Het blok Orthopedagogiek stoornissen bij kinderen is een pittig blok omdat het bestaat uit heel veel lange bronnen en basisboeken. Verder bestaat het uit veel stampwerk en rijtjes door de classificaties van de stoornissen. In mijn jaar hadden veel mensen een herkansing voor dit vak, dus ik kan je e...
Persoonlijkheid: Een min of meer stabiele groep eigenschappen met voor het individu kenmerkende manieren
van denken, voelen en gedragen.
Abnormale persoonlijkheid: Extreme positie op dimensies van de normale persoonlijkheid (afwijking van het
gemiddelde, verschilt slecht kwantitatief van de normale persoonlijkheid)
Gestoorde persoonlijkheid: Dit is meer dan alleen een statische afwijking. Dit is pas het geval wanneer er
significante beperkingen zijn in het functioneren van het zelf en relaties. Dit wil zeggen dat de gestoorde
persoonlijkheid kwalitatief anders is dan de normale persoonlijkheid.
Persoonlijkheidsstoornissen: Psychische aandoeningen waarbij het dagelijks functioneren ernstig wordt verstoord door
beperkingen in het functioneren van de persoonlijkheid en de aanwezigheid van pathologische persoonlijkheidstrekken.
Borderline persoonlijkheidsstoornis
Patiënten met persoonlijkheidsstoornissen kunnen rigide en dwingend overkomen en zien hun eigen gedrag niet als
onderdeel van de problemen. Daarom is een persoonlijkheidsstoornis ook reden voor een aanmelding bij psychiatrische
zorg. Vaak hebben deze mensen eerder klachten gehad zoals angst, depressie, eetstoornissen, negatief zelfbeeld of
zelfbeschadigend gedrag. Vrijwel altijd is sprake van comorbiditeit (gaat samen met andere psychopathologie), waardoor
ook het klinische beeld wordt aangetast. Mensen ment BPS vormen een heterogene groep en volgens de DSM zijn er 256
verschillende manieren om te voldoen aan de criteria voor BPS.
Van de DSM criteria blijken de volgende de beste voorspellers voor een classificatie bij jeugdigen:
Affectieve instabiliteit, ongecontroleerde woede en een verstoorde identiteit
Ander onderzoek laat zien dat BPS bij adolescenten vaak wordt gekarakteriseerd door affectieve instabiliteit, cognitieve
vervorming, zelfbeschadigend gedrag, spanningsbehoefte en lage mate van angst en compulsiviteit (=dwangmatig).
Hoewel er dus een erg gevarieerd beeld bestaat zijn er wel 4 probleemgebieden aan te wijzen:
1. Affectregulatie
o Sterk en snel wisselende stemmingen (in positieve of negatieve zin).
2. Intermenselijke relaties
o Instabiele en intense relaties (van idealiseren tot kleineren). De overgang tussen de uitersten
kan heel snel plaatsvinden. Woede-uitbarstingen, impulsieve gedragingen, zelfbeschadiging en
suïcidepogingen worden gezien als gedrag wat wordt geuit zodat de relatie niet wordt
verbroken (komt voort uit angst om in de steek gelaten te worden).
3. Impulsbeheersing
o Er is sprake van sterk impulsief gedrag op meerdere terreinen. Gebrekkige inhibitie kan leiden
tot onverwachte woede-uitbarstingen, vechtpartijen, verkwinsing van geld, overmatig gebruik
van drugs, eetbuien en risicovol seksueel gedrag.
4. Cognitieve stoornissen
o Paranoïde ervaringen, hallucinaties en dissociatieve klachten (= emoties/gedachten/waarnemingen tijdelijk niet
oproepbaar of minder samenhangen). Deze verschijnselen zijn van tijdelijke aard in stressvolle situaties.
Het ontstaan van borderline
Over het ontstaan van BPS bestaan verschillende theorieën. Al de theorieën vertonen biologische en psychologische
elementen. Belangrijke thema’s in deze theorieën zijn (tevens ook symptomen van BPS volgens nabespreking):
- Impulsiviteit: BPS-kenmerken zoals zelfmoordpogingen, automutilatie, middelenmisbruik en seksuele promiscuïteit.
- Emotiedisregulatie problemen: emotieregulatieproblemen vormen een belangrijk onderdeel van BPS
invloedrijke theorie is die van Linehan (beschreven bij integratieve verklaringsmodellen).
- Verstoorde gehechtheid: een gedesorganiseerde gehechtheidsstijl verhoogt het risico op verminderde empathie, een
slechte emotieherkenning en een tekortschietende emotieregulatie en daarmee op het ontstaan van BPS.
- Problemen met mentaliseren: het begrip is verwant aan empathie wordt mede mogelijk gemaakt door mentaliseren
(gedrag van anderen begrijpen door te verplaatsen in diens gedachtenwereld en gezichtspunt en dat dat kan afwijken
van die van hemzelf). Bij jeugdigen met BPS hypermentaliseren: overmatig interpreteren van gedachtewereld van de
ander waarbij onvermogen om irrelevante aversieve info te onderdrukken leidt tot angstig rumineren.
1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Amandelspijs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.40. You're not tied to anything after your purchase.