Dit is een volledige samenvatting van MGZ Q6. Deze samenvatting is opgemaakt uit de hoorcolleges, zelfstudieopdrachten, e-learnings en practica. De inhoud focust zich op de tentamenstof, maar ook verhelderende beschrijvingen en illustraties worden gegeven!
Samenvatting MGZ Q6
Zenuwstelsel
Witte en grijze stof: verschil in distributie van myeline, dat er wit uitziet. Witte stof heeft veel
gemyeliniseerde axonen. Grijze stof heeft veel cellichamen.
In de hersenen grijze stof is perifeer en witte centraler. In ruggenmerg andersom.
Oorzaak herseninfarct, grofweg 3:
• Stolsel in hart door atriumfibrilleren
• Er is iets met de grote vaten, door atherosclerose
• Een bloedvat in de hersenen dicht door atherosclerose
In zenuwstelsel twee specifieke type zenuwcellen:
• Neuronen; hebben talloze contacten via
lange axonen en korte dendrieten
uitlopers. Cellichamen vormen de grijze
stof in de cortex, axonen vormen de witte
stof.
• Gliacellen; ondersteunen de neuronen bij
hun functie. (astrocyten,
oligodendrocyten, microgliacellen,
ependymcellen)
Geneesmiddelen maken receptoren van neurotransmitters meer of minder gevoelig, re-uptake van
de neurotransmitter in de presynaptische membraan verhindert.
Actiepotentiaal ontstaat door
afwisselende in- en uitstroom van Na
en K. Myelinisatie verhoogt de
geleidingssnelheid.
Hersenvliezen van binnen naar buiten:
• Pia mater
• Arachnoid mater; met dunne
voetjes verbonden met pia
mater (subarachnoïdale
ruimte.
• Dura mater
Verschillende soorten hersenbloedingen:
• Epiduraal: buiten de dura mater, door een ruptuur
van een arteria meningea.
• Subduraal: onder dura mater. Veneuze bloeding.
• Subarachnoidaal: onder arachnoid. Ruptuur van
arterie, vaak op plaat van een aneurysma.
,Het cerebrospinale vloeistof wordt geproduceerd in de
ventrikels, door de daar aanwezige plexus choroïdeus. Er
is een stroming vanuit het ventrikelsysteem van de
laterale ventrikels naar het derde en vierde ventrikel. Hier
bevinden zich openingen waardoor de vloeistof naar de
subarachnoïdale ruimte om het CZS stroomt.
Verbinding laterale en derde → foramen van Monro
Verbinding derde en vierde → aquaduct van sylvius
Bloedvoorziening in het brein:
Arteria vertebralis: ventraal hersenstam
fuseren de beide A. vertebralis tot de A.
basilaris
De basilaris en beiden carotiden sluiten
onder het diencephalon aan op de cirkel van
Willis. Deze ligt om het chiasma optica en
hypofyse, vormt een belangrijk systeem van
anastomosen.
De bloedvoorziening van de cortex in drie hoofdtakken:
• A. cerebri anterior (blauw)
• A. cerebri media (rood)
• A. cerebri posterior (geel)
Veneuze systeem: verdeelt in oppervlakkig en diep
systeem. Oppervlakkige systeem draineert de cortex en
de witte stof:
• Sinus sagittalis superior
• Sinus sagittalis inferior
• Sinus transversus; hiervanuit naar jugularis
en VCS
Diep veneuze systeem draineert de basale kernen,
de paraventriculaire witte stof en de oogkassen.
Via de sinus cavernosus en de sinus rectus gaat het
naar transversus.
Cortex is onderverdeeld in 5 verschillende kwabben:
• Frontaalkwab
• Parietaalkwab
• Temporaalkwab
• Occipitaalkwab
• Limbische kwab
Kwabben zijn opgebouwd uit gyri (windingen) met
daartussen sulci (groeven).
Twee duidelijke sulci:
, - Sulci centralis: scheidt frontaalkwab met pariëtaalkwab
- Sulci lateralis: scheidt temporaalkwab van de pariëtaalkwab en frontaalkwab.
Bij rechtshandigen en een groot deel van linkshandigen is de linker hemisfeer de dominante
hemisfeer. Dit is te zien aan de hersenen zelf, dominante is iets groter.
Het corpus callosum bestaat uit witte stof en vormt een verbinding tussen beide hemisferen.
Sensorische informatie uit het lichaam wordt onderverdeeld:
• Gnostische informatie: omvat bewuste proprioceptie, fijne tast en vibratiezin
• Vitale informatie: info over prikkels die direct schade aan kunnen richten. Receptoren van
pijn, temperatuur en grove tast.
Sensorische banan zijn opstijgende banen, ze bestaan uit drie neuronen:
• 1e neuron: neemt de prikkel waar en stuurt dit naar het ruggenmerg. Cellichaam hiervan ligt
in spinale ganglion.
• 2e neuron: steekt over naar contralateraal in het ruggenmerg en eindigt in de thalamus. Voor
vitale sensibiliteit gebeurt dit gelijk in het ruggenmerg. Voor gnostische kruist het pas in de
hersenstam.
• 3e neuron: gaat van thalamus naar de cortex
Hersenstam:
Hieruit ontspringen de 12 hersenzenuwen, hebben allemaal een celkern in de hersenstam liggen. Het
verbindt het diencephalon met het ruggenmerg. Onderverdeeld in:
• Mesencephalon
• Pons
• Medulla oblongata
De hersenzenuwen:
1. N olfactorius: receptoren in dak van de neusholte, nervus direct verbonden met frontaal
kwab.
2. N opticus: van retina door nervus opticus. In chiasma kruisen de mediaan gelegen vezels wel
en de laterale niet. De baan die dan verder gaat is de tractus opticus, bevat informatie van
een halfzijdig gezichtsveld. De radiatia optica (Meyer’s loop) gaat naar de visuele cortex.
3. N ocluomotorius: oogbeweging, stuurt alle andere spieren aan
4. N Trochlearis: oogbeweging, stuurt de obliquus superior aan
5. N Trigeminus: gevoel in het gelaat. Heeft ook een motore functie en zorgt voor de aansturing
van de M. temporalis en masseter.
6. N abducens: oogbeweging, stuurt de musculus rectus lateralis aan.
7. N facialis: motore functie, regelt beweging van het gelaat, de M. stapedius en het platysma.
8. N acousticus
9. N glossopharyngeus
10. N vagus
11. N Accesorius:
12. N hypoglossus
13. N vestibulocochlearis: verwerkt informatie van het gehoors en het evenwichtsorgaan.
Bestaat uit twee zenuwen, vestibularis en cochlearis.
Op Ons Oude Tuin Terras At Frits Verse Groente Van Albert Heijn
Perifere zenuwstelsel bestaat uit:
, • Dorsale ganglion
• Voorhoorncel
• Wortel (radix)
• Zenuw
• Neuromusculaire overgang
• Spier
Achterhoorn → sensibel
Voorhoorn → motoor
Perifere motorneuron: zenuw waarvan het cellichaam in de voorhoorn
van het ruggenmerg ligt of in de motorische hersenzenuwkern.
Cerebellum:
Speelt een belangrijke rol in de coördinatie van de houding en beweging van het lichaam. Het krijgt
informatie van alle sensibele modaliteiten en verwerkt deze informatie zonder dat er bewustwording
optreedt. Speelt vooral een rol bij snelle repeterende bewegingen en gelijktijdige bewegingen.
Heeft onder andere 3 kernen:
- Nucleus fastigeus
- Nucleus interpositus
- Nucleus dentatus
Via de nuclei gaat er informatie van het cerebellum naar de cortex toe.
Via de ponskernen komt er informatie uit de cortex over de geplande beweging (interne feedback)
Van spieren, gewrichten en huid komt er proprioceptieve info over de daadwerkelijke uitvoering van
de beweging (externe feedback)
Nadat deze info met elkaar vergeleken is, stuurt het cerebellum info naar de nucleus ruber, de
reticulaire formatie en de thalamus en motorische cortex. Zo beïnvloedt het cerebellum alle lange
afdalende motorische baansystemen.
Verbindingen via 3 pedunkels:
• Cerebellaris inferior: bevat afferenten uit het ruggenmerg en de hersenstam, ook efferent
• Cerebellaris medius: afferente pontocerebellaire vezels
• Cerebellaris superior: efferente vezels van de centrale cerebellaire kernen naar de
hersenstam en de thalamus.
Basale ganglia: spelen een rol bij het in gang zetten van
bewuste gewilde bewegingen en het onderdrukken van
niet gewilde bewegingen. Daarnaast zorgen ze voor het
afwerken van complexe bewegingen in de juiste volgorde.
De basale ganglia krijgen informatie van de motore cortex
en geven ook weer informatie terug aan de motore cortex.
• Nucleus caudatus
• Putamen
• Globus pallidus
• Substantia nigra
• Nucleus subthalamicus
Perifeer zenuwstelsel is verbinding tussen centraal zenuwstelsel en organen en weefsels.
Neuromusculaire overgang:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emmavandermeer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.