100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting farmacologie $6.54
Add to cart

Summary

Samenvatting farmacologie

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting van het vak Biomedische wetenschappen 1

Preview 4 out of 47  pages

  • October 6, 2023
  • 47
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Farmacologie (Van Sassenbroeck D.)

Anatomie bouwstukken van het lichaam
Fysiologie hoe werkt het, hoe komt het dat die samentrekt en in welke volgorde?
Anatomopathologie beschrijving van zieke weefsel: hoe ziet u hart eruit als er iets is aan u hart?
We zien aan de anatomische kenmerken dat er iets is geweest of iets ziek
is.
Pathofysiologie studie van de processen, als het ziek is, hoe zal het dan nog werken. Hoe
stroomt er dan nog bloed uit als er iets mis is aan u hart? Wat voor
gevolgen heeft dat dan aan u lichaam (bv vernauwing van kleppen). Hoe
werkt het lichaam nog na schade?
Farmacologie effecten van een medicament, hoe slaagt een chemische stof erin om een
gewenst effect te creëren? Beschrijving van chemische stoffen die een
effect veroorzaken op het lichaam.
Farmacotherapie keuzes tussen de verschillende geneesmiddelen. (minder van toepassing)




Farmacodynamie


= Hoe krijg je een bepaald effect in het lichaam? Wat doet een geneesmiddel in het lichaam? → ik
dien een chemische stof toe en mijn bloed zal niet meer stollen. Concentratie van een medicament in
u bloedbaan bv in u lichaam in functie van tijd. Hoe komt het binnen, hoe circuleert dit? Hoe geraakt
het medicament er terug uit?

Tekening 1




PD: effect in functie van concentratie

➔ Hoe groter u concentratie, gaat u effect gaan toenemen.
➔ Dit is vaak niet lineair → niet in rechte lijn.
➔ Op een bepaald moment heb je voldoende concentratie in bloed om effect te hebben tot het
plafondniveau dat je max effect zal hebben.
➔ Bv: je gaat niet meer stoppen met ademen, dan dat je al gestopt bent met ademen.
➔ Te laag: te weinig concentratie → dat pilletjes, dat doet toch niet veel.


1

,➔ We mikken om ergens in het midden te gaan zitten met onze medicatie → zo wordt het
voorspelbaar, bv: als we een pilletje extra nemen, kan het effect nog omhoog gaan.
➔ In de praktijk: meten we geen concentratie → het werkt of het werkt niet.
➔ Emax: curve die beschrijft naar wat voor een effect je gaat.
➔ Eo: hoeft niet altijd op 0 te zitten. Uitgangswaarde als er geen geneesmiddel in het bloed zit.
➔ NA: Noradrenaline. Die begint altijd op 70 als beginpunt.
➔ 50%: dit is 50% van het maximum effect.
o Concentratie die je nodig hebt om 50% van het max effect te behalen, is de EC50
➔ Curve 2: Curve gaat gelijker omhoog, evenrediger. Ze loopt vlakker.
o Van zodra er een beetje in je lichaam zit, loopt het geleidelijker naar boven.
o Als je te veel geeft van u medicament, valt u haar uit. → liever curve 2 zodanig dat
het voorspelbaarder is.
o Je gaat veel beter kunnen doseren.
o ➔ Hoe steiler u curve, hoe moeilijker om te voorspellen wat u effect zal zijn op u
concentratie.
o ➔ dus voor medicamenten met belangrijke bijwerkingen, ga je eerder kiezen voor
een vlakkere curve.
➔ Curve 3
o Voor een lage concentratie, zal u effect al groter zijn.
o Medicatie voor reanimatie is deze curve veel interessanter.
o IC50 gaan bekijken: hier is de EC50 sneller aanwezig dan de andere curves.
o Je moet minder medicatie nemen om dat effect te verkrijgen, minder chemische
stoffen.
o Dit is voor u firma ook veel goedkoper.
➔ Therapeutische toxische marge:
o je wilt een minimaal effect hebben, een minimale concentratie die nodig is voor een
bepaald effect moeten hebben, om therapeutische te zijn. (= t)
o te veel genomen, is de toxische marge. Dan gaat je bv enorme bijwerkingen hebben.
(= T).
o Je wilt ertussen zitten en er niet onder of onder.
o Voor antibiotica of chemo maakt dit wel echt uit, omdat je niet wilt dat er verder
gekweekt wordt enz..
o Is ook afhankelijk van de situatie →
▪ bijwerkingen die je aanvaard, niet meer aanvaardbaar zijn. Bv. Medicatie
voor UWI, u UWI gaat weg, maar je gaat niet verdragen dat u haar daarvan
uitvalt. Dan is dit toxische voor u. Maar bij chemo kan het zijn dat je u gaat
verdragen dat u haar gaat uitvallen.
▪ Aanvaarden is ook een zone → in deze situatie zal je het wel aanvaarden en
bij andere situaties niet meer.
➔ Potentie: De potentie van een medicament is het effect in functie van de grootte van u
medicament. De stof in curve 3 is potenter dan de stof in curve 4.




2

,Tekening 2




Receptor: plaats op een membraan waar een transmitter kan aan gaan binden en een bepaald effect
kunnen veroorzaken

- Op membraan zit een eiwit (: receptor). Als je er in slaagt om de receptor op de juiste manier
te prikkelen, zal er effect gebeuren in de cel.
- Receptor is een driedimensionaal structuur waar iets exact moet kunnen inpassen.
- Als farmaceut: je moet weten driedimensionaal hoe de receptor er precies uitziet om het
goed te maken zodanig dat het zal passen.
- Als O bindt op de receptor, dan is O een agonist.
o zij geven wel effect
- Als G bindt op de receptor, zal er niets gebeuren, dan is het een antagonist
o Geven geen effect.
- Afhankelijk van concentratie, zal je meer of minder effect zien. De 2 agonist en antagonist
gaan in competitie gaan met elkaar.
- Het zal ook afhankelijk zijn van de affiniteit: hoe graag ziet de receptor het molecuul. Hoe
gemakkelijk zal de binding gebeuren?


Farmacokinetiek


= Wat doet u lichaam met deze chemische stoffen? Concentratie in functie van tijd!

Tekening 3




- Concentratie in bloed zal stijgen in functie van tijd.
- En daarna eruit verdwijnen (nieren en lever).
- IV: Het moment dat je u spuit geeft, ze u maximale concentratie in u bloed.

3

, Hoe komt medicatie in u bloed? ➔ Per os, Sublinguaal, IV, IM, Subcutaan, Transdermaal, Inhalatie,
IO, Nasaal, Rectaal

- Enteraal: PO, (SL)
o Kan een patiënt zelf doen.
o 90% zal enterale medicatie zijn
- Parenteraal: IM, …

Tekening 4: medicatie komt binnen enteraal

- Medicament nodig die tegen zuur kan → gelleke
(beschermlaag) rond leggen zodat dat maagsap resistent
wordt.
- Gal (basische omgeving) → medicament nodig die zowel
tegen zuur als tegen basisch kan. Je kan u medicatie eteric
coated maken.
- Darmvlies u werk doen en dat gaat door u darmen
opgenomen worden en komt in het bloedvatstelsel rond u
darm terecht.
- Dit loopt dan naar de lever via de vena porta.
- Dan via u vena cava naar u rechter hart → en op dat moment
zit het in heel u systeem. Zo loopt het via slagaderlijke systeem naar u weefsels gelopen en
als je dan een staal neemt, zit het al in u aderlijk systeem. (systeemcirculatie).
- Lever: toxische stoffen gaan afbreken. Alles wat vreemd is aan u lichaam gaan afbreken. Een
deel van dat medicament die binnen gekomen is via maagdarmstelsel, zal de eerste keer als
het passeert via de lever al volledig/gedeeltelijk afbreken. → Er nog 60-80% overblijven
- = First pass effect.
- Afhankelijk van medische stof die je toedient, zal u medicament een groot of een klein first
pass effect hebben.
o Klein: weinig afbreken
o Groot: veel afgebroken in de lever al.
- Om 5mg morfine IV te geven, zal je 3 keer zoveel PO geven om dezelfde concentratie te
hebben PO.
- Lever zal moleculen gaan afbreken en worden via de gal naar u darmen gestuurd (gebonden
aan galzouten) → volgt natuurlijke weg en komt dit met de stoelgang naar buiten.
o Er zullen dus nog altijd chemische stoffen circuleren in u darmen. Een deel zal
waarschijnlijk heropgenomen worden in de darm en dit zal gaan naar de vena porta
→ systemische circulatie. (= metaboliet) : m1 en m2 en ..
o Voor het ene medicament veel en voor het andere minder.
o = entero-hepatische recirculatie.
o Codeïne: wordt morfine
o Levodopa wordt dopamine.
- Verhaal → Propofol: diprivan
o Stop spuitpomp → vermoeden effect zal afnemen → gebeurt niet. → concentratie
Propofol in bloed is 0, wat is er gebeurd?
▪ ➔ Propofol wordt afgebroken in 3 metabolieten. Maar ze hebben wel nog
altijd een slaapverwekkend effect. Het is ook een andere stof, die je niet kan
detecteren. Dit zijn actieve metabolieten.



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller irisvanroy. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.54. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52928 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.54
  • (0)
Add to cart
Added