Let op: nummer en identificeer elke pagina van deze weektaak met je
werkgroepnummer en datum!
Weektaak 2 Wetenschapstheoretische begrippen
, Werkgroepnummer: 8
Datum: 13-09-2016
1. Leg uit wat de aanhangers van deze stromingen bedoelden met deze uitspraken. Op welke
manier wilde ieder zich hiermee onderscheiden van de vorige wetenschapsfilosofische
opvattingen?
- Wittgenstein is een aanhanger van het logisch positivisme. Het logisch positivisme
ziet ondubbelzinnige waarnemingen als basis, het moet waar te nemen zijn. Ze
zien een fundamenteel onderscheid tussen theorie en feiten. Kennisverwerving
vindt volgens hen plaats door middel van inductie en toetsing door middel van
verificatie. Volgens aanhangers van logisch positivisme is logisch positivisme
altijd mogelijk. Hierin onderscheiden ze zich van het kritisch rationalisme en het
pragmatisme. Demarcatiecriterium vinden door onderscheiden wetenschappelijke
en niet-wetenschappelijke uitspraken.
- Popper is een aanhanger van het kritisch rationalisme. De letterlijke vertaling van
zijn uitspraak is: “We kunnen niet stijgen op de ladder van de wetenschap”. Hij
bedoeld hiermee dat het bereiken van vooruitgang en een eindpunt in de
wetenschap lastig is. Dit komt doordat aanhangers van het kritisch rationalisme
hun toetsing van wetenschappelijk onderzoek richten op het falsificatieprincipe.
Dit houdt in dat ze onderzoek toetsen door het tegendeel te bewijzen. In bijna alle
gevallen kan dit tegendeel bewezen worden, waardoor stijgen op de
wetenschappelijke ladder lastig is. Dit in tegendeel tot de andere stromingen, want
die baseren hun toetsing niet op basis van falsificatie maar bijvoorbeeld op
verificatie. (Altijd beginnen bij een theorie die al bestaat, niet geloven in inductie).
- Kuhn was een aanhanger van het pragmatisme. De letterlijke vertaling van zijn
uitspraak is: “Voorstanders van concurrerende paradigma’s beoefenen hun beroep
in verschillende werelden”. Dit past bij het pragmatisme, omdat het pragmatisme
de competitie tussen theorieën als basis ziet voor wetenschappelijk onderzoek.
Verder zijn ze van mening dat theorieën hun eigen versie van de feiten creëren.
Kennisverwerving vindt volgens hen plaats door middel van deductie en abductie.
Toetsing vindt plaats door middel van competitie tussen theorieën.
Wetenschappelijke vooruitgang is mogelijk via revoluties en paradigma
wisselingen. Hierin onderscheidt het zich van de andere stromingen.
2. Vennix onderscheidt in hoofdstuk 3 verschillende criteria voor wetenschappelijkheid. Welke
criteria zijn dit? Welke worden gezien als het meest belangrijk? Over welke criteria bestaat
discussie? Motiveer je antwoorden.
De criteria voor wetenschappelijkheid zijn volgens Vennix openbaarheid, repliceerbaarheid en
controleerbaarheid. Dit zijn de belangrijkste criteria, omdat onderzoek dat aan deze
voorwaarden voldoet bekritiseerd kan worden of gecontroleerd kan worden door
replicatieonderzoek. Sommigen vinden dat wetenschappelijk onderzoek ook moet bijdragen
aan het verder ontwikkelen van theorieën. Voor anderen gaat dit criterium te ver, omdat het
zou betekenen dat onderzoek dat gericht is op het beantwoorden van praktijkvragen per
definitie niet wetenschappelijk zou kunnen zijn.
3. In het boek en het college zijn drie manieren besproken die leiden tot ‘nieuwe’ kennis:
inductie, deductie en abductie. Beschrijf kort wat deze drie begrippen inhouden.
Inductie: Inductie is het generaliseren van een beperkt aantal waarnemingen, uit specifieke
gevallen worden algemeen geldende regels afgeleid.
Deductie: Bij deductie gebeurt eigenlijk het omgekeerde als bij inductie, dus van algemene
uitspraken worden in specifieke gevallen uitspraken gedaan.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller romywillems. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $0.00. You're not tied to anything after your purchase.