Samenvatting Hoofdstuk 5 t/m 7 Chemie Overal 5e ed havo 4 leerboek, ISBN: 9789001819736 Scheikunde
7 views 0 purchase
Course
Scheikunde
Level
HAVO
Book
Chemie Overal havo 4 FLEX leerboek
Vind je scheikunde lastig? Dan is dit de perfecte samenvatting waardoor jij het beter gaat begrijpen en een hoger cijfer haalt! Wat wil je nog meer?
Dit is een samenvatting van het Hoofdstuk 5 t/m 7 van het Chemie Overal Havo 4 boek.
Hoofdstuk 5 Zouten en zoutoplossingen
5.1 Zoutformules en namen
Vorming van een zout
Zouten zijn opgebouwd uit metaalatomen en niet-metaalatomen. Soms trekken positieve ionen en
negatieve ionen elkaar aan, er wordt een ionbinding gevormd. Deze ionen vormen samen een zout.
Positieve en negatieve ionen zijn regelmatig gerangschikt in een kristalrooster. Het kristalrooster bij
zouten is een ionrooster.
Enkelvoudige en samengestelde ionen
Enkelvoudige ionen = Ionen die uit één atoomsoort bestaan.
Positieve enkelvoudige ionen ontstaan uit metaalatomen doordat deze één of meer elektronen
afstaan.
Negatieve enkelvoudige ionen ontstaan uit niet-metaalatomen doordat deze één of meer elektronen
opnemen.
Samengestelde ionen = Ionen die uit twee of meer verschillende atoomsoorten bestaan. Hierin zijn
atomen met atoombinding aan elkaar gebonden en het ion als geheel heeft elektronen opgenomen
of afgestaan. Er zijn positieve en negatieve samengestelde ionen.
Namen van zouten
Systematische naam van zout is afgeleid van namen van de ionen waaruit het zout is opgebouwd.
Die namen worden gekoppeld, met de naam van positieve ion voorop. Dat levert dan de naam van
het zout op.
Sommige zouten hebben ook nog een triviale naam. Binas 66A. Bijv. natriumchloride = keukenzout.
,Formules van zouten
In zouten trekken positieve en negatieve ionen elkaar aan door tegengestelde ladingen. In
ionrooster dat ontstaat zijn alle ionen gestapeld. Positieve ionen zijn omgeven door negatieve ionen
en negatieve ionen door positieve. Er zijn dus geen zoutmoleculen aan te wijzen.
Zouten zijn ongeladen, dat kan alleen als in het zout de totale lading van de positieve ionen gelijk is
aan de totale lading van de negatieve ionen. Omdat lading van ion vaststaat, komen ionen altijd in
vast verhouding in zout voor. Zoutformule noem je dan ook een verhoudingsformule. Als je weet uit
welke ionen een bepaald zout bestaat, kun je verhoudingsformule opstellen.
5.2 Zouten in water
Een zout oplossen in water
Dat zout elektrische stroom kan geleiden, deze eigenschap op macroniveau kun je op microniveau
verklaren doordat er in een zoutoplossing geladen deeltjes voorkomen die vrij kunnen bewegen.
Geladen deeltjes zijn de ionen van het zout. Door oplossen kunnen ionen zich vrij bewegen door
oplosmiddel. Elk ion wordt omgeven door een mantel van watermoleculen als een zout in water
oplost = hydratatie.
,De ‘opgeloste’ ionen worden gehydrateerde ionen genoemd. Watermantel
weergegeven door achter formule van ion (aq) =water) te zetten. Positieve ion
is omgeven door watermoleculen waarvan negatieve kant naar ion is gedraaid.
Bij negatieve ion is positieve kant van watermoleculen naar ion gedraaid.
Oplosvergelijkingen en indampvergelijkingen
Oplossen en indampen van zouten kun je in vergelijking weergeven.
Oplossen van zouten:
Als natriumchloride in water oplost, ontstaan gehydrateerde natriumionen en
chloride-ionen: Na+ (aq) en Cl- (aq) = oplosvergelijking. Omdat het zout niet
reageert met water, maar erin oplost, komt water niet in vergelijking voor:
NaCl (s) Na+ (aq) + Cl- (aq).
Bij oplossen van zout in water wordt elk ion afzonderlijk gehydrateerd. Los je
CuCl2 (s) op in water, dan krijg je in oplossing per Cu 2+ -ion twee Cl- -ionen. In
oplosvergelijking komt daarom de coëfficiënt 2 voor Cl - (aq) te staan: CuCl2 (s)
Cu2+ (aq) + 2Cl- (aq).
Indampen van zoutoplossingen:
Als je zoutoplossing verdampt, verdampt water. Zout blijft als vaste stof
achter. Positieve en negatieve ionen van het zout vormen opnieuw
ionrooster. Bij indampen gebeurt tegenovergestelde van bij het oplossen van
een zout. Zie de 2 indampvergelijkingen: Zn2+ (aq) + SO42- (aq) ZnSO4 (s).
3Na+ (aq) + PO43- (aq) Na3PO4 (s)
Oplosbaarheid
Als ionbinding sterk is, komen ionen niet los uit ionrooster. Binas 45A =
oplosbaarheidstabel. Letters g (goed oplosbaar), s (slecht oplosbaar) en r
(reageert met water).
In oplosbaarheidstabel kun je enkele regelmatigheden ontdekken:
Zouten die als positieve ionsoort kaliumionen, natriumionen of
ammoniumionen bevatten, zijn goed oplosbaar
Zouten die als negatieve ionsoort nitraationen of acetaationen bevatten, zijn goed oplosbaar
Er zijn 4 zouten met oxide-ion die reageren met water: Na 2O, K2O, CaO en BaO. Bij reactie van deze 4
oxiden met water gebeurt steeds hetzelfde: O 2--ionen veranderen in OH- -ionen die vervolgens
gehydrateerd worden. Metaalionen veranderen niet, worden
5.3 Zouthydraten
Zouthydraten = Zouten die water hebben opgenomen in hun ionrooster.
Kristalwater = Water dat in het rooster is gebonden.
Reagens = Kun je de aanwezigheid van een stof mee aantonen.
Opnemen kristalwater meestal exotherm, afstaan kristalwater endotherm.
Zouthydraten worden veel gebruikt als droogmiddel, bouwmateriaal en als koelmiddel.
, Hoofdstuk 6 Koolstofchemie
6.1 Alkanen en alkenen
Koolwaterstoffen
Koolstofchemie = Chemie die zich bezighoudt met het bestuderen van koolstofverbindingen
Verschillende klassen in koolstofchemie:
Koolwaterstoffen = Alle verbindingen die alleen bestaan uit koolstofatomen en
waterstofatomen (ingedeeld op grond van onderstaande kenmerken)
Onvertakt = Elk C-atoom is met maximaal 2 andere C-atomen verbonden
Vertakt = Minstens één C-atoom komt voor dat met 3 of 4 andere C-atomen is verbonden
Zie bron 6.2, dit is beide C4H10 maar anders gebouwd, bijv. de kookpunten zijn dus anders
isomerie of structuurisomerie en de twee verschillende stoffen zijn isomeren
Verzadigd = Tussen C-atomen komen uitsluitend enkele atoombindingen voor (bron 6.3)
Onverzadigd = Tussen C-atomen komen één of meer dubbele atoombindingen voor (bron 6.4)
Alkanen en alkenen
Koolwaterstof onderverdelen in reeksen waarbij opeenvolgende stoffen steeds een CH 2 -groep meer
bevatten. We bespreken 2 van dit soort reeksen: alkanen en alkenen.
Alkanen
Alkaanmoleculen kunnen vertakt en onvertakt zijn. Tussen de C-atomen
komen alleen enkelvoudige bindingen voor. Alkanen zijn dus altijd
verzadigde bindingen. (bron 6.5)
Alkenen
Alkeenmoleculen kunnen vertakt en onvertakt zijn. In een alkeenmolecuul
komt één dubbele binding tussen 2 C-atomen voor. Door die extra binding
tussen 2 C-atomen zijn er 2 H-atomen minder dan in een alkaan met
evenveel C-atomen. Alkenen zijn dus onverzadigde bindingen. (bron 6.6)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liekevandemaat. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.