Samenvatting Cardiologie: de belangrijkste medicatiesoorten en de werking
15 views 0 purchase
Course
Farmacologie
Institution
Hogeschool Windesheim (HW)
Bondige, duidelijke samenvatting van de belangrijkste soorten medicatie die in de cardiologie naar voren komt.
- De werking van verschillende soorten diuretica worden toegelicht.
- Het bloeddrukregulatiesysteem (ook RAAS!) van het lichaam wordt toegelicht, met hierbij de werking van de verschi...
Diuretica
Functie: verhogen van urineproductie door re-absorptie van Na en H2O in nieren te remmen
Indicatie:
- Bloeddrukverlaging; door vermindering van volume in bloedvat daalt de bloeddruk.
- Oedeem; door vermindering van volume in bloedvat stijgt de osmotische waarde van
bloed, waardoor vocht van buiten de vaten teruggehaald wordt naar het bloed en het
oedeem afneemt.
- Hartfalen; door vermindering van volume wordt zowel de preload als afterload
verlaagd, waardoor het hart minder druk ervaart en het makkelijker pompt.
Verschillende soorten:
- Osmotische diuretica (bv. mannitol)
Werkzaam in proximale tubulus. Hier worden Na, K en Cl gefilterd en normaal
gesproken gereabsorbeerd. Nu niet, waardoor osmotische waarde van urine stijgt.
Hierdoor zit H2O ‘gevangen’ in urine en wordt het uitgeplast.
Bijwerkingen: elektrolytstoornissen (hyponatriëmie, hypokaliëmie, hypochloremie),
hypotensie, hypovolemie, dehydratie.
- Lisdiuretica (bv. furosemide, bumetanide)
Werkzaam in Lis van Henle. Hier wordt normaal gesproken Na, K, Cl, Ca en Mg
gereabsorbeerd. Nu niet, waardoor Na in urine blijft en H2O dus ook; wordt
uitgeplast.
Bijwerkingen: elektrolytstoornissen (hyponatriëmie, hypokaliëmie, hypochloremie,
hypocalciëmie, hypomagnesiëmie), hypotensie, hypovolemie, dehydratie. Ook jicht
doordat ureum in lichaam blijft.
- Thiazide (bv. hydrochloorthiazide)
Werkzaam in distale tubulus. Hier wordt normaal gesproken Na en Cl
gereabsorbeerd. Nu niet, waardoor Na in urine blijft en H2O dus ook; wordt
uitgeplast.
Bijwerkingen: elektrolytstoornissen (hyponatriëmie, hypochloremie), hypotensie,
hypovolemie, dehydratie, jicht.
- Kaliumsparende diuretica:
o Triamtereen; blokkeert Na-kanalen in distale tubulus, waardoor Na uit urine
niet uitgewisseld kan worden met K uit lichaam, waardoor Na in urine blijft en
H2O dus ook; wordt uitgeplast.
Bijwerking: hyperkaliëmie, hypotensie, hypovolemie, dehydratie.
o Eplerenon en spironolacton; zijn aldosteron-antagonisten. Voorkomen dat
aldosteron gaat binden. Als aldosteron bindt aan cel, dan worden meer Na en
K pompen aangemaakt, waardoor meer Na uit urine met K uit lichaam
uitgewisseld kan worden. Nu niet, waardoor Na in urine blijft en H2O dus ook;
wordt uitgeplast.
Bijwerkingen: hyperkaliëmie, hypotensie, hypovolemie, dehydratie.
Spironolacton is ook antagonist voor geslachtshormonen. Kan als bijwerking
hebben borstgroei bij mannen en amenorroe bij vrouwen.
, Hypo/hypertensie + antihypertensiva
Lagere bloeddruk omhoog krijgen:
- Zenuwstelsel + bloedvaten (snel systeem)
Baroreceptoren merken te lage bloeddruk op sympaticus (onderdeel autonoom
zenuwstelsel) wordt geactiveerd hartfrequentie stijgt cardiac output stijgt
bloeddruk stijgt. Sympaticus zorgt ook voor vasoconstrictie afname diameter van
vaten bloeddruk stijgt.
- Hersenen (langzaam systeem)
Hypofyse produceert ADH (anti-diuretisch hormoon) vocht wordt vastgehouden
bloedvolume stijgt bloeddruk stijgt
- Nieren (langzaam systeem)
Baroreceptoren merken te lage bloeddruk op en minder voorurine productie van
renine;
RAAS (renine-angiotensine-aldosteron-systeem)
Renine zet angiotensinogeen om in angiotensine I. In longen wordt angiotensine I
omgezet in angiotensine II door ACE. Functie van angiotensine II:
o Vasoconstrictie afname diameter van vaten bloeddruk stijgt.
o Uitscheiding van aldosteron in voorurine meer Na in lichaam meer vocht
vastgehouden bloedvolume stijgt bloeddruk stijgt.
o Dorstprikkel meer drinken bloedvolume stijgt bloeddruk stijgt
Hoge bloeddruk omlaag krijgen:
- Atriaal natriuretisch peptide; wordt uitgescheiden wanneer volume receptoren in
hart verhoogde druk opmerken.
o ANP uitplassen Na en hiermee dus ook vocht bloedvolume daalt
bloeddruk daalt.
o ANP vermindert ook dorstprikkel minder drinken bloedvolume daalt
bloeddruk daalt.
o ANP remmen van afgifte van aldosteron en ADH bloeddruk daalt.
o ANP vasodilatatie toename diameter van vaten bloeddruk daalt.
Hypertensie is in 90% van de gevallen essentiële/primaire/idiopatische hypertensie; geen
duidelijk aanwijsbare oorzaak afgezien van opeenstapeling van risicofactoren (bv. leeftijd,
stress, overgewicht, etc.). In 10% van de gevallen wel een aanwijsbare oorzaak. Belangrijkste
behandeling is geven van leefstijladviezen. Daarnaast ook antihypertensiva:
- ACE-remmers (bv. lisinopril, enalapril)
Grijpen in op RAAS-systeem; ACE wordt geremd geen angiotensine II geen
bloeddruk stijging
- Angiotensine-II-antagonisten (bv. candesartan, irbesartan)
Grijpen in op RAAS-systeem remmen angiotensine II geen bloeddruk stijging
- Bèta-blokkers (bv. metoprolol, propranolol)
Remmen sympaticus geen bloeddruk stijging
- Calciumkanaalblokkers (bv. amlodipine, nifedipine)
Blokkeren calcium kanalen remmen vasoconstrictie geen bloeddruk stijging
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MaritBoertien. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.