100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Uitgebreide samenvatting - Biomedische kennis Verloskunde en Jeugdgezondheidszorg $11.24
Add to cart

Summary

Uitgebreide samenvatting - Biomedische kennis Verloskunde en Jeugdgezondheidszorg

1 review
 38 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

Hele uitgebreide samenvatting biomedisch Verloskunde en Jeugdgezondheidszorg leerjaar 2, periode 1 of 3. Hierin wordt de anatomie, psychologie, pathologie en fysiologie behandeld. Ook zijn er links van filmpjes van YouTube die handig zijn, deze zijn ook samengevat.

Preview 4 out of 88  pages

  • September 22, 2023
  • 88
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: lauradegroot4 • 3 months ago

avatar-seller
Kennis V&JGZ
Fysiologie, Pathologie en Psychologie
HBO-Verpleegkunde, jaar 2




Thema 1: zwangerschap en baring
Fysiologie
Leerdoelen uitgewerkt:
Je kunt de anatomie en functie van de
vrouwelijke geslachtsorganen, placenta,
vliezen en navelstreng benoemen.

Een dwarsdoorsnede door het vrouwelijk
lichamelijk:

1) Urineleider
2) Wevelkolom - Columna vertebralis
3) Rectum
4) Anus

, 5) Eileider - Tuba
6) Ovarium
7) Baarmoeder - Uterus
8) Baarmoederhals - Cervix
9) Urineblaas – Vesica
10) Vagina
11) Schaambeen
12) Clitoris
13) Urinebuis
14) Kleine schaamlippen
15) Grote schaamlippen
16) Olvarium


Uitwendige geslachtsorganen:
Clitoris
De clitoris is rijk voorzien van zenuwen en bloedvaten. De clitoris is uiterst gevoelig voor
prikkelingen, die veelal een zwelling veroorzaken.
Labia majora – Grote (binnenste) schaamlippen
Dit zijn behaarde huidplooien, die aan beide zijden de grens van de vulva vormen. Ze
bevatten vet, zweet- en talgklieren en zenuwen.
Labia minora - Kleine (binnenste) schaamlippen
Dit zijn onbehaarde, dunne huidplooien die tussen de grote schaamlippen liggen. Vooraan
komen ze samen en bedekken de clitoris. Ze
bevatten talgklieren. In de basis is weefsel
aanwezig, dat onder invloed van seksuele prikkels
kan zwellen door een verhoogde bloedtoevoer.
Urethra - Urinebuis
Hymenrest – Maagden’vlies’
Zorgt voor bescherming van de vagina
Vagina
Het verbindt de baarmoeder met de buitenkant
van het lichaam. Bij seksuele opwinding wordt de
vagina sterker van bloed voorzien, waardoor deze
vochtiger wordt en het bovenste derde deel van de
vagina zich opent als een ballon.
Anus

Inwendige geslachtsorganen:
Tuba – eileider:
Het is een trechtervormig orgaan dat zich met het brede eind over de eierstokken heen buigt,
en met het smalle uiteinde in de baarmoeder uitkomt. Aan het einde van de eileiders
bevinden zich franje-achtige uitlopers: de fimbriae
De functie van de eileider is het vervoer van de eicel of embryo naar de baarmoeder. De
epitheelcellen die het oppervlak van de eileider bedekken, hebben trilharen die de eicel of
embryo voortbewegen naar de baarmoederholte. In de eileider kan
de bevruchting plaatsvinden.
Ovarium – eierstok

,Een ovarium is het orgaan in de vrouw waar de eicellen zijn opgeslagen. Via de eileider kan
de eicel de baarmoeder bereiken. In een ovarium zijn twee lagen te onderscheiden, namelijk
de schors (cortex) en het merg (medulla).
Vesica – Blaas
De urineblaas is bij zoogdieren een
orgaan dat de urine uit de nieren
verzamelt en deze opslaat tot het
moment van urineren.
Symfyse – schaambeen
Rectum

Uterus – baarmoeder
De baarmoeder is om een bevrucht
embryo te laten innestelen. Het embryo
groeit in de baarmoeder uit tot foetus en
blijft er tot de geboorte.
Fundus uteri - Onderkant van de
baarmoeder
Cavun uteri - Baarmoederholte
Corpus uteri -
Cervix uteri -
Portio – Baarmoederhals
De baarmoeder staat via de eileiders in direct contact met de buikholte. De baarmoederhals
sluit de baarmoeder af van de vagina, en daarmee van de buitenwereld. Zo beschermt het
de buikholte tegen binnendringen van vreemde voorwerpen en ziektekiemen.
Vagina


Route van de zaadcel tot een bevrucht zaadcel:
Vagina -> portio -> cervix -> cavum uteri -> tuba
Klievingsdelingen: In de cel krijg je meer cellen. De eicel rolt de eileider weer uit, en nestelt
zich in de wand van de baarmoederholte.




Je kunt de anatomie en functie van de placenta, vliezen en navelstreng
benoemen.
Placenta:
Ontstaan: De placenta ontstaat uit trofoblastcellen. De placenta wordt deels door de moeder
en deels door de foetus gevormd. De circulatie tussen foetaal en moederlijk bloed is
volkomen van elkaar gescheiden. Het bloed van de foetus komt normaal dus niet in de
bloedbaan van de moeder en andersom. Er is een duidelijke placentabarrière.
Bouw: De placenta is door middel van de navelstreng (funiculus) verbonden met de foetus
en bestaat uit twee verweven delen:
1. de embryoale weefsels die uit de ingenestelde zygote ontstaan
2. de decidua de maternale weefsels die uit de uteruswand uitgroeien

, Ligging: De placenta kan zich op elke willekeurige plaats in de baarmoeder nestelen, aan de
buikzijde, rugzijde, boven in de baarmoeder of wat verder naar onderen.
Werking: Een van de belangrijkste functies van de placenta is het filteren van bloed: alles
wat de moeder eet en drinkt komt via het bloed en de placenta bij de baby terecht.
Naast de functie van de placenta om je baby te voeden en van zuurstof te voorzien,
produceert de placenta de hormonen oestrogeen, progesteron, hCG en HPL.
Oestrogeen stimuleert de groei van de baarmoeder, de ontwikkeling van de
bloedvaten en de groei van de melkklieren je borsten.
Progesteron wordt doorgegeven aan de baby die er weer een ander hormoon van
maakt en progesteron voorkomt dat de baarmoeder sterk kan samentrekken. Aan het
einde van de zwangerschap neemt de productie van progesteron af, zodat de
baarmoeder kan gaan samentrekken.De placenta produceert ook hCG, het wordt al
enkele dagen na de bevruchting gemaakt. Bij de zwangerschapstest is het dit
hormoon wat aantoont dat je zwanger bent. hCG zorgt voor
zwangerschapssymptomen: het veroorzaakt misselijkheid, moeheid en dergelijke.
Navelstreng:
Bouw: Door de navelstreng lopen drie bloedvaten: twee slagaders en een ader. De twee
slagaders en de ader zijn geschikt in een driehoek: de slagaders vormen de
onderkant en de ader het derde punt van de driehoek.
Insertiemogelijkheden: Een velamenteuze insertie (afwijkende positie) houdt in dat de
aanhechting van de navelstreng aan de zijkant van de placenta zit, waarbij deze zich
via de vliezen aan de placenta aan hecht in plaats van direct en vanuit een centrale
positie.
Functie: Belangrijkste functie is ontwikkeling van de embryo
Voeding: het biedt voeding aan de baby vanuit de placenta.
Ademhaling: het vervoert zuurstofrijk bloed naar de embryo.
Uitstoting: de kooldioxide die vrijkomt bij zowel het ademen als afval van de
voeding wordt uitgestoten door de navelstreng.
Hoog stamcelgehalte: embryonale stamcellen zijn ongedifferentieerde cellen,
wat betekent dat ze in elk soort cel kunnen veranderen. Ze kunnen
veranderen in huidcellen en zenuwweefsel of cellen die het hart, nieren of
andere organen vormen. Door deze cellen te bewaren kunnen ze later
gebruikt worden om ziektes als leukemie, een ruggengraatletsel of
hartproblemen te behandelen.
De overdracht van antilichamen: tegen het einde van de zwangerschap
worden er antilichamen van de moeder overgebracht naar de baby. Deze
antilichamen leveren een bijdrage aan het versterken van het immuunsysteem
van de baby.
De preventie van pathologieën: de analyse van navelstrengcellen van
premature baby’s kan helpen bij problemen met de longen.


Vliezen:
Bouw: De vruchtwaterzak bestaat uit twee vliezen. Deze vliezen en de placenta zijn één
geheel.
Functie: De functie van de vliezen is het vasthouden en beschermen van de foetus en het
vruchtwater, vooral aan de kant waar zich de placenta bevindt. Het voortijdig breken
van de vliezen, met het verlies van het vruchtwater, kan leiden tot het ontstaan van
een infectie of zelfs voortijdige bevalling van de baby.

Vruchtwater:
Bouw: In de eerste 14 weken van de zwangerschap wordt de vruchtzak gevuld met vocht uit
het lichaam.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoekvanstralen03. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.24. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.24  4x  sold
  • (1)
Add to cart
Added