Bloeddruk
Tijdens de hartcyclus zorgt het hart voor druk om de organen van het lichaam van bloed te voorzien.
Bloed stroomt vanaf het hart naar de slagaders, dan de haarvaten in, daarna na de aders en
vervolgens weer terug naar het hart. De bloeddruk in het slagadersysteem varieert met de hartcyclus
en bereikt het hoogste niveau bij de systole (hartcontractie, de periode waarin het hart zich
samentrekt) en het laagste niveau aan het einde van de diastole (verslapping van het hart na
contractie). Het verschil tussen de systolische en diastolische bloeddruk is de polsdruk, die normaal
30-50 mmHg bedraagt. Er zijn zeven belangrijke factoren die van invloed zijn op de bloeddruk:
1. Hartminuutvolume
Het hartminuutvolume is de kracht van de samentrekkingen van het hart (de hoeveelheid bloed die
het hart wegpompt). Dit is van invloed op de bloeddruk, vooral de systolische druk.
2. Perifere vaatweerstand
De bloedstroom ondervindt weerstand van de bloedvaten (perifere vaatweerstand) als gevolg van de
werking van het autonome zenuwstelsel. De hoeveelheid bloed die in een keer door een vat kan
stromen in gelimiteerd. De diastolische bloeddruk wordt vooral door de perifere vaatweerstand
bepaald.
3. Elasticiteit van de slagaders en de mate waarin deze kunnen uitzetten
Onder elasticiteit wordt de mate verstaand waarin de bloedvatwand in zijn oorspronkelijke stand
terugkeert nadat er bloed is in gepompt. Als bloed in de aorta en de grote slagaders wordt gepompt,
zetten de slagader wanden uit. Doordat de vaatwanden tijdens de diastole in hun oorspronkelijke
stand terugkeren, wordt het bloed door de slagaders gestuwd en blijft de diastolische druk
gehandhaafd. Bij het ouder worden, worden de slagaders minder elastisch en zetten ze minder uit.
Daardoor stijgt de systolische druk en neemt de diastolische druk enigszins toe.
4. Bloedvolume
Als het bloedvolume toeneemt, stijgen de systolische en de diastolische bloeddruk; een afname van
het bloedvolume heeft het omgekeerde effect. Door bloedingen daalt de bloeddruk, terwijl
overmatige vulling (bijvoorbeeld als gevolg van een te grote bloedtransfusie) een stijging van de
bloeddruk kan veroorzaken.
5. Stroperigheid van het bloed
De stroperigheid (viscositeit) van het bloed is van invloed op de snelheid waarmee het bloed door de
slagaders stroomt. Wanneer de viscositeit van het bloed toeneemt, ondervindt de doorbloeding een
grotere weerstand (dit is onder andere het geval bij polycytemie). Als de viscositeit daalt, wordt deze
weerstand verlaagd.
6. Hormonen en enzymen
Hormonen en enzymen hebben een belangrijke invloed op de bloeddruk. Epinefrine en
Norepinefrine hebben bijvoorbeeld een sterk vaatvernauwende werking op de perifere bloedvaten.
Aldosteron (dat door de bijnierschors wordt afgegeven), renine (dat door het juxtaglomerulair
complex van de nieren wordt afgegeven) en angiotensine (dat wordt geactiveerd door de reactie op
renine) hebben eveneens bloeddrukstijging tot gevolg. Histamine en acetylcholine veroorzaken
vaatverwijding, waardoor de bloeddruk daalt.
7. Chemoreceptoren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daniquevledder. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.99. You're not tied to anything after your purchase.