100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting boeiend buiten 2 $5.36
Add to cart

Summary

Samenvatting boeiend buiten 2

 24 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is een samenvatting van de theorie voor het schriftelijk examen van boeiend buiten 2. Campus Vorselaar - lager onderwijs.

Preview 4 out of 32  pages

  • September 22, 2023
  • 32
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
BOEIEND BUITEN 2 –
SCHRIFTELIJK EXAMEN
Natuurgebonden bewegingsspelen
Situering van natuurgebonden bewegingsspelen
Natuurgebonden bewegingsspelen = bewegingsspelen die buiten plaatsvinden in een natuurlijk omgeving
zoals het bos, het strand, de duinen, …

Vele bewegingsspelen die op speelplein of in turnzaal gespeeld worden, kunnen ook in een natuurrijke
omgeving gespeeld worden  leveren dan vaak een totaal verschillend spelbeeld en spelervaring op.

Die specifieke omgeving biedt de kans om andere spelen aan bod te laten komen die op het speelplein of
in de turnzaal niet mogelijk zijn en/of die de leerlingen ook echt in contact brengen met de aanwezige
natuur.

Elke natuurlijke omgeving vereist telkens een specifieke aanpak + extra didactisch aandachtspunten zijn
belangrijk om spel vlot te doen verlopen.

Natuurgebonden bewegingsspelen vooral tijdens leerwandelingen, openluchtklassen of sportdagen.

Onderwijzer moet spelen onder de knie hebben WANT hij/zij is medeverantwoordelijk voor de planning,
voorbereiding én uitvoering van de spelen.

Natuurgebonden bewegingsspelen:
 verhogen welbevinden en betrokkenheid van leerlingen
 op speelse manier echt contact maken met natuur
 combineren met leerinhouden uit andere domeinen (bv. wo)

Eindtermen:
 domein ‘spel en sportspelen’
 domein ‘bewegen in verschillende milieus’

,Bosspelen
Bij de voorbereiding van een bosspel is het noodzakelijk dat je het terrein op voorhand verkent.

Hierbij observeer je zeker volgende zaken:
 Ga na of je het gewenste speelterrein met natuurlijke grenzen (bv. bospaadjes, heuvels, grachten)
kan afbakenen of dat je zelf grenzen moet aanbrengen (bv. vlaggetjes, lint).
 Bepaal een duidelijke verzamelplaats.
 Schat de begroeiing van het bos in. Sommige spelen zijn geschikt voor een bos met dichte
begroeiing, andere spelen doe je beter in een vrij open bos.
 Is het bos vrij toegankelijk of moet je toestemming vragen? Behoort het bos tot een jachtterrein
en is de jacht geopend?


Bij de uitleg van een bosspel mag je het volgende zeker niet uit het oog verliezen:
 Vaak is het niet mogelijk het volledige spel te demonstreren, maar tracht toch de belangrijkste
spelelementen even te demonstreren (bv. ontmoeting van spelers van verschillende kampen).
Soms kan een schets je verdere uitleg ondersteunen.
 De terreinafbakening moet voor alle leerlingen echt duidelijk zijn. Een wandelingetje langs de
grenzen van het terrein of een schets kunnen een hulpmiddel zijn.
 Spreek zeer duidelijke begin- en eindsignalen af. De plaats waar je je speluitleg doet is in de
meeste gevallen dan ook de verzamelplaats na het spel.
 Zorg er bovendien voor dat je uitleg echt wel volledig is. Eens het spel begonnen is, is het in het
bos niet zo vanzelfsprekend het spel even stil te leggen om bijkomende informatie te geven.
Maak dus voor jezelf best een fiche zodat je kan controleren of je alles uitgelegd hebt.
 Wijs er de leerlingen op respect te hebben voor de natuur.


De begeleiding van een bosspel doe je liefst met meerdere personen zodat je een zo volledig mogelijk
overzicht op het speelterrein en de leerlingen kan bewaren. Als spelleider tracht je het volledige
spelverloop zo goed mogelijk op te volgen.

,Strandspelen
Strand- en duinspelen zijn belangrijk in een uitstap naar de kust  strand is zeer toegankelijk en dus beter
dan duinen om te spelen.

Strand = unieke plek voor kinderen die aanzet tot ravotten.

Strand heeft voor- en nadelen!

1. Zand
 nat zand  makkelijk lijnen trekken (+)
 gekende spelen krijgen andere dimensie (+)
 vallen doet minder pijn (vooral droog zand) (+)
 gebruikelijk als bouwwerf (+)
 gaat sterk opwaaien bij wind  kan pijnlijk aanvoelen  lange broek en lange mouwen (-)


2. Ruimte
 uitgestrekt = veel plaats (+)
 individueel of in kleine groepen  storen elkaar niet (+)
 genoeg plaats om met hele groep te spelen (+)
 afbakening en signalen zijn moeilijker maar zeker nodig (-) -
 weinig ruimtelijke referentiepunten (-)


3. Wind
 experimenteren met vliegers (+)
 je bent moeilijker verstaanbaar  niet tegen de wind in praten! (-)
 leerlingen moeten met rug naar zon staan  rekening houden met wind én zon is soms lastig (-)
 (fluit)signalen afspreken!


4. Getijden
 Op voorhand gaan waarnemen: hoeveel droog zand en hoeveel nat zand heb je ter beschikking
voor de spelen?

Voorbeelden van spelen:
Flessenspel
Vul elk een fles met zeewater en ga per 2 op een bepaalde afstand tegenover elkaar staan. Met een bal
probeer je de fles van de ander te raken. Lukt dat, dan mag je naar de fles lopen en ze leeggieten. Als
eigenaar van de fles haal je eerst de bal op en daarna zet je je fles terug recht. Je stelt je steeds achter je
fles op. Welke fles is eerst leeg ?

Frisbee
Je speelt in 2 ploegen. Elke ploeg heeft een speelveld. De 2 speelvelden zijn door een neutrale zone van
elkaar gescheiden. Je speelt een soort netbal met een frisbee. Je scoort een punt als de frisbee op het
speelveld van de tegenstrevers op de grond valt. Je mag niet lopen met de frisbee in de hand, maar je
mag wel passen geven binnen je ploeg. Wie scoort als eerste 10 punten?

, Kegelrace
De spelers liggen in buiklig met de handen op de rug achter de startlijn. Een 15-tal meter verder is er 1
kegeltje minder opgesteld dan dat er spelers zijn. De speler die na het startsein geen kegeltje weet te
veroveren, valt af. Er wordt 1 kegeltje weggenomen en opnieuw gespeeld. Wie is het snelst bij het laatste
kegeltje?

Trekwedstrijd
Je trekt een cirkel in het zand. Je vormt met alle spelers een kring rond de cirkel door elkaar stevig bij de
polsen te nemen. Je probeert iedereen een keertje in de cirkel te trekken. Wie kan het langst uit de cirkel
blijven ? Speel het spel een tweede keer.

Ik ga op vakantie naar... = ik verklaar de oorlog aan !!
Er wordt een grote cirkel in het zand getrokken (minstens 5 meter doormeter) met in het midden een
kleinere cirkel (ongeveer 1 meter doormeter). De middencirkel is het niemandsland. De grote cirkel wordt
in gelijke delen verdeeld zodat elke speler een stuk land heeft. Elke speler kiest een naam voor zijn land.
Ieder staat in zijn land. De speler die aan de beurt is, roept: “Ik wil op vakantie naar … bv. Frankrijk (=F).”
Alle spelers lopen weg, behalve de speler van F. Die loopt naar het niemandsland en roept luid « stop » als
hij er is. Op dat teken blijven alle andere spelers staan. De speler van F mag nu zelf een land kiezen om op
vakantie te gaan : als hij er in slaagt om met 3 passen vanuit het niemandsland een speler van een ander
land bv. België (=B) te tikken, dan krijgt hij een stukje van B om op vakantie te gaan. Hiervoor gaat de
speler van F op 1 been in het niemandsland staan en trekt van daaruit een lijn in het land van B. Het stukje
land dat daardoor afgebakend wordt, is nu van F. Wanneer de speler van F een volgende keer opnieuw de
speler van B aantikt, mag hij in het nieuw stukje F in B gaan staan om een volgend stukje land af te
bakenen. Nu is het de beurt aan de speler van B: “Ik wil op vakantie naar ...”

Zandberg
Je speelt in 2 ploegen.
 Je spreekt een bepaalde tijdsspanne af (bv. 1min) waarin beide ploegen elk een zo hoog mogelijk
berg schoppen.
 Welke berg is het hoogst?
 Maak op je eigen berg een knikkerbaan
 Hou een wedstrijdje op je eigen knikkerbaan: 2 knikkers vertrekken samen, welke is eerst
beneden?
 Welke knikkerbaan is de snelste?
 Welke knikkerbaan is de langste?
 Stroop allen je mouwen op en begin elk aan 1 kant van de berg naar elkaar toe te graven: van wie
zijn de vingers/handen die je tegenkomt?

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller julieguldentops. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.36  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added