Inleiding recht
Deel 1: Het recht en zijn bronnen
Het begrip recht
Recht is het geheel van bindende regels dat de samenleving ordent en in staan houdt door
afdwingbaarheid via het staatsapparaat.
Recht is het geheel van bindende regels:
o Gebodsbepalingen: bepalingen die je verplichten iets te doen. (Bijvoorbeeld: je wordt
geboren en dan zijn je ouders verplicht om je aan te geven bij de gemeente)
o Verbodsbepalingen: bepalingen die je verplichten om iets niet te doen; ze verbieden je
dus om iets te doen. (Bijvoorbeeld: je mag niet moorden, stelen,…)
o Regels toepasbaar na keuze: eerst heb je zelf de vrije keuze, maar na het maken van die
keuze moet je je houden aan bepaalde voorwaarden. (Bijvoorbeeld: een testament)
o Wilsaanvullende regels: het zijn regels aanvullend aan je wil (Bijvoorbeeld: je kan kiezen
onder welk stelsel je trouwt of je kan hiervoor naar een notaris gaan)
o Regels m.b.t. termijnen, procedures, vormvoorschriften,…: alles wat te maken heeft
met hoe je iets moet aanpakken.
Recht moet de samenleving ordenen en in stand houden:
o Het recht bekrachtigt bestaande toestanden.
o Het recht schept ook nieuwe toestanden. (Bijvoorbeeld: de overheid zegt dat we
moeten gaan naar meer groene energiebronnen, dan worden er bijvoorbeeld subsidies
gegeven op elektrische auto’s)
Recht vereist gezag:
o Naleven van het recht:
Afdwingbaarheid door sanctie.
Taak van de rechtelijke macht.
Via bemiddeling (= zelf initiatief nemen om eruit te komen).
o Recht kan onderscheiden worden van andere normensystemen: godsdienst, moraal,
beleefdheid.
o Recht is context-, tijds- en plaatsgevonden: als de maatschappij evolueert, evolueert het
recht.
Staatsapparaat: de algemene benaming voor iedereen die meewerkt aan de afdwingbaarheid.
1
,Samenvatting recht Hannah Janssens
Indeling van het (objectieve) recht
Objectief recht
= het geheel van gedragsregels op een bepaald moment in een bepaalde samenleving van toepassing.
(Bijvoorbeeld: de rechtsregel die de huurder het recht aanreikt rustig genot te hebben van een
gehuurd goed; je doet je codex open en je leest een bepaald recht)
→ Materieel (inhoud) vs. formeel (procedureel) recht
Privaat recht: de verhouding/relatie tussen burgers onderling (of de overheid die zich als burger
gedraagt).
› Bijvoorbeeld: het huwelijk, een contract tekenen voor een job,…
Burgerlijk recht:
o Code Napoléon 1804.
o Het bevat algemene en essentiële begrippen van het recht.
o Bijvoorbeeld: huwelijk, afstamming, ergernis, contracten, aansprakelijkheid,…
Ondernemingsrecht:
o Wordt in 2018 overgenomen in WER.
o Begrip ondernemer.
Vennootschapsrecht:
o Regels i.v.m. vennootschappen.
o Nieuwe wetgeving in 2019 (WVV).
Gerechtelijk privaatrecht:
o Gerechtelijk wetboek.
o Regels m.b.t. de procedure voor een burgerlijke rechtbank.
Internationaal privaatrecht:
o Wetboek IPR (2004).
o Wanneer eenzelfde rechtstoestand rechtssystemen van meerdere landen van
toepassing zijn.
Publiek recht: de relatie overheid en burger; hoe wij in relatie staan ten aanzien van de overheid
› Bijvoorbeeld: belastingen
Staatsrecht of grondwettelijk recht:
o De Grondwet.
o Regels m.b.t. de inrichting, de bevoegdheid, de werking van de staat en de
fundamentele rechten en vrijheden van de burgers.
o Het is de basis van politieke en rechterlijke organisatie.
o 6 parlementen in België: Vlaams parlement, Waals parlement, Federaal parlement,
Brussels parlement, Franstalige gemeenschap parlement en Duitstalige gemeenschap
parlement.
Bestuurs- of administratief recht:
o In aparte wetteksten, geen overkoepeld wetboek.
o Regels m.b.t. de concrete rechtsrelatie tussen administratie en de burger.
o Bijvoorbeeld: bouwvergunning.
Strafrecht:
o Strafwetboek.
o Strafregels bevatten een omschrijving van strafbare gedragingen en sancties.
2
,Samenvatting recht Hannah Janssens
Strafprocesrecht:
o Wetboek van strafvordering.
o Het geeft aan welke procedures gevolgd moeten worden als iemand een misdrijf heeft
gepleegd.
Fiscaal recht:
o Wetboek inkomstenbelastingen, wetboek, successierechten (= belastingen op
ergernis),…
o Regelt de belastingen die rechtsonderhorigen moeten betalen.
o Registratierechten: belastingen op de transactie bij aankoop van onroerend goed (3%
bij eerste, 12% bij tweede).
Gemengde rechtstakken:
Economisch recht:
o Wetboek economisch recht (WER).
o O.a.. Marktpraktijken en consumentenbescherming.
Financieel recht:
o Regels m.b.t. bescherming van privéspaarders en de vrijwaring van het vertrouwen in
de financiële ondernemingen.
Sociaal recht:
o Arbeidsrecht:
Het recht van toepassing op de verhouding tussen werkgever en werknemer.
Centraal begrip arbeidsovereenkomst.
Individueel arbeidsrecht en collectief arbeidsrecht.
Bijvoorbeeld: ontslagrecht, recht op vakantie,…
o Sociale zekerheid:
Regelt de verplichte sociale verzekering voor werknemers en zelfstandigen.
Alles op maatschappelijk niveau.
Intellectueel recht:
o Rechten die verbonden zijn aan creaties van de menselijke geest, los van de materiële
realisatie ervan, en die beogen de titularis ervan te beschermen tegen namaak en
misbruik.
o Bijvoorbeeld: een patent voor een film of boek.
Internationaal recht:
Volkenrecht:
o Normen die in de internationale maatschappij betrekkingen regelen tussen de staten
onderling en tussen de staten en internationale organisaties.
Supranationaal recht:
o Regels die worden uitgevaardigd door supranationale instellingen (bv. de EU).
Inter: tussen – verdragen tussen verschillende staten (EVRM)
Supra: boven – treed zelf wetgevend op, wetgeving boven het nationale.
Subjectief recht
= het recht vanuit het standpunt van het individu. Rechten en plichten die voortvloeien uit re
rechtsregel voor de bestemmeling (rechtssubject).
(Bijvoorbeeld: de huurder beschikt over het recht het rustig genot te hebben van de gehuurde woning;
de zelfde rechtsregel bekeken uit het standpunt van de individu)
3
, Samenvatting recht Hannah Janssens
Bronnen van het (objectieve) recht
Materiële bronnen van recht
Factoren bepalend door de inhoud van recht: historisch, politiek, filosofisch,…
› Bijvoorbeeld: politieke machtsverhoudingen bepalend voor invulling van maatschappelijke
controversiële wetgeving (euthanasie, abortus,..)
› Bijvoorbeeld: Nederland (geografisch waterland), kent een uitgebreide waterstaatwetgeving.
Formele bronnen van recht
De wet
Wet op internationaal niveau – het verdrag:
o Overeenkomst tussen staten.
o De staten of deelgebieden moeten het verdrag tekenen en ratificeren (= zodra het
verdrag getekend is, moet het in eigen land in het parlement gestemd worden).
Wet op supranationaal niveau – EU-verdragen (EU-landen),… Ze kunnen 3 soorten
regelgeving uitvaardigen:
o Verordening: rechtstreeks toepasselijk wetgeving in de lidstaten, echte Europese
wetten (bv. GDPR).
o Aanbeveling: is niet bindend.
o Richtlijn:
Europa legt te bereiken resultaat op aan lidstaten, lidstaten kiezen zelf vorm
en middelen om het doel te bereiken.
Moet nog omgezet worden in nationale wetgeving.
Bijvoorbeeld: verkoop of afstand.
De Grondwet:
o Sinds 1831.
o Eigen aan een democratische rechtstaat.
o Fundamentele wetten die de inrichting, bevoegdheid, werking en onderlinge
verhouding van de staatsmachten regelt, alsmede de essentiële grondrechten en
vrijheden van de burgers vastlegt.
o Rechtstaat: een staat onderhevig aan recht. Iedereen is er onderhevig aan, zelfs de
koning. Trias politica = scheiding der machten; ze controleren elkaar.
Wetgevende macht: parlementen.
Uitvoerende macht: regeringen.
Rechterlijke macht: hoven, rechtbanken.
Wetgeving op nationaal niveau:
o Formele wet: wetgevende macht (parlementen!!!)
Decreet in formele zin van het woord.
Ordonnantie (in Brussel) in formele zin van het woord.
Wet in strikte zin van het woord.
o Materiële wet:
Algemene draagwijdte; algemeen verbindende voorschriften (verplicht
toepasselijk op alle rechtsonderhorigen). Het heeft een duurzaam karakter.
Bijvoorbeeld: wetten in strafwetboek, burgerlijk wetboek.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannahjanssens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.