100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
HS5: Latijns-Amerika in de 19de en 20ste eeuw $5.14   Add to cart

Class notes

HS5: Latijns-Amerika in de 19de en 20ste eeuw

 26 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

lesnotities/samenvatting van hoofdstuk 5

Preview 3 out of 19  pages

  • October 5, 2023
  • 19
  • 2021/2022
  • Class notes
  • Werner thomas
  • Hs5
avatar-seller
HS5: Latijns Amerika 1910-1960
HS5: Latijns Amerika 1910-1960.................................................................................................1
0. Inleiding...............................................................................................................................1
1. Algemene ontwikkelingen op economisch, socialeen en politiek vlak...............................2
1.1 Economisch vlak............................................................................................................2
1.2 sociaal vlak....................................................................................................................2
1.3 Politiek vlak...................................................................................................................3
2. Gebeurtenissen...................................................................................................................3
2.1 1910: Mexicaanse revolutie..........................................................................................4
2.2 1914-1918: Eerste Wereldoorlog..................................................................................4
2.3 1929: Beurscrahs Wall Street........................................................................................4
2.4 1939-1945: Tweede wereldoorlog................................................................................4
3. invloed van Eerste Wereldoorlog op ontwikkeling.............................................................4
a. Wat waren de economische gevolgen van de Eerste Wereldoorlog?........................5
b. Welk soort politiek regime haalde de overhand?.......................................................5
4. Invloed van de Grote Depressie..........................................................................................6
a. Gevolgen van de Grote Depressie...............................................................................6
b. Welke soort politieke regime haalde de overhand?...................................................7
5. Invloed van de Tweede Wereldoorlog................................................................................8
a. Wat waren de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog?............................................9
b.Welke politieke evolutie deed zich voor?..................................................................10
Casus 1: Mexico.....................................................................................................................10
A. Verloop: revolutie.........................................................................................................10
FASE 1............................................................................................................................10
FASE 2............................................................................................................................11
B. Realisaties: vooruitstrevende wetgeving......................................................................11
AANVANG......................................................................................................................13
BELANGRIJKSTE LEDEN..................................................................................................14
BELANGRIJKSTE WERKEN..............................................................................................15
EINDE VAN DE BEWEGING............................................................................................18
Casus 2 – Argentinië: Villa Flandria (Luján)..........................................................................18
A. Oprichting (1924)..........................................................................................................18


0. Inleiding
LA heeft de twee wereldoorlogen niet echt meegemaakt

1

,1910: Enige echte alomvattende gebeurtenis: Mexicaanse revolutie in 1910  schok in
Mexico en elders (beginpunt)
1960: Cubaanse revolutie die voor een schok heeft gezorgd overal in Amerika 
communisme kwam plots dichtbij (eindpunt)
- Zoals Amerikaanse onafhankelijkheid was voor meeste LA landen: ideeën
implementeren en functioneren is een voorbeeld voor de anderen
- Zelfde met Cuba: doet andere landen realiseren dat een andere oplossing mogelijk is:
dat je niet moet kiezen voor kapitalisme en andere staatsmodellen ook lukken
- Regeringen blijven rechts liberaal maar voor gewone mensen/vakbonden was Cuba
een groot voorbeeld
- Daarom dat de VS zo sterk reageerde op Cuba: ze wilden voorkomen dat het hele
contintent rood werd  daarom dat ze zich vanaf 1960 meer gaan mengen in de
binnenlandse politiek van die landen (steun geven aan generaals in Argentinië of
Pinochet in Chili)
Koude Oorlog: vreemd want nooit echte confrontatie, enkel proxy-oorlogen. Vreemde sfeer
want het kon op elk moment foutgaan (rakettencrisis)
1989: val van de muur  in meeste landen betekende dit het einde van het communisme

1. Algemene ontwikkelingen op economisch, socialeen en politiek
vlak
1.1 Economisch vlak
- Industrialisering om zelf producten te kunnen produceren zodat je ze niet meer moet
importeren = importsubstitutie
o Import vervangen door lokale productie
o Problemen: je begint van nul (fabrieken, knowhow, materiaal, kapitaal,
arbeiders,…)  en dan moet je ook nog levensvatbaar zijn want elders in de
wereld werken deze fabrieken al langer. Dan moet je beginnen denken aan
tolmuren zodat de import belast wordt en duurder wordt zodat het voor
mensen goedkoper is lokale producten te kopen
- Einde maken aan afhankelijkheid van haciendas. Als je fabrieken bouwt die andere
dingen produceren, dan gaat het aandeel van de haciendas in de totale productie van
een land verminderen  beter evenwicht
o Einde maken aan neokolonialisme dat gebasseerd op hacienda-systeem
- Diversificatie: inzetten op meerdere producten en andere sectoren
o Minder afhankelijk van de wereldmarkt
- Toenemende ingrijpen van de overheid in de economie
o Kapitaal nodig voor eigen industrie op te bouwen  kapitaal wordt verschaft
door de buitenlandse inversteringen en de regering zelf (vooral wetgeving die
importsubstitutie mogelijk maakt, zoals toltarieven) en niet door de interne
markt (te klein) of door hacienda-houders (geen interesse)
- Langzame industrialisatie  heeft de hele eeuw geduurd, tot op de dag van vandaag
(nu zijn de winsten van harde industrie wel kleiner)
- Poging tot afbouw van het neokolonialisme en latifundismo

1.2 sociaal vlak
- Andere mensen die investeren in nieuwe industrie (niet haciendahouders)  je krijgt
nieuwe groepen die andere belangen hebben dan hacienda-houders
2

, o “hogere klasse” ≠ homogene groep
- Opkomst van de lagere klassen
o Groepen die plaats hebben maar de corresponderende invloed willen hebben
- (beperkte) emancipatie van de vrouw
o Maar via trucs zorgen dat autonomie beperkt blijft
o Vrouw in afhankelijkheidspositie te dwingen door enkel ongehuwd vrouwen
aan te werven en zodra ze huwen ze ontslaan
o Katholieke landen waar gezin hoeksteen is  mensen die een relatie hebben
moeten trouwen (door premies uit te delen aan koppels die trouwen 
motivatie) en kinderen krijgen
- Verzet van de hogere klassen
o Hogere klassen gaan invloed van lagere klassen tegen  vaak lukt dit niet en
moeten ze toch toegevingen doen
- Succes van het populisme (zie hieronder)
- Rol van de militairen
o Rol van behoeder van het land : 4e macht naast uitvoerende, wetgevende en
rechterlijke
o Officieren krijgen veel voordelen: goed loon, aparte rechtbanken 
weggehouden van de maatschappij  idee ontstaan van 4e macht
o Leger als onafhankelijke macht: als politiek het in hun ogen niet goed doet,
grijpen ze in
o In periodes van crisis: sluiten akkoorden met elite/olicharcie/sterke figuur om
zo dictatuur te vestigen en te steunen
1.3 Politiek vlak
- Populisme vs dictator in deze periode
o Populisme: actief allianties sluiten met bepaalde bevolkingsgroepen. Er is een
democratisch systeem. Een populist zal bijvoorbeeld toenadering zoeken tot
een vakbond  vakbonden houden de boel kalm en populist zal in ruil zorgen
voor sociale voorrechten
o Dictator: geen allianties meer sluiten met de lagere klassen, maar met de
hogere klassen omdat deze klasse hem moet toelaten het leger te kunnen
inzetten  gebruik maken van geweld (zorgen dat hogere klasse hier oke mee
is)
o Scharnierpunt: crash Wall Street in 1929  oftewel worden populisten
afgezet door leger of populisten zelf scholen zich om tot dictator
- Invloed van de economie op het politieke systeem
- Populisme tot 1929
o Worden machtiger naarmate de staat sterker ingrijpt in de economie
- Dictatuur vanaf 1929




2. Gebeurtenissen
VRAAG: welke 4 gebeurteniisen bepaalden de ontwikkelingen in Latijns-Amerika tijdens de
periode 1910-1960?

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elisedierick. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.14. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.14
  • (0)
  Add to cart