Inleiding: Management Accounting
De doelstelling van dit boek is een inzicht geven in de belangrijkste technieken van kosten- en winstbepaling, met
als hoofddoel accurate en relevante beleidsinformatie te verschaffen aan managers om hen maximaal te
ondersteunen bij het nemen van beslissingen en het sturen van de verschillende afdelingen.
Hieronder ligt de hoofdfocus op het verschaffing van informatie over kosten en winst aan managers.
Deel 3: Historisch Deel 4: Beslissingen
H5: kostenplaatsenmethode H10: begrippen
H6: massaproductie H11: break-even
H7: Productie op order H12: orders lage verkoopprijs
H8: bijproducten, uitval, afv H13: make-or-buy
H9: full costing vs direct cost H14: verkoopprijs
H15: productmix
H16: investeringsbeslissing
Deel 1 : geven we de lezer een inzicht in de basisbegrippen van kostprijscalculatie. Vertrekkend van een
uitgangsvoorbeeld wordt de techniek van kostprijscalculatie uiteengezet in hoofdstuk 1
Er wordt daar aandacht besteed aan het begrip kostprijs, de bepaling van het kostenobject, de bepaling van de
kostensoorten en de waardering van de kostensoorten. Hierbij worden de indirecte kosten verdeeld over de
verschillende producten/diensten op basis van eenvoudige verdeelsleutels, zoals aantal stuks, aantal machine-
uren. Hoofdstuk: 2 gaat dieper in op een aantal specifieke waarderingsproblemen
Samenvatting van Lislotte 1
,Deel 1: Hoofdstuk 1 : De techniek van kostprijscalculatie
1. Inleiding
Vooraleer in te gaan op de basisbegrippen van kostprijscalculatie, geven we eerst een voorbeeld om de
problematiek van kostprijscalculatie beter te kunnen schetsen en om de definities concreter te kunnen maken.
Ook in de volgende hoofdstukken zullen we naar dit uitgangsvoorbeeld verwijzen.
2. Probleemstelling bij kostencalculatie: Uitgangsvoorbeeld
Voorbeeld: een onderneming produceert 1 type motorfiets en stelt normaal 175 arbeiders te werk.
De motorfiets bestaat uit een motor, die ingekocht wordt aan 250 000 EUR en stel diverse onderdelen, die intern
gemaakt worden op gespecialiseerde bewerkingsmachines. De kostprijs van de benodigde materialen om deze
onderdelen te maken bedraagt 375 000 EUR. De totale bewerkingstijd om deze onderdelen te maken is 20
machine-uren en 20 arbeidsuren.
Daarbovenop vraagt de assemblage van de motorfiets 10 arbeidsuren.
Er werken in de fabriek 2 soorten arbeiders. Enerzijds zijn er de directe arbeiders die onderdelen afwerken en de
motorfietsen assembleren. Die arbeiders verdienen 20 EUR per uur en kunnen normaal 1750 uur per jaar nuttig
werken.
Anderzijds zijn er 3 indirecte arbeiders die instaan voor het onderhoud van de machines. Die presteren 1750 uur
per jaar aan 26 EUR per uur.
De bewerkingsmachines kunnen 200 000 machine-uren draaien per jaar. De afschrijvingen ( fabrieksgebouw en
machines) bedragen 200 000 EUR per jaar.
Het verbruik aan energie en hulpstoffen bedraagt 2,50 EUR per machine-uur.
De onderneming betaalt jaarlijks 250 000 EUR aan wedden ( algemene directie, boekhouding, planning).
Het kantoorgebouw wordt gehuurd aan 2500 EUR per maand. De werkingskosten van de algemene leiding en
administratie bedragen jaarlijks 51 400 EUR ( afschrijvingen, meubilair, computers, kantoorbehoeften)..
De verkoopafdeling kost elk jaar 135 000 EUR aan wedden en 5000 EUR aan verbruik diensten en diverse
goederen.
De rente op het totaal geïnvesteerde vermogen bedraagt 175 500 EUR. Aangezien het vermogen vooral
geinvesteerd is in productie-elementen, wordt de rente hier beschouwd als een productiekost. Het totaal
geïnvesteerde vermogen is samengesteld uit 60% eigen vermogen en 40% vreemd vermogen.
Het bedrijf moet in de komende jaren jaarlijks een lening aflossen a rato van 75 000 EUR per jaar.
Het totaal van de beheerskosten wordt voor 50% toegewezen aan de productieafdeling. De overige 50% wordt
toegewezen aan de verkoopafdeling.
De motorfiets wordt verkocht aan 2 500 EUR per stuk. Bij verkoop van de motorfietsen moet aan de
vertegenwoordiger een commissie worden betaald van 50 EUR per stuk ( 2% op de verkoopprijs)
De ondernemung produceert normaal 10 000 stuks per jaar.
Wat is de kostprijs van de motorfiets ?
Samenvatting van Lislotte 2
,3. Begrip kostprijs
Vooraleer over te gaan tot de berekening van de kostprijs, moeten we ons afvragen wat we onder het begrip
kostprijs verstaan.
De kostprijs is de som van de kosten nodig voor het realiseren van een bepaalde prestatie. Waarbij we kosten
definiëren als de in gelwaarde uitgedrukte offers van de ingezette productiemiddelen.
Bij het berekenen moeten we ons volgende vragen stellen:
1. wat is de inhoud van de prestatie
2. Welke kostensoorten zijn nodig voor deze prestatie
3. Hoe bepalen we de waarde van de kosten.
Inhoud van de prestatie
In de eerste plaats moeten we weten waarvan we de kostprijs willen berekenen. De prestatie, of het kostenobject,
moet dus eenduidig vastliggen. Dit kan een product, een dienst, een productgroep, een arbeidsuur enz.. zijn.
bovendien moeten we bij een product/dienst nog het onderscheid maken tussen het productieproces en het
verkoopproces.
de prestatie is het vervaardigde eindproduct of dienst
Juist op het moment van het beëindigen van het productieproces, dan spreekt men van de fabricagekostprijs.
Fabricagekostprijs in een productieonderneming:
Alle kosten totaliseren die gemaakt worden tussen het afleveren van de grondstoffen aan de fabriekshal en het
afleveren van het gereed product aan het magazijn afgewerkte producten.
Fabricagekostprijs in een handelsonderneming:
Moet men alle kosten totaliseren die gemaakt worden voor de aankoop van de producten, voor het in voorraad
houden, conditioneren, splitsen, splitsen en samenvoegen
Fabricagekostprijs in een dienstenorganisatie:
Kosten die gemaakt worden tijdens het hele proces tot en met het moment dat de dienst aangeboden wordt aan
het publiek.
als het prestatie het verkochte product of dienst is
Omvat de prestatie naast het productieproces ook het verkoopproces. We spreken in dit geval van
verkoopprijskost
Tabel 1.1 maakt bij de kostprijscalculatie van de motorfiets uit het uitgangsvoorbeeld onderscheid tussen de
fabricagekostprijs en de verkoopkostprijs.
De kostprijscalculatie is immers vooral gericht op de waarde bepaling van de voortgebrachte output en niet
zozeer van de verschillende deelelementen van deze output.
Het begrip kosten is dus ruimer dan het begrip kostprijs.
Kostprijscalculatie is dan een deel van kostencalculatie.
Samenvatting van Lislotte 3
, Welke kostensoorten zijn nodig voor deze prestatie
Voor het voortbrengen van elke output ( product, dienst) zijn er productiemiddelen nodig. Wil men overgaan tot
kostprijscalculatie, dan moeten de benodigde middelen eerst worden geïdentificeerd.
Onderscheid tussen kosten en uitgaven
Het begrip uitgave heeft te maken met het liquide middelen ( kasgeld, bankrekeningen)
Kosten daarentegen, zijn de offers die in het productieproces gemaakt worden om tot die prestatie te komen.
Kosten die geen uitgaven zijn ( niet-kaskosten)
- afschrijvingen, waardeverminderingen, voorzieningen, materiaalverbruik uit aanwezige beginvoorraad
Kosten die wel uitgavens zijn
- personeelskosten, verbruik van diensten en diverse goederen (benzine, kantoormateriaal, water, elektriciteit)
Uitgaven die geen kosten zijn
- aflossing van een lening, betaling schuld leverancier, betaling aankoop van een gebouw, machine
een gelijkaardige onderscheid kunnen we maken tussen ontvangsten en opbrengsten
Opbrengsten die geen ontvangsten zijn (niet-kasopbrengsten)
- verkoop op krediet, voorraadstijging gereed product
Opbrengsten die ook ontvangsten zijn (kasopbrengsten)
- contante verkoop
Ontvangsten die geen opbrengsten zijn
- ontvangst van een geleend bedrag ( schuld aangaan)
- betaling door een klant
- ontvangen van nieuwe inbreng in contanten.
Samenstellende elementen van de kostprijs
We baseren ons op figuur 1.1 de kosten worden gegroepeerd in 3 groepen:
Productiekosten, beheerskosten en verkoopkosten.
Merk op dat ook de rente op het geïnvesteerde vermogen een samenstellend element is van de kostprijs. Het is
aan de onderneming om te beslissen of de financiële kosten deel uitmaken van de kostprijs.
Samenvatting van Lislotte 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lislotte. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.22. You're not tied to anything after your purchase.