interventie bij decubitus?
Critical Appraisal of a Topic - PL3
Naam: Marcel Wagenaar
Studentnummer: 1710430
Studiegroep: GVE-DUV1-C
Cursus: GVE-3.PL3-16
Docent: Jannie de Vos
Inleverdatum: 12-06-2017
M. Wagenaar (1710430) Critical Appraisal of a Topic PL3 Pagina | 1
,Inhoudsopgave:
1. Samenvatting ...................................................................................................................... 3
2. Inleiding ............................................................................................................................... 4
3. Methode .............................................................................................................................. 6
4. Resultaten ........................................................................................................................... 8
5. Discussie ........................................................................................................................... 10
6. Conclusie .......................................................................................................................... 11
7. Advies................................................................................................................................ 12
Literatuurlijst ............................................................................................................................. 13
Bijlagen ..................................................................................................................................... 14
M. Wagenaar (1710430) Critical Appraisal of a Topic PL3 Pagina | 2
, 1. Samenvatting
Titel: Sudocrem®: een zinvolle interventie bij decubitus?
Probleembeschrijving
In de wijkverpleging wordt het barrièremiddel Sudocrem® vaak toegepast bij 1e en 2e graads
decubitus en incontinentie-geassocieerde dermatitis (IAD). In de huidige richtlijnen voor
decubitus adviseert men de druk- en schuifkrachten op te heffen. Men is van mening dat een
barrièremiddel geen invloed heeft op druk- en schuifkrachten en de huid enkel kan
beschermen tegen de inwerking van vocht. Doelstelling van het onderzoek is om te
achterhalen of het gebruik van Sudocrem® bij 1e en 2e graads decubitus een zinvolle
interventie is.
Onderzoeksvraag
Herstellen patiënten met 1e en 2e graads decubitus sneller bij gebruik van Sudocrem® dan
wanneer er geen Sudocrem® wordt gebruikt?
Zoekstrategie:
Er is gezocht in de databases Cochrane, PubMed en CINAHL door de volgende zoektermen
te combineren: “Sudocrem”, “decubitus”, “pressure ulcer”, “bedsores”, “pressure sores”, “zinc
oxide”, “lanolin”, “benzyl alcohol”, “cream”, “ointment”, “topical agent”, “skin care” “skin
protection” “administration, topical” en “skin cream”.
Kritische beoordeling (betrouwbaarheid)
De gevonden artikelen zijn beoordeeld op methodologische kwaliteit met behulp van de HU
beoordelingslijst wetenschappelijke publicaties en ingedeeld naar gradering volgens de
classificatie van het CBO.
Resultaten
Er zijn 5 artikelen gevonden die voldoen aan de inclusiecriteria. Er is geen duidelijk bewijs
gevonden van de effectiviteit van Sudocrem®. Sudocrem® bestaat uit potentiële
allergenen, droogt de huid uit en kan de opname van urine in incontinentiemateriaal
verhinderen. Sudocrem® wordt niet benoemd als evidenced based interventie bij de
behandeling van decubitus.
Conclusie
Het therapeutisch effect is op basis van de gevonden literatuur discutabel. Er zijn
aanwijzingen dat Sudocrem® eerder schadelijk dan effectief is. Meer onderzoek naar de
effectiviteit van Sudocrem® is nodig.
Toepassing in de praktijk
Op basis van de conclusie is het beter de interventie Sudocrem® bij 1e en 2e graads
decubitus niet te gebruiken. Meer onderzoek is nodig naar het therapeutisch effect van
Sudocrem.
Aanbeveling
Volg de aanwijzingen zoals omschreven in de NHG-Standaard Decubitus. Schakel
laagdrempelig een wondverpleegkundige of de huisarts in voor advies en beleid. Laat de
patiënt zo nodig doorverwijzen naar de specialist. Volg bijscholingen over decubitus en
wondverzorging. Laat een teamlid het aandachtsgebied wondzorg op zich nemen.
M. Wagenaar (1710430) Critical Appraisal of a Topic PL3 Pagina | 3
, 2. Inleiding
Decubitus is een plaatselijke beschadiging van de huid en/of het onderliggende weefsel als
gevolg van druk en/of schuifkrachten. De belangrijkste risicofactor voor decubitus is
inmobiliteit. Decubitus komt voornamelijk voor bij patiënten van 65 jaar en ouder, echter kan
het op elke leeftijd voorkomen. Vooral na het 75e levensjaar neemt de incidentie belangrijk
toe tot 18/1000 bij mannen en 28/1000 bij vrouwen. Ook een droge huid of een vochtige huid
(door bijvoorbeeld incontinentie van urine en/of faeces) verhogen de kans op decubitus. Stuit
en hiel zijn de meest gangbare lokalisaties van decubitus (Wiersma, 2015). Decubitus wordt
ingedeeld in vier categorieën en is gebaseerd op de huidlagen die al aangetast zijn door
blootstelling aan druk- en schuifkrachten. Niet-wegdrukbare roodheid bij intacte huid is het
eerste teken van decubitus. Bij 2e graads decubitus gaat het om een oppervlakkig huiddefect
van de opperhuid. 3e graads decubitus kenmerkt zich tot verlies van de volledige huidlaag
die door kan lopen tot aan het bindweefsel onder de huid. Bij de 4e en laatste categorie is er
verlies van de volledige weefsellaag en bot, pees of spier zichtbaar (Cordyn & De Vliegher,
2009).
Rode en/of kapotte huid kan duiden op decubitus maar ook op incontinentie-geassocieerde
dermatitis (IAD). Decubitus en IAD worden vaak door elkaar gehaald omdat ze op elkaar
kunnen lijken, met name bij de stuit. Het verschil zit hem in het ontstaan. Decubitus ontstaat
door druk of schuifkrachten. IAD wordt veroorzaakt door een combinatie van chemische
irritatie, verweking van de huid en wrijven. Langdurig huidcontact met urine, faeces,
transpiratie of wondvocht gaat vaak gepaard met het ontstaan van huidletsel. IAD en
decubitus zijn dus twee afzonderlijke aandoeningen die wel in relatie tot elkaar staan en ook
samen kunnen voorkomen (Cordyn & De Vliegher, 2009).
Het “Handboek Wondzorg” (Cordyn & De Vliegher, 2009) geeft aan dat het belangrijk is om
een onderscheid te maken tussen decubitus en IAD omdat beide een andere aanpak vragen.
Bij decubitus moeten voornamelijk maatregelen worden genomen die de druk- en
schuifkrachten opheffen. Bij IAD wordt onder anderen het gebruik van vochtafstotende
crèmes of sprays geadviseerd. In het boek “Verpleegkundige Interventies” (Bulechek,
Butcher & McCloskey Dochterman, 2010) zijn bij decubitus de meeste interventies gericht op
het opheffen van druk- en schuifkrachten. Daarnaast wordt als interventie het gebruik van
beschermende middelen zoals zalf benoemt. Dit om overmatig vocht van de huid te
verwijderen. Een andere interventie die hierin beschreven staat is het insmeren van de droge
onbeschadigde huid. Er wordt geen vermelding gemaakt van welke zalven of crèmes
hiervoor geschikt zouden kunnen zijn. De “Landelijke multidisciplinaire richtlijn Decubitus
preventie en behandeling” van V&VN (2011) adviseert vooral het opheffen van de druk- en
schuifkrachten. De expertgroep die de richtlijn heeft samengesteld is van mening dat een
barrièremiddel geen invloed heeft op druk- en schuifkrachten en de huid enkel kan
beschermen tegen de inwerking van vocht.
M. Wagenaar (1710430) Critical Appraisal of a Topic PL3 Pagina | 4