100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Opdrachten voor inleiding Privaatrecht $3.21
Add to cart

Exam (elaborations)

Opdrachten voor inleiding Privaatrecht

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

het bevat opdrachten met betrekking tot het privaatrecht.

Preview 2 out of 9  pages

  • September 22, 2023
  • 9
  • 2022/2023
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers
avatar-seller
Opdrachten inleiding privaatrecht

Repeteervragen L2. Hoofdstuk 1.

Vraag 1. Noem vier functies van het recht en leg uit wat daaronder verstaan wordt?

De normatieve functie, we vinden sommige gedragsregels zo belangrijk voor het moreel dat ze
worden vastgelegd in de wet, en worden bestraft wanneer ze worden overtreden. ( de
gedragsregels/normen)

Geschiloplossende functie, de rechter bepaald hoe er bij overtreding van de wet gehandhaafd gaat
worden. Wanneer er in een land zelf bepaald wordt hoe de straffen zijn bij overtreding spreken we
van eigenrichting.

Additionele functie, de aanvullende functie wanneer er onduidelijkheid is zal het recht er antwoord
op bieden.

Instrumentele functie, op sommige terreinen moeten gewoon dingen besloten houden zodat het
voor de burger overzichtelijk blijft o.a. verkeersregeling

Vraag 2. Welke rechtsbronnen kennen we in Nederland?

Jurisprudentie, wet, gewoonte en verdragen

Vraag 3. Geef twee andere termen voor burgerlijk recht.

Civiel recht en privaat recht.

Vraag 4. Geef een definitie van burgerlijk recht.

Recht dat geld tussen burgers onderling, die gescheiden worden in 4 gebieden.
Personen/familierecht/vermogensrecht/ondernemersrecht en het burgerlijk procesrecht.

Vraag 5 In welke rechtsgebieden valt het burgerlijk recht uiteen?

Personen-en familie recht, vermogensrecht, ondernemersrecht en het burgerlijk procesrecht.

Vraag 13. Wat is een verdrag + voorbeeld?

Een verdrag is een overeenkomst tussen 2 of meer staten, een verdrag kan bilateraal zijn en
multilateraal. Bilateraal is tussen 2 landen en multilateraal is tussen meer dan 2 landen. Een
voorbeeld van een verdrag kan zijn het klimaat verdrag.

Vraag 14. Geef een andere naam voor jurisprudentie.

Rechtspraak. Beslissingen afkomstig van een rechter.

Vraag 15. Waarom wordt jurisprudentie gerekend tot een rechterlijke bron?

Jurisprudentie kan gerekend worden als rechtsbron omdat rechters in hun vonnis of arrest (vonnis is
door de rechtbank en arrest door het gerechtshof of hogere raad) wetten uitleggen en interpreteren
en vormen hierdoor nieuwe regels. Waardoor het makkelijk wordt voor de een volgende zaak om
deze wetten te interpreteren.

Vraag 16. Wat is een interpretatie methode? Noem er 8 en geef aan wat ermee bedoeld wordt.

Hulp methode wanneer een wet vaag beschreven wordt of met lastige woorden.

, 1. De grammaticale interpretatie methode. Hierbij kijkt de rechter enkel en alleen naar de
betekenis van het woord om verduidelijking te vinden.
2. De wetshistorische interpretatie methode, door te kijken naar oude beraadslagen, wordt er
gekeken naar hoe die wet in het verleden is gehandhaafd om zo voor verduidelijking te
zorgen.
3. De anticiperende interpretatie methode, bij het formuleren van zijn regel baseert de rechter
zich op wetten die in de maak zijn maar er nog niet zijn. De rechter kan zich beroepen op de
inhoud van die regeling. Wetten in de nabije toekomst gebruiken
4. De rechtsvergelijkende interpretatie methode, wanneer de Nederlandse wet te vaag
beschreven is kan er worden teruggegrepen op de buitenlandse wetgeving om zo voor
verduidelijking te zorgen.
5. De systematische interpretatie methode, het gebruiken van verschillende wetsartikelen bij
een wet om zo duidelijker te kunnen begrijpen wat de wet inhoud.
6. Teleologische interpretatie methoden, kijken naar het doel waarmee de wet is opgezet.
Hiermee doet hij beroep op deze bedoeling omdat sommige woorden niet duidelijk zijn.
7. Precedenteninterpretatie, is wanneer rechters bij een onduidelijke bewoording verwijzen
naar eerdere uitspraken van rechters waarin deze onduidelijke bewoording is uitgelegd.
8. Interpretatie naar redelijkheid en billijkheid. Proberen redelijk te kijken naar hoe een wet is
opgezet. Onderbuik gevoel.

Vraag 17. Noem 2 redeneer wijzen van de rechter en geef aan wat daarmee bedoeld word.

Redeneren naar A contario en naar analogie. A contario is hier gaat de rechter er van uit dat een
bepaalde rechtsregel niet van toepassing is omdat het geschreven is voor de gevallen die
nadrukkelijk beschreven zijn in de wet niet geregeld niet toepassen. Redeneren naar analogie
betekend dat het standpunt binnen een bepaalde kwestie zoveel lijkt op een kwestie die de wet
wel voorziet, dan wordt die wet gehandhaafd.

Vraag 18. Wanneer is een gewoonte regel een rechtsregel?

Voorwaardes voor een rechtsregel als gewoonte regel is dat er een vaste gedragslijn moet zijn,
iedereen handelt overeenkomstig en er moet een rechtsplicht zijn iedereen voelt zich moreel
genoodzaakt zich hierna te gedragen.

Vraag 19. Wat is materieel recht? Noem voorbeelden.

Dat is het recht dat betrekking heeft op wat men mag of wat men niet mag, welke verplichtingen
die gene heeft gemaakt voor een onbepaalde groep personen, binnen
landgrens/gemeente/provincie. Kieswet en het wetboek van strafrecht.

Vraag 20. Geef een ander woord voor formeel recht, en wat wordt daaronder verstaan?
Een ander woord voor formeel recht is proces recht, met formeel recht wordt bedoeld de
procedure hoe de procedure gestart wordt.

Vraag 23 wat is het verschil tussen dwingend recht en aanvullend recht?

Dwingend recht betekend, recht waarvan burgers niet mogen afwijken. Aanvullend recht betekend
recht waarvan burgers mogen afwijken.

Vraag 24. Hoe kun je erachter komen of een regel van dwingend recht is?

Of het in het wetboek staat. Staat moet of nietig in

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kiaranijhof. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added