100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Biologie H2, H3 & H4, Nectar 4HAVO $5.88
Add to cart

Summary

Samenvatting Biologie H2, H3 & H4, Nectar 4HAVO

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Vind je biologie lastig? Dan is dit de perfecte samenvatting waardoor jij een hoger cijfer gaat halen! Dus waar wacht je nog op?

Preview 4 out of 36  pages

  • No
  • Hoofdstuk 2 t/m 4
  • October 1, 2023
  • 36
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
TW2 Biologie H234

Hoofdstuk 2: Cellen

2.1 Menselijke en dierlijke cellen
Je leert welk organisatieniveau cellen hebben, welke onderdelen ze bevatten en wat hun bouw en
functie is

Organisatieniveaus in de biologie:
− Molecuul = verbinding tussen atomen
− Organel = onderdeel van cel met bepaalde functie
− Cel = bouwsteen van alle organismen
− Weefsel = groep cellen met dezelfde bouw en functie
− Orgaan = bestaat uit meerdere weefsels, heeft bepaalde functies
− Orgaanstelsel = alle organen die samenwerken
− Organisme = levend wezen (heeft meerdere orgaanstelsels)
− Populatie = groep soortgenoten in een bepaald gebied
− Ecosysteem = alle populaties en de levenloze natuur in een bepaald gebied
− Systeem Aarde = biosfeer, alle ecosystemen van de planeet

Emergente eigenschap:
− Nieuwe eigenschap
− Ontstaan door samenwerking van onderdelen (met lagere organisatieniveaus)

Biologen onderscheiden organisatieniveaus, waarvan
de cel het laagste niveau is met alle levenskenmerken.
Eigenschappen die op een hoger niveau ontstaan uit
samenwerking van de lagere niveaus zijn emergent.

Cellen bestaan uit:
− Celmembraan
o Begrenst de cel
o Zorgt voor uitwisseling van stoffen
− Bestaat uit:
o Fosfolipiden: vetten met fosfaatgroep
o Eiwitten:
o Transporteiwitten: transportpoortjes voor stoffen
o Receptoreiwitten: contactpunten voor bijv.
hormonen (zonder binnenkomen cel)
− Cytoplasma: grondplasma met organellen (celorganen)

Celinhoud bestaat uit:
− Cytoplasma: grondplasma (water en opgeloste stoffen)
− Organellen: cel‘organen’

,Organellen: wat doen ze?
− Voor onderhoud van cel:
o Lysosomen – blaasjes met enzymen die oude organellen afbreken
o Mitochondriën –breken koolhydraten en vetzuren af → vormen energierijke stoffen
o Centrosoom – nodig voor celdeling
o Celskelet – eiwitdraden → geeft stevigheid/vorm (hier bewegen transportblaasjes langs)
− Nodig voor eiwitsynthese:
o Celkern met DNA – code (recept) voor eiwitsynthese
o Ribosomen – gebruiken code om eiwitten te maken
o Endoplastisch Reticulum (ER) – verplaatsen eiwitten naar Golgi systeem
o Golgi systeem – sorteren en bewerken eiwitten uit ER in transportblaasjes
o Transportblaasjes – transporteren eiwitten naar verschillende plaatsen in cel




Een cel bestaat uit een celmembraan, grondplasma en verschillende organellen met elk een
eigen functie.

,2.2 DNA en specialisatie van cellen
Bouw en functie van eiwitten:

− Eiwitten = Grote moleculen, ,bestaan uit aminozuren
− 20 verschillende aminozuren
− Functie:
o Bouwstof van cellen
o Afweerstof (antistoffen - stof die ziektewekkers bestrijdt)
o Enzym (stof die reactie versnelt)
o Transportmiddel
o Hormoon (stof die via het bloed je cellen bereikt en ze aanzet tot actie)
− Recept voor eiwitten ligt in DNA gecodeerd
Bouw van DNA
̶ Lijkt op gedraaide touwladder
̶ Strengen bestaan uit:
o Deoxyribose (suiker)
o Fosfaatgroep
̶ Treden van ladder bestaan uit 4 stikstofbasen:
o Adenine (A)
o Cytosine (C)
o Thymine (T)
o Guanine (G)
̶ 3 stikstofbasen coderen 1 aminozuur
̶ Gen = Stikstofbasen dat 1 eiwit codeert
̶ 95% van DNA is niet-coderend DNA (junk-DNA)
DNA streng:




Coderen van eiwitten = Morsecode
̶ Pauze – streep – punt coderen 1 letter
̶ Letters vormen 1 woord
̶ 3 stikstofbasen = codon (informatie voor 1 aminozuur)
̶ Bepaalde aminozuren vormen 1 eiwit (groepjes van 3)
̶ Startcodon = AUG
̶ Stopcodon = UAA, UAG of UGA

, Eiwitproductie
̶ DNA blijft in celkern
̶ Eiwitten worden buiten de celkern in elkaar gezet
̶ Hoe verloopt dat proces?
o Kopie gemaakt van stuk DNA met code voor bepaald eiwit (=gen)
o Kopie verlaat celkern
o Ribosoom leest code af en koppelt aminozuren aan elkaar → ontstaat eiwit

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liekevandemaat. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.88
  • (0)
Add to cart
Added