Product costs en period costs
Bij integrale kostprijs zijn alle kosten product costs, alle kosten worden toegerekend aan een product.
Bij period costs worden de kosten die niet aan een product zijn verbonden niet meegenomen in kostprijs.
Bij voorraadmutaties wordt de winst bij period costs wel beïnvloed. Bij voorraadtoename wordt winst
hoger ten opzichte van product costs.
Variabele en constante kosten
Onderscheid tussen variabele kosten ene constante kosten is gebaseerd op relatie tussen hoogte van deze
kosten en bedrijfsdrukte. Bedrijfsdrukte is omvang van ondernemingsactiviteiten in bepaalde periode. Bijv.
aantal km van taxibedrijf of verleende adviezen bij adviesbureau.
Bij variabele kosten is totale kostenbedrag per tijdseenheid afhankelijk van bedrijfsdrukte, bij toename van
productie stijgen totale variabele kosten.
Onderscheid tussen proportionele, progressieve en degressieve variabiliteit. Bij proportioneel nemen
kosten evenredig met productie toe. Bij progressie stijgen ze sterker dan bedrijfsdrukte en bij degressie
stijgen ze minder sterk dan bedrijfsdrukte.
Bij constante kosten is het periodieke kostenbedrag niet afhankelijk van bedrijfsdrukte. Afschrijving op pand
AC-kantoor neemt niet toe als deze ipv overdag ook ’s avonds wordt gebruikt.
Na-ijlen van vaste kosten: personeel dat in goede tijden is aangenomen, kan in slechte tijden niet direct
worden ontslagen.
In industrie zijn grondstofkosten variabel en zullen andere kosten, zoals lonen en afschrijvingen vooral
constant zijn. In dienstverlening zullen kosten voor groot deel constant zijn. Handelsondernemingen
hebben veel te maken met variabele kosten.
Variabilisatie van constante kosten
Toename constante kosten in industrie komt door automatisering. Ook ontslagbescherming van personeel.
Om risico’s van vaste kosten te beperken (bij mindere verkopen/productie veel invloed op winst) door:
- Duurzame productiemiddelen huren of leasen
- Personeel inhuren via uitzendbureau
- Werk uitbesteden
Engineered costs, committed costs en discretionary costs
- Engineered costs zijn kosten die directe, technische relatie hebben met bedrijfsdrukte, zoals
grondstofkosten. Gaat om variabele kosten
- Committed costs zijn kosten die voortvloeien uit beslissing op capaciteit ter beschikking te hebben.
Dit zijn bv. Afschrijvingskosten. Sprake van vaste kosten want productie kan veranderen zonder dat
dit invloed heeft op committed costs.
- Discretionary costs zijn kosten waarvoor management van periode tot periode beslissing neemt om
ze al dan niet te maken. Gaat om kosten waarvoor management budget per periode opgeeft. Bijv.
reclamekosten.
Wanneer het slecht gaat met een bedrijf wordt vaak eerst bespaard op discretionary costs. Dit zijn de
kosten waar makkelijk in valt te snijden, zoals de reclamekosten.
Directe kosten en indirecte kosten
Directe kosten zijn onmiddellijk toe te rekenen aan de kostendrager, de standaardkostprijs.
Alleen bij homogene productie zijn er alleen directe kosten. In alle andere producties zijn er ook indirecte.
Tegenwoordig vooral Research en Development als indirecte kosten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 343271. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.