Metabolisme of stofwisseling is de verzamelnaam voor alle chemische reacties die het leven nodig
heeft om zichzelf in stand te houden, te groeien, ziach als soort te verdedigen en nakomelingen te
produceren.
1.2 Koolhydraten (suikers)
Je hebt monosachariden (eenvoudige suikers; glucose, fructose,mannose en galactose) en di-, oligo-
en polysachariden (meervoudige suikers). Samen vertegenwoordigen koolhydraten het grootste deel
van de biomassa op aarde. Belangrijke functies zijn:
Metabool; energiemetabolisme
Structureel; skelet van planten, insecten en schaaldieren
Cel-celinteracties; membraanglycoproteinen
Diverse functies; eiwitadressering, voorkomen bloedstolling, smeren van gewrichten
1.2.1 Monosachariden en disachariden
Koolhydraten hebben een structuurformule namelijk (CH 2O)n. Disachariden hebben een
glycosidebinding, dit is een binding tussen twee OH groepen. Via hetzelfde principe ontstaat oook
oligo- en polysachariden.
1.2.2 Polysachariden
Cellulose is de bekendste polysachariden dat een belangrijk component is van de celwand van
plantaardige cellen waardoor er stevigheid wordt opgbouwd. Een ander polysachariden is chitine die
je kunt vinden in exoskeletten van insecten en schaaldieren. Zetmeel komt voor als grote korrels in
het cytoplasma van plantaardige cellen. De mens bezit spijsverteringsenzymen om zetmeel te
hydrolyseren (amylose). Zetmeel wordt niet verteerd door de mens.
1.2.3 Glycosaminoglycanen
Het zorgt voor hydratatie, structuur, cel-celsignalatie en regeling van groei en differentiatie. Ze zijn
negatief geladen waardoor ze veel water en kationen kunnen binden. Hyaluronzuur komt voor in
vvloeistof van gewrichten, in glasachtig lichaam van het oog en in de geleiachtige structuur van de
navelstreng. Heparine zorgt voor bloedcirculatie, het wordt vaak gebruikt als anti-stollingsmiddel in
de de geneeskunde.
1.2.4 Complexe suikers van de celmembraan
Het aantal verrschillende oligosachariden is enorm en dit heeft twee redenen: er zijn een vrij groot
aantal chemische bouwstenen en elk suikerresidu kan op verschillende manieren aan een ander
suikerresidu vastziitten.
1.3 Lipiden (vetten)
Vetten bestaan overwegend uit koolstof en waterstof en daarom bevatten ze apolaire groepen. Water
kan waterstofbruggen vormen met zichzelf en andere polaire groepen maar niet met vetten. Het deel
wat waterafstotend is wordt het hydrofobe deel genoemd. Daarnaast heeft de entropie (de ordening
van de watermoleculen) ook een aandeel bij hydrofobiciteit.
Verzadigde vetten hebben enkele bindingen en onverzadigde vetten hebben een of meer dubbele
bindingen. Er is minder energie nodig om onverzadigde vetten te laten bewegen en dit komt tot
uiting in het smeltpunt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller CarolienvdKerkhof. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.