Bedrijfswaarde
In onderneming speelt transformatieproces af: inputs worden omgezet in outputs.
Bij industriële onderneming bestaan inputs uit productiemiddelen arbeidskracht, machines, grondstoffen
en prestaties van duurzame productiemiddelen (pand en machines). Outputs bestaan uit halffabricaten en
gerede producten.
Er wordt geïnvesteerd is productiemiddel omdat wordt verwacht dat dit leidt tot waardecreatie:
verkoopwaarde ligt hoger van inkoop of productiewaarde.
Bedrijfswaarde/indirecte opbrengstwaarde = waarde productiemiddelen afgeleid uit waarde van ermee te
vervaardigen en te verkopen goederen of diensten.
Deze waarde bepaald door maken schatting van netto-ontvangsten (verkoopprijs -/- kosten).
Gemiddelde vermogenskostenvoet is 10%. Bedrijfswaarde van machine in jaar 1 is:
100.000/1,1 + 150.000/1,12 + 175.000/1,13 + 160.000/1,14 + 140.000/1,15 = 542.567
Fabrikant zal machine kopen, want bedrijfswaarde is hoger dan aanschafprijs.
Bedrijfswaarde is schatting, dus subjectief.
Directe optbrengstwaarde
Doordat bedrijfswaarde schatting is, kan het zijn dat deze aan het einde toch niet zo positief is dan werd
gedacht. In dat geval moet keuze worden gemaakt om productiemiddel te verkopen of door te zetten in de
productie. Hierbij dient bedrijfswaarde te worden vergeleken met directe opbrengstwaarde, de prijs dat het
middel oplevert als het wordt verkocht.
Als directe opbrengstwaarde hoger is dan bedrijfswaarde, is het beter om het middel direct te verkopen.
Is directe opbrengstwaarde lager dan bedrijfswaarde, dan kan productie beter worden voortgezet.
Boekwaarde speelt geen rol, want dit zijn kosten uit het verleden. Er is sprake van sunk costs. Boekwaarde
wel invloed op te betalen belasting over winst en invloed heeft op kasstromen.
Bounded rationality: geestelijke vermogens van mens zijn beperkt. Mens kan niet aan alles denken
Gradaties van onzekerheid
Om doel van waardecreatie te bereiken moeten constant beslissingen genomen worden obv inschatting
voor toekomst. Verwachtingen meestal anders dan werkelijkheid, dus sprake van besluitvorming onder
onzekerheid.
Werkelijkheid kan anders uitpakken door omgevingsvariabelen (waar onderneming geen invloed op heeft).
Deze worden ook wel states of nature genoemd. Bijv. weersinvloeden, gemeentelijk horecabeleid etc.
Manier waarmee met onzekerheid wordt omgegaan hangt af van risicohouding. 3 vormen:
- Risicoafkeer: onzekerheid wordt negatief gewaardeerd
- Risici-indifferentie: onzekerheid noch positief noch negatief gewaardeerd
- Risicovoorkeur: onzekerheid positief gewaardeerd
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 343271. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.