Publiekrecht = Recht dat regels bevat voor het uitoefenen van gezag door de overheid in haar
relatie met de burger en tussen overheidsorganen onderling
Privaatrecht = Rechtsverhouding tussen (rechts)personen
Zowel publiekrecht als privaatrecht kan betrekking hebben op een bepaald onderwerp, zoals arbeid,
gezondheid of sociale zekerheid. Het recht kan daarom worden ingedeeld naar onderwerp in
zogenoemde functionele rechtsgebieden.
2.1.1 Publiekrecht
De overheid oefent gezag uit op burgers door middel van wetgeving, bestuur en het toepassen van
sancties; dit behoort tot het publiekrecht. Met haar gezag kan de overheid macht uitoefenen over de
burger. Er is sprake van een verticale verhouding tussen de ‘machtige overheid’ en de ‘ondergeschikte
burger’.
Het publiekrecht wordt onderverdeeld in het staatsrecht, het bestuursrecht en het strafrecht.
Staatsrecht = Recht waarin geregeld is hoe de wetgeving tot stand komt en het beschrijft de
diverse organen van de overheid en hun bevoegdheden
Bestuursrecht = Recht dat regels bevat voor organen van de overheid en andere organen die
met openbaar gezag bekleed zijn, voor het gebruik van hun bevoegdheden
Bij het bestuursrecht wordt er gesproken van besturen en de organen heten daarom ook
bestuursorganen. Onder besturen valt ook het nemen van besluiten, waardoor aan burgers bepaalde
rechten worden verleend of plichten worden opgelegd. De besluiten van de bestuursorganen (Bv.
DUO en IND) worden beschikkingen genoemd, omdat zij in individuele gevallen een recht verlenen
(of juist niet) of een plicht opleggen.
Bestuursorgaan = Orgaan van de overheid, of anderszins met openbaar gezag bekleed, met
bestuursbevoegdheid
Beschikking = Besluit van een bestuursorgaan waarin aan een (rechts)persoon een recht
wordt verleend of geweigerd of waarin een plicht wordt opgelegd
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur = Geschreven en ongeschreven regels die de
overheid dwingen om zich bij het gebruik van haar bevoegdheden tegenover een burger
behoorlijk te gedragen
Beschikkingen hebben vaak ingrijpende gevolgen voor de burger(s). Voor bestuursorganen gelden
daarom algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb). De meest belangrijke zijn als volgt:
1. Zorgvuldigheidsbeginsel
2. Rechtszekerheidsbeginsel
3. Gelijkheidsbeginsel
4. Verbod van misbruik van bevoegdheid
5. Motiveringsbeginsel
De abbb dwingen een bestuursorgaan om zich ten opzichte van de burger behoorlijk te gedragen. De
meeste abbb zijn, net als de meeste andere regels voor het optreden door de overheid, vastgelegd in
de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Voor voorbeelden van de abbb zie pagina 35 tot 37.
, Ad 1 Zorgvuldigheidsbeginsel
Het zorgvuldigheidsbeginsel verlangt van een bestuursorgaan dat het een besluit zorgvuldig
voorbereidt en dat het de belangen die daarbij betrokken zijn zorgvuldig afweegt.
Ad 2 Rechtszekerheidsbeginsel
Het rechtszekerheidsbeginsel vereist dat burgers erop kunnen vertrouwen dat hun rechten en
plichten niet zomaar veranderen, zodat zij weten waar zij aan toe zijn.
Ad 3 Gelijkheidsbeginsel
Het gelijkheidsbeginsel dwingt het bestuursorgaan om gelijke gevallen zo veel mogelijk gelijk te
behandelen. De moeilijkheid bij dit beginsel is overigens dat het niet gemakkelijk is om te bepalen of
twee gevallen werkelijk helemaal aan elkaar gelijk zijn.
Ad 4 Verbod van misbruik van bevoegdheid
Het verbod van misbruik van bevoegdheid verbiedt een bestuursorgaan om zijn bevoegdheid voor
een ander doel te gebruiken dan waarvoor de bevoegdheid gegeven is.
Ad 5 Motiveringsbeginsel
Het bestuursorgaan moet zijn besluiten goed motiveren, dat wil zeggen: aangeven wat de reden
ervan is en hoe het hiertoe is gekomen.
Behalve dat de overheid moet voldoen aan de abbb, moet de burger zich tegen de overheid kunnen
verweren. De Awb bevat tevens regels met betrekking tot de rechtsbescherming van de burger tegen
de overheid, zoals de mogelijkheid van bezwaar en beroep. Daarnaast kan iedereen die vindt dat hij
door (een medewerker van) een bestuursorgaan onheus is behandeld hierover een klacht indienen
bij het bestuursorgaan. Als behandeling van de klacht geen oplossing biedt, dan kan de klager de
Nationale ombudsman vragen om een onderzoek in te stellen. De aanbevelingen die de ombudsman
doet aan het bestuursorgaan worden vrijwel altijd opgevolgd.
Strafrecht = Recht waaronder de gedragingen vallen die de wetgever strafbaar heeft gesteld,
evenals de straffen die de rechter kan opleggen en de regels voor de manier waarop daders
berecht moeten worden
Het derde rechtsgebied in het publiekrecht is strafrecht. De belangrijkste wetten waarin het
strafrecht is opgetekend, zijn het Wetboek van Strafrecht (Sr) en het Wetboek van Strafvordering (Sv).
Het (medisch) tuchtrecht neemt naast het strafrecht een bijzondere plaats in omdat het feitelijke is
bedoeld om bepaald gedrag af te dwingen binnen een bepaalde beroepsgroep, door het opleggen
van (straf)maatregelen).
2.1.2 Privaatrecht
Het privaatrecht (burgerlijk recht of civiel recht) heeft betrekking op de rechtsverhouding tussen
personen of rechtspersonen. De betrokken rechtspersonen krijgen bepaalde rechten en
verplichtingen ten opzichte van elkaar. De rechtsverhouding, bij bijvoorbeeld geregistreerd
partnerschap, wordt een verbintenis genoemd.
Uitgangspunt voor de rechtsverhoudingen in het privaatrecht is de gelijkwaardigheid van personen
of rechtspersonen. Deze verhouding tussen partijen in privaatrecht kan worden gezien als een
horizontale lijn.
Rechtspersonen = organisaties die volgens de wet net als personen rechten en plichten
hebben en daarmee zelfstandig kunnen deelnemen aan het rechtsverkeer
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AvansSociaal. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.