Computer Networking: A Top-Down Approach: International Edition
This is a summary of the book: A top down approach computer networking. This summary explains the Infrastructure section of the book. This summary looks at each network layer and also explains which protocols and algorithms are running on this layer. The summary is 53 pages rich. The language of th...
Starts in Dutch, then everything is English. Just copied straight from the book.
By: falksinke • 7 year ago
By: BaiChang • 7 year ago
Hi, I was wondering if you have any feedback, since you only gave 2 stars.. I would appreciate your opinion! :)
Seller
Follow
BaiChang
Reviews received
Content preview
Infrastructure toets 2 samenvatting
Verschill tussen de applicatie-laag en het netwerkarchitectuur: Netwerkarchitectuur verwijst
naar de organisatie van het communicatieproces in lagen (bijvoorbeeld de vijdag lagen internet
architectuur).
De applicatie-laag daarintegen, is gemaakt door een applicatie ontwikkeler en bepaald de
globale structuur van de applicatie (bijvoorbeeld Client- server of P2P)
HTTP:
De host browser en de webserver communiceren met elkaar. De developer kan een programma
in 2 netwerk manieren maken: Client-server architecture of P2P.
Een data center is voor grote sites (zoals Google) één grote virtuele server.
P2P: Er is geen behoefte aan servers. Directe hosts (genaamd Peers). Voorbeeld zijn Skype,
File sharing (Bit torrent)
Client is degene die het verzoek verstuurd. Server is de host die wacht op het antwoord (ook in
P2P)
Processen communiceren: Het zijn gedachte programma’s die op eind stations draain in een
LAN. Bijvoorbeeld door te communiceren tussen twee hosts doormiddel van messages. De
destination informatie wordt gedefinieerd doormiddel van het poort nummer en het IP-adres.
Socket: Wanneer een proces een message wilt zenden naar andere processen in een andere
host,
Schuift het de message uit zijn deur (Socket). Het is een interface tussen de application layer
en de transport layer in.
Reliable data transfer: Wanneer het de service garandeerd (TCP) dat het pakketje aankomt.
(bijv. Email)
Web catching: Web catching brengt de gewenste inhoud dichter bij de gebruiker, wellicht naar
dezelfde LAN waar de gebruiker z’n computer is in gevestigd. Web caching voorkomt
vertragingen voor alle objecten, zelfs aan objecten dat niet is gecatched. Sinds caching
vermindert het verkeer op links. Zo’n server heet een proxy server.
Applicaties die throughput requirements hebben, heten bandwidth-sensitive applications.
Degene die dat niet nodig hebben, zijn elastic applications.
Services zijn: reliable data transfer, throughput, timing and security.
Applicatie-layer protocol: definiëert hoe een applicatie zijn processen, die gerund worden
onder verschillende systemen, messages verstuurd met elkaar (request messages en
response messages).
HTTP definiëert het formaat en de volgorde van messages die heen en weer verzonden worden
tussen de browser en de web server.
HTTP gebruikt TCP als onderliggende transport protcol.
Het maakt eerst via TCP verbinding met de server. Dan processen ze het via socket interfaces.
De client zendt HTTP request messages naar de socket interface en ontvangt HTTP response
message van de socket interface. Door TCP worden de verzoeken altijd ontvangen tussen de
client en de server. De server zendt requested files naar de clients zonder informatie over de
clients op te slaan (stateless).
,Cookies: Wanneer de gebruiker voor het eerst de site bezoekt, de server maakt een unieke
identificatie nummer en maakt een opening in zijn back-end database, en zet de
identificatienummer om in een cookienummer. Het cookienummer is opgeslagen op de
gebruiker zijn host en is beheerd door de browser. Tijdens elk volgende verzoek (en aankoop),
de browser stuurt het cookienummer weer terug naar de site. De site weet dus wanneer de
gebruiker de site bezoekt.
,FTP:
Zowel HTTP als FTP runnen TCP. Het grootste verschil is dat FTP twee paralelle TCP
connecties gebruik om een file te transferen. Één connectie is voor de control connectien
(username & password) en de andere als data connectie. Dat noem je out-of-band. FTP is niet
stateless.
Elke commando die wordt gegeven van de client, wordt gevolgd door een reply van de server
naar de client.
Electronic mail in the internet:
User agents: pc’s, laptops (Microsoft outlook)
Mail Servers: Mail servers, Exchange 2012, Imap, Pop3
Elke mail servers heeft een queue, waar de outgoing and ingoing mails worden opgeslagen.
Elke user heeft een mailbox op de server opgeslagen. Het gaat van de user-agent naar de mail
server van de gebruiker, en de mail server van de gebruiker stuurt het weer door naar de
destination mail server. Als de destination server niet bereikt kan worden, wachten de emails in
een message queue van de mailserver van de request user-agent.
Wanneer een mail server een email zend naar de andere mail servers, is het een SMTP-client.
Wanneer de email server een email ontvangt van een andere mail server, is het een SMTP-
Server.
SMTP:
Persistant connectie: Wanneer een server meerdere messages verzendt naar de ontvang mail
server, seblijft het over dezelfde tcp connectie gaan en wordt er geen andere connectie
aangemaakt. zowel http als smpt gebruikt persistatn connecties.
HTTP is een pull protocol, iemand laadt infromatie messages in een web server en gebruikt de
http om de infromatie van de server op te halen. SMTP daarintegen is een push protocol: de
zendende mail server pusht de file naar de ontvangende mail server.
HTTP encapsulates elk object in z’n eigen HTTP response message, terwijl SMTP alles in één
message verzendt.
Wembail naar pop3: De message van Alice haar host naar haar mail server gaat over HTTP
(want ze gebruikt webmail). Alice’s mail server zendt het dan naar Bob’s mail server over SMTP.
Bob transfers de message van zijn mail server naar zijn host over POP3.
Pop (Post Office Protocol) Zorgt voor authorisatie en downloaden van mails.
IMAP (Internet Mail Access Protcol) Meer features, waaronder manipulatie van opgeslagen
messages op de server.
HTTP: Gmail, Hotmail, Yahoo! Mail Etc.
, When an application developer creates an application, he needs to choose what application
architecture he will use. This application architecture dictates how the application is structured
over various end systems. In modern network application there are 2 dominant architectures;
the client-server architecture and the peer-to-peer (P2P) architecture.
The client-server architecture always has a host, called the server, which services requests
from many other hosts called clients. In this architecture clients do not directly communicate
with each other and every server has a fixed address; the IP-address. Because of this fixed
address the client can always contact the server by sending a packet to this address. Often in a
client-server application a single-server host is incapable of handling all of its requests. For this
reason a data center is used to house a large number of hosts, to create a powerful virtual
services. Internet services such as Google, Amazon, Gmail or Twitter often employ one or more
data centers.
In the P2P architecture there is minimal to no reliance on dedicated servers in data centers.
Instead, the application exploits direct communication between pairs of connected hosts; peers.
These peers are not owned by the service provider, but are instead desktops and laptops
controlled by users. Because the peers communicate without passing through a dedicated
server, the architecture is called peer-to-peer. Many traffic-intensive applications are based on
P2P architecture, such as Skype or Bittorent. P2P architectures also have self-scalability;
every peer generates workload by requesting files, but also add service capacity by distributing
files. They are also cost effective, as they don’t require significant server infrastructure and
server bandwidth. They do face three major challenges:
● ISP Friendly: Most residential ISPs have much more downstream than upstream traffic,
but with P2P video streaming and file distribution applications shift upstream traffic from
servers to residential ISPs, thus putting significant stress on the ISPs.
● Security: Because of their highly distributed and open nature, it is hard to secure.
● Incentives: The success also depends on convincing users to volunteer bandwidth,
storage and computation resources to the applications.
Programs don't communicate with each other, but processes do. A process can be thought of
as a program that is running within an end system. When processes are running on the same
end system, they can communicate with each other with interprocess communication, using
rules that are made by the end system’s operating system.
Processes on two different end systems communication with each other by exchanging
messages. A sending process creates and sends messages into the network, and a receiving
process receives these messages and responds by sending messages back.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BaiChang. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $15.99. You're not tied to anything after your purchase.