Dé samenvatting voor het vak Sociologische Sleutelteksten
13 views 0 purchase
Course
Sleutelteksten
Institution
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
In dit document vind je een samenvatting van het vak Sociologische Sleutelteskten. Hierin worden verschillende sociologen en hun uiteenlopende kijk op de maatschappij behandeld. Alle sociologische perspectieven komen aan bod en worden tegen elkaar afgezet. Van Durkheim tot Weber, Foucault, Simmel e...
Sociologen: Sociologische perspectieven
Sleutels tot sociale werkelijkheid
Will Mason 1. Functionalisme (Macro) Emile Durkheim
Zygmunt Bauman Iedereen vervuld een functie in de samenleving, cohesie en
consensus houden de samenleving draaiende.
Manifeste functies > Bedoelde, positieve gevolgen van functie
Sociale organisatie
Latentie functies > Onbedoelde, positieve gevolgen van functie
Emile Durkheim Disfuncties > Onbedoelde, nadelige gevolgen van functie.
Talcott Parsons (m.b.t. consensus)
Robert Merton
Niklas Luhmann Kritiek (van onder anderen Merton):
Eenzijdige nadruk op consensus, te rooskleurig
Cultuur Eenzijdige nadruk op stabiliteit, niet realistisch
Emile Durkheim Reductionistisch, versimpeling van sociale verschijnselen en
Howard Becker hoe belangrijk deze zijn voor functioneren van samenleving
Stuart Hall
2. Conflicttheorie (Macro) Karl Marx, Max Weber
Jeffrey Alexander Maatschappelijke verhoudingen zijn het resultaat van strijd
Robin Wagner-Pacifici tussen groepen, ongelijkheid en minderheden verzetten zich
tegen overheersende groep.
Dominantie Nadruk op ongelijke verdeling en toegang tot hulpbronnen
Karl Marx Strijd tussen groepen op basis van (inkomen, genders,
W.E.B. Du Bois seksualiteit etc.)
Patricia Hill Collins Groepen handelen vanuit eigenbelang
Michel Foucault
Kritiek:
Praktijken Eenzijdige nadruk op conflict, een blinde vlek voor
consensus/cohesie
Max Weber Eenzijdige nadruk op verandering, geen ruimte voor stabiliteit
George Herbert Mead Reductionistisch, versimpeling van sociale verschijnselen en
Erving Goffman hoe belangrijk deze zijn voor functioneren van samenleving
Randall Collins (m.b.t. conflict)
Het economische is naar Webers mening onvoldoende om
Relaties sociale ongelijkheid te verklaren.
Georg Simmel
Mark Granovetter 3. Rationele-keuzebenadering (Micro)
Norbert Elias Samenleving bestaat uit rationele individuen die uit eigenbelang
Bruno Latour handelen middels kosten-baten analyse.
Nutmaximalisatie
Calculerende mens
Ecologie Sociale, economische en morele incentives
Pitirimv Sorokin en Carle Zimmerman
Henri Lefebvre Kritiek:
Immanuel Wallerstein Weinig oog voor sociaal culturele context individu
Jason C. Moore Kosten/baten vaak achteraf ‘vastgesteld’
Streven naar nutmaximalisatie niet rationeel
Reproductie
Harriet Martineau 4. Symbolisch Interactionsme (Micro) Max Weber
Marianne Weber De interactie tussen individuen creëert het sociale leven, mensen
reageren niet op elkaars gedragingen maar op de interpretatie
Nancy Chodorow van het ‘gedrag’, het Verstehen van gedragingen.
Arlie Hochshild Betekenisgeving, socialisatie processen
Nancy Fraser Handelen/acties > Praktijken/interactie rituelen
Thomas-theorema; wanneer mensen situaties als werkelijk
definiëren, die situaties werkelijke gevolgen hebben
Kritiek:
Moeilijk om daadwerkelijk te onderzoeken, theorievormen
Ruimere maatschappelijke context wordt onderbelicht
Overschatting invloed van de zingeving op het gedrag
• Sociale werkelijkheid • Cultuur is geen natuur
• Individu vs collectief • Nature vs nurture
• Gezamenlijk/Gedeeld • Economische cultuur
• Consequenties • Sociologische cultuur
• Sociale feiten (Durkheim) • Cultuur deel je/Gezamenlijk (Durkheim)
• Arbeidsdeling (devision of labour, Durkheim) • Sociale feiten
• Solidariteit (Durkheim) • Redengeving/betekenisgeving
• Rollen • Categorieën (Emmanuel Kant)
• Functionalisme (Durkheim) • Cultuur als interpretatie van sociale
• Systeemtheorie (Parsons) werkelijkheid
• Social system • Dus Manieren van Doen
• Subsystemen • En Schema’s van betekenis (Sturart Hall)
• Natie Staat • Semiotiek
• Anomie/Normloosheid (Durkheim) • Signified vs Signifier
• Deviant gedrag • Encoding vs Decoding (Stuart Hall)
• Zelfbeschrijvingen (Luhmann) • Symbool semiotiek
• Differentie • Neutrale positie bestaat niet
• Cultuur momenten (Howard Decker)
• Improvisatie (Howard Decker)
Sleutelbegrippen – Dominantie • Rituelen (Jeffrey Alexander)
• Background script met improvisatie van de
• Juist niet gezamenlijk/gedeeld inhoud (Jeffrey Alexander)
• Tegenstelling en strijd • 'Succesvolle optredens' vaak gezien als nep
• Minderheden terwijl men juist probeert het zo echt mogelijk
• Komt voort uit politieke economie te laten zijn
(17e – 19e eeuw) • Events (Robin Wagner-Pacifici)
• Economische liberalisering
• Kritisch blik op politieke economie kwam van
Karl Marx Sleutelbegrippen – Praktijken
• Feodalisme naar modern kapitalisme
• Bourgeoisie vs proletariaat • Gedrag niet sociologisch, parktijken wel
• Industriële Revolutie • Doelgericht handelen in sociale
• Arbeidswaarde-theorie werkelijkheid
• Kapitalistische samenleving • Gedrag: objectief Handelingen/acties;
• Werkdag subjectief
• Productie • Handelen is betekenisvol (Max Weber)
• Slavernij belangrijk onderdeel van modern • Methodologisch individualisme
kapitalisme • Sociaal handelen heeft betrekking op het
• Chattel Slavery handelen van anderen > Verstehen
• Ras product van driehoeksrelatie, indirect • Interactieprocessen
• Double consciousness/dubbel geweten • Subjectieve oriëntaties
• Positionaliteit/Intersectionaliteit (Patricia Hall • Praktijken; plekken waar mensen ‘handelen’
Collins) • Sociaal handelen (Max Weber, Westerse
• Weefsel van krachten (Michel Foucault) samenleving)
• Verschillende soorten machtsuitoefening 1. Affectief handelen
• 1. Surveilleren en Disciplineren 2. Traditioneel handelen
• 2. Bio politieke administratie van 3. Waarde-rationeel handelen
populaties 4. Instrumenteel handelen
• Wat Durkheim anomie noemt, noemt Weber
Koloniale burgerij Differentie
rationeel handelen
• De ‘I’ en de ‘Me’ (George Herbert Mead)
• Reflexiviteit
Modern • Sociale processen zijn problematisch
Kapitalisme
• Denken/Bewustzijn = Sociaal
• Mensen spellen een rol > Dramaturgie
Zwarte Slaven Witte arbeiders (Erving Goffman)
• Interactie in het zicht van anderen
• Front-stage en Back-stage
• Interactie rituelen (Randall Collins)
• Drijfveer is aandacht geven en krijgen
• Emotionele energie
, Sleutelbegrippen – Relaties Sleutelbegrippen – Ecologie
Nieuwe invalshoek, sociologie gaat niet over hoe
het individu zicht verhoudt tegenover de • Verhouding van sociale werkelijkheid t.o.v.
samenleving of andersom; het gaat om één grote milieu (milieu als tastbare ruimte en milieu als
brei aan netwerken en relaties als zijnde de levensmiddelen)
‘samenlving’. De samenleving is geen afgesloten • Feedbackloop (grondstoffen en
geheel met een ‘sovereine vorm’ en individuen modernisering, of extractie en uitbuiting)
• Rurale en urbane sociologie
• Het idee van Hobbes’ Leviathan wordt • Sterfte en geboorte aantal in samenlevingen
ontkracht > het idee dat er een politieke • Steden en platteland
autoriteit moet zijn boven individuen voor het • Verstedelijking
bestaand van de samenleving. Het collectief • Mobiliteit
heeft een autoriteit nodig en andersom. • Urbanisering
• Samenleving bestaat uit relaties en netwerken • Rurbanisatie
• Netwerktheorie • Modernisering
• Actor-network theorie • Globalisering
• Weak ties en strong ties • McDonaldisering
• Brugpersonen • Individualisme
• Dyades en Triades (Simmel) • Sociale ‘ruimte’ Social space
• Verhoudingen in interactierelaties • Centra (core) en periferieën
• (Betekenisvol) Handelende individuen • Wereldsyteem theorie
• Relatie gaat vooraf aan het handelen • Cheap food
• Methodologisch rationalisme • Massaconsumptie
• Sociale werkelijkheid zijn deze relaties > • Ecologische grenzen
series aan interacties • Ethische verantwoordelijkheid
• Ketens van afhankelijkheden • Stratificatie
• Figuraties (hoe gaat iedereen handelen?) • Modernisme
• Spelregels van sociale intracties
• Publieken
Sleutelbegrippen – Reproductie
• Gender en arbeidsdeling (sexual devision of
labour)
• Feminisme
• Verband tussen productieve en reproductieve
arbeid
• Gender, seks en arbeid
• Monetaire vergoeding
• Huiselijke sfeer
• Zorgrelaties van vrouwen
• Affectieve arbeid
• Second shift
• Gelijkheidsideel
• Nanny chain, global care chain
• Genderpatronen
• Opvoedingsstijlen
• Role-modellen
• Gezinspolitiek
• Gezin is grondstof voor productieve arbeid en
de afvalbak voor de gevolgen van productieve
arbeid
• Inrichten van samenleving voor ‘moederen'
• Kostwinnaarsmodel
• Tweeverdienersmodel
• Housewifization
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ellis88. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.89. You're not tied to anything after your purchase.