100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Vragen bij het boek Wetenschapsfilosofie $8.63   Add to cart

Summary

Samenvatting Vragen bij het boek Wetenschapsfilosofie

 16 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Let op! Dit zijn niet de tentamenvragen uit het daadwerkelijke tentamen. Dit zijn de antwoorden op de vragen van de docent bij het boek. (Bij ons stond er een document op BS met 'vragen bij het boek', hierbij hebben wij de antwoorden gezocht in het boek 'Wat is wetenschap? Een filosofische inleidin...

[Show more]

Preview 3 out of 23  pages

  • October 6, 2023
  • 23
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Tentamenvragen Wetenschapsfilosofie
C1/Hoofdstuk 1
31. De zogeheten ‘common sense-visie op de wetenschap’ houdt
onder andere het volgende in:
Dat wetenschap leidt naar theorieën over de werkelijkheid die getoetst
worden aan de hand van feiten. Wetenschap is autonoom, neutraal,
onafhankelijk, maatschappelijk, waardevrij en niet normatief met als
uitgangspunt het systematisch testen van hypotheses.

32. De auteur bespreekt de ‘standaardopbouw’ van een
wetenschappelijk artikel. Hij doet dat, om het volgende te laten
zien:
Dat die opbouw de common sense wetenschapsopvatting alleen maar
versterkt door de mens weg te cijferen, het onderzoek als onbeïnvloed,
herhaalbaar en feitelijk neer te zetten door sober, zakelijk, eenduidig,
nauwkeurig, passief taalgebruik met vakjargon.

33. De ‘sciëntistische visie’ houdt volgens de auteur onder andere
het volgende in:
Dat wetenschappelijke kennis de enige vorm van kennis is. Andere vormen
zijn te herleiden naar de wetenschap of is de titel kennis niet waard. Alles
is wetenschappelijk te onderzoeken. (meest gekozen visie)

34. Tegenover de ‘sciëntistische visie’ stelt de auteur Freeman
Dysons ‘traditionele visie’. Volgens die ‘traditionele visie’ geldt
onder andere het volgende:
Dat er vele vormen van kennis zijn; kennis van goed & kwaad, genade &
schoonheid. Kennis van menselijke natuurlijk afgeleid van geschiedenis en
literatuur. Kennis vanuit meditatie en religie.

35. Robert Merton, zegt de auteur, probeerde de ‘ongeschreven
regels’ van de
wetenschappelijke gemeenschap in algemene normen te vangen.
Het volgende is één van die
normen:
1. Communism: wetenschap is gemeenschappelijk bezit
2. Universalism: wetenschap is vrij van persoonlijke criteria
3. Disinterestedness: persoonlijkheid en gevoelens van onderzoeker
mogen geen invloed hebben op resultaten
4. Organized scepticism: basishouding van wantrouwen tegen
wetenschappelijke resultaten. Peer reviews meest gangbaar

,C2/Hoofdstuk 3
36. Met de artistieke impressie van het leven van de
Neanderthalers (Figuur 3.1) wil de auteur onder andere het
volgende duidelijk maken:
Dat men zijn eigen denkkaders en sociale gewoontes projecteert op wat hij
of zij onderzoekt. Neanderthalers hadden geen gender-gestuurde
arbeidsverdeling, we weten niks over hun kledij, maar dit projecteren we
op hen. Onze culturele visie en normatieven hebben invloed over hoe we
over Neanderthalers denken maar dit weten we niet
37. De auteur erkent van een vakpublicatie over Neanderthalers
in het
wetenschappelijke tijdschrift Biological Reviews, dat daar de
invloed van ‘externe factoren’ niet makkelijk in is aan te wijzen.
Hij suggereert dat dat komt doordat:
Wij uitgaan van dezelfde waarden en normen. Door het overeenkomen
van de opvattingen, zijn ze moeilijk te identificeren en ter discussie te
stellen.

38. Met het voorbeeld van de studies van Lombroso (de criminele
mens) wil de auteur onder andere het volgende duidelijk maken:
Dat culturele aannames en gedeelde vooroordelen makkelijk als feiten
gepresenteerd kunnen worden.

39. De auteur bespreekt twee theorieën over de evolutie van de
mens, één van
Sherwood Washburne en één van Sarah Hrdy. Hij wil daarmee het
volgende laten zien:
Dat men’s visie op de maatschappij, diens manier van onderzoeken kan
beïnvloeden, wat tot verschillende conclusies leidt. (vrouwen – mannen).
De theorieën van onderzoekers over evolutie wordt mede bepaald door de
visie van de maatschappij van de onderzoekers.

40. Binnen de levenswetenschappen is de houding jegens
Intelligent Design veelal
afwijzend. Volgens de auteur komt dat door:
Dat intelligent design de ongeschreven regel van naturalistische
wetenschap doorbreekt, dat religie geen directe invloed op wetenschap
mag hebben.

41. De auteur beschrijft de controverse rond de vermeende
mensensoort Homo
floresiensis om daarmee het volgende te laten zien:
Dat tegenstrijdige belangen tegenovergestelde hypotheses kunnen
verdedigen vanuit hetzelfde bewijs. Hij probeert te laten zien dat externe
factoren al snel een rol spelen in verbanden zien tussen hypotheses en
bewijs.

, C3/Hoofdstuk 4:

42. De eerste benadering van een psychiatrische stoornis die de
auteur bespreekt is de medische of ‘pathofysiologische’. Bij deze
benadering past het om bijvoorbeeld te beweren:
Dat de beoordeling van zo’n stoornis niet waardegeladen is. De psychiatrie
geeft de impressie toch een hard val te zijn en niet geheel subjectief. Een
stoornis is terug te vinden in het menselijk lichaam. Door neurobiologisch
onderzoek te doen zal het beter lukken om een eenduidige definitie van
een stoornis te geven.


43. Bij het vaststellen van psychiatrische stoornissen doet zich
volgens de auteur onder andere het volgende probleem voor:
Dat het moeilijk is de scheidingslijn te vinden tussen afwijkend gedrag en
stoornis. Dit oordeel kan namelijk afhangen van waardeoordelen van de
psychiater, de invloed op de omgeving en de houding van de patiënt zelf.

44. Als het object van psychiatrisch onderzoek de psychiatrische
stoornis is, legt de auteur uit, rijst de vraag hoe je zo’n stoornis
moet definiëren en operationaliseren. Hij zegt daar onder andere
het volgende over:
Dat men geprobeerd heeft het waardeoordeel te elimineren/verminderen
uit de psychiatrie. Je ontkomt er niet aan; er spelen te veel domeinen een
rol bij de vraag wat een stoornis nou precies definieert. Wat is nu precies
een psychiatrische stoornis? Hier zijn verschillende visies op dus wordt het
moeilijk om deze definitie te reduceren tot een duidelijk begrip om
onderzoek naar te doen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ambertebokkel2000. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.63. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.63
  • (0)
  Add to cart