In dit document is een samenvatting te vinden van de (tot nu toe plaatsgevonden) hoorcolleges van het vak Theoretische verklaringsmodellen van het speciaal leren. In de samenvatting is de informatie van de slides samengevoegd met de collegeaantekeningen. Er zijn afbeeldingen bijgevoegd om de inform...
Samenvattingen Theoretische verklaringsmodellen van het Speciaal
Leren
Hoorcollege 1 – Theorie (08-09-2023)
Het werk als orthopedagoog in de onderwijszorg
Orthopedagoog in het onderwijs Specialistische onderwijsvoorziening GGZ
- Het werk als orthopedagoog gaat in eerste instantie om
begeleiding van leerlingen bij wie het mis gaat = curatief
(direct en achteraf). Dit valt onder het niveau van Tier III
en misschien een heel klein stukje Tier II. Tevens werk je
al orthopedagoog vaak aan de basis, dus “hoe geef je
onderwijs vorm?” = preventief (Tier I).
- Je werkt binnen en schakelt tussen lagen (leerling,
leerkracht, school, bovenschools). Tevens dien je bv. ook
te overleggen met de directie.
Wat is leren? (kenmerken)
Leren is iets wat we uit een indirect proces afleiden. Ofwel op
basis van een meting aan het begin en aan het eind, wordt er geconcludeerd dat er in die
tussenperiode is geleerd o.b.v. de toetsing. We gaan er al vanuit dat er gewerkt is met de leerling om
hetgeen te kunnen dat getoetst wordt in de toets.
Leren is: - een verandering in gedrag op basis van ervaring
- het proces van vergaren van nieuwe informatie (informatieverwerking)
- een systematische uitbreiding van kennis en vaardigheden
- niet waarneembaar: leren concludeer je op basis van gedragsveranderingen (o.a.
verworven kennis, kunnen toepassen van regels, andere mening, betere vaardigheid
of veranderd attitude)
Hoe leren we?
Hierover bestaan verschillende theorieën. We leren het meeste
door actief mee te doen! Kennisoverdracht is ook een grote
competentie van een orthopedagoog.
Voorbeeld: terugdenken aan een eigen leerervaring
Het land van 8! Afspraak:
1) De cijfers 8 en 9 bestaan niet in het Land van Acht
2) Na 7, volgt dus 10
Rekenen
Eerste mijlpaal rekenontwikkeling is het tellen. Optellen tot
20 is de basis voor alle grotere sommen. In groep 3 is het
nog heel normaal dat kinderen tellen op de vingers. Het
verinnerlijken is afhankelijk van de jaargroep waarin leerlingen zitten.
Het werkgeheugen wordt in het begin heel erg belast bij het leren rekenen. Het is ook belangrijk om
de oplossingsstrategie uit te vragen, zodat je kunt achterhalen welke behandeling-begeleiding je in
moet zetten.
Leren automatiseren hangt af van het taalsysteem!
1
,Van probleem naar stoornis
Verschil leerproblemen en leerstoornissen:
Leerprobleem Leerstoornis
Te verhelpen met adequate begeleiding binnen Resistentie voor het onderwijsaanbod. Het
het onderwijs. Er is vaak nog wel groei te zien niveau van de leerling gaat na begeleiding niet
vooruit.
Leerproblemen kunnen in de regel nog toe Leerstoornissen zijn hardnekkig en voldoen aan
geschreven worden aan externe factoren, bv. een bepaalde ernst.
onvoldoende didactisch aanbod van de
leerkracht.
Een probleem kan pas worden vastgesteld als er Een stoornis kan pas vastgesteld worden als er
minimaal 2x getoetst is. minimaal 3x getoetst is.
Er moet eerst normaal aanbod in de klas zijn geweest (Trier I). Indien dit aanbod in de klas voor een
te lage score zorgt, dan moet de leerkracht iets meer gaan doen, zodat de leerling toch het niveau
behaalt bv. verlengde instructie (Tier II). Na Tier II aanbod wordt er opnieuw getoetst, is er dan nog
sprake van uitval/stagnatie, dan hebben we het over een leerprobleem en krijgt de leerling
begeleiding op het niveau van tier III. Dit is bv. buiten de klas intensieve leesbegeleiding. Als de uitval
na de intensieve ondersteuning blijft, dan wordt er aanvullende diagnostiek uitgevoerd en kan er pas
worden vastgesteld of er sprak is van een leerstoornis, dit valt onder Tier IV.
Van probleem naar stoornis PO (links) - Van probleem naar stoornis VO (rechts)
Behandelingsmogelijkheden PO en VO (beneden)
Begeleidingsprincipes
- Remediëren: herhalen/oefenen.
- Compenseren: de leerling moet nog
steeds de taak doen, maar met
ondersteuning, zoals het gebruik van
hulpmiddelen, bv. leessoftware waarbij
de leerling zelf moet lezen, maar er ook voorgelezen wordt.
- Dispenseren: de taak laten wegvallen, bv. bij een tafelkaart. Een dispenserende maatregel
wordt pas gegeven als de leerstoornis is vastgesteld. Dit is heel minimaal in het PO. Komt
eerder voor in het VO (bv. vrijstelling van de talen, zoals Frans).
In het onderwijs moeten we vooral remediëren. Dit kan in de vorm van pre-teaching of in de vorm
van verlengde instructie.
2
, = zoeken naar de oorzaak van de stagnatie
Leerstoornissen zijn moeilijk te verhelpen
De uitingsvorm verschilt per leerstoornis. Vaak zien we dat leerlingen hun leven aanpassen aan de
stoornis, soms zelf beneden de eigen capaciteiten. Het gebruik van hulpmiddelen is belangrijk!
Leerproblemen en leerstoornissen: Analyse
Voorbeeld: Een kind ziet de losse tekens van het woord ‘KAT’ staan. Wat moet het kind kunnen om het
woord kat te lezen? → Het alfabet – Kunnen zien – Klank-tekenkoppeling – Visuele synthese – Een
taakanalyse kunnen maken. Ofwel, er komt heel veel bij kijken om überhaupt tot lezen te komen!
De weerbarstige orthopedagogische praktijk
Slechts een kleine groep kinderen heeft een uniek leerprobleem. Er is een hoge mate van zowel
homotypische als heterotypische comorbiditeit. Homotypische comorbiditeit is het samengaan van
problematieken binnen eenzelfde stoornisgroep, bv. lezen en rekenen. Heterotypische comorbiditeit
is het voorkomen van problematieken binnen verschillende stoornisgroepen, bv. lezen en ADHD of
lezen en ASS. Er is bij leerproblemen dan ook sprake van een grote verscheidenheid van
domeinspecifieke en domeingenerieke (die overal, in iedere stoornisgroep van toepassing zijn)
voorspellers. Elke leerling heeft zijn of haar eigen sterke en zwakke kanten. Het is daarnaast belangrijk
om de school- en thuisomgeving in acht te nemen.
Theoretisch raamwerk/causaal model
(gebaseerd op Morton & Frith, 1995)
Het causaal model geeft houvast voor jou als
orthopedagoog.
Gedrag = het clusteren van objectief gedrag in de
zin van probleemanalyses.
Cognitie = het geven van verklaringen
Wat zien we soms terug in het werkveld?
Dat gedrag verklaart wordt a.d.h.v. een stoornis.
Je weet op deze manier niet wat je ingangspunten zijn voor je behandeling. Er mag dus nooit een
stoornis staan in een verklaring.
3
, Ten aanzien van het aspect “cognitie”
Cognitie en emotie worden in de literatuur
soms voor hetzelfde gebruikt. De emotionele
kant van de informatieverwerking, vraagt van
de orthopedagoog altijd primair als eerste de
aandacht. Dit heeft te maken met de manier
hoe wij informatie verwerken in ons brein.
De informatie die binnenkomt bij de zintuigen
wordt eerst gekleurd door de emotie (warme
kant) voordat deze doorgestuurd wordt naar
de “koude” functies (bv. de Executieve
functies).
Bv. leestekst aanbieden aan een leerling → de leerling schrikt → de informatie die binnenkomt wordt gekleurd
door de emotie → dat bepaalt in welke mate wij nog beschikking hebben over onze “koude” functies → de helft
van de “koude” functies wordt geneutraliseerd (bv. werkgeheugen werkt niet meer zoals het zou moeten).
3 belangrijke componenten verklarende diagnostiek leerproblemen
1. Zelfbeeld en coping; is een hele belangrijke voorspeller voor leren, maar kan ook
belemmerend zijn voor de
leerontwikkeling.
2. Motivatie
3. (Faal)angst
Componenten zijn in beginsel bi-
directioneel; het kan twee kanten
uitgaan.
EMOTIE KOMT VÓÓR COGNITIE, maar ze
liggen op één vlak (zie het causaal
model).
Voor- en nadelen van het causaal model
Voordelen Nadelen
Ondersteunt theorie van het individualistische Oorzaak/gevolg is vaak niet 1-op-1,
geval (integratief beeld). directionaliteitsprobleem.
Zinvol bij complexe casuïstiek. Focus op tekorten
Maakt beter zichtbaar wat wel en niet door Veronderstelt dat de onderliggende
interventie is te beïnvloeden. gehanteerde theorie ‘design-zuiver’ is.
Kan werkzaam zijn in communicatie naar ouders
en leerkrachten (het geeft inzicht in de oorzaak
van het gedrag).
Design-zuiver
Check van de theorie altijd op welk onderzoeksdesign
het gebaseerd is. Dit varieert namelijk nog al wat.
Check ook reviews en meta-analyses. Die vatten het
veld t.a.v. een theorie samen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller josjenn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.28. You're not tied to anything after your purchase.