt voorgelegd aan de rechter (pas NA het geschil
overeengekomen)
2. Verklaringen: worden afgelegd door landen die overeenkomen dat alle geschillen
voorgelegd zullen worden
3. Compromissoire clausule: bepaling in een verdrag die stelt dat geschillen kunnen
worden voorgelegd aan een rechterlijke instantie (bv in het gerechtshof van den
Haag)
Bv. OEK – RUS:
1. Niet realistisch WANT RUS is zeker niet akkoord
2. RUS heeft geen verklaring afgelegd
3. OEK verdrag zoeken om inbreuk te tonen hof kan zich enkel uitspreken over deze
verdragen
o Rassendiscriminatieverdrag = hefboom om RUS voor rechter te dragen
NADEEL: hof kan enkel beoordelen over mogelijke inbreuk van
rassendiscriminatie binnen de Krim
o Genocideverslag: idem
Poetin beschuldigt OEK van genocide -> OEK probeert dit te gebruiken
tegen RUS
Geen centrale afdwinging
Wanneer een rechterlijke uitspraak genegeerd wordt
- Bepaalde instanties: regels handhaven/afdwingen
Bv. Nationaal niveau: deurwaarder, arm der wet
MAAR op int’le niveau: er is geen, maar wel via druk -> VN-veiligheidsraad:
mogelijkheid om bindende maatregelen op te leggen MAAR kan enkel optreden bij
inbreuk, bedreiging en agressie
1.3 Relevanti e van het internati onaal recht
Is het recht?
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meesterjuju. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.78. You're not tied to anything after your purchase.