Een samenvatting van het boek Media Effects, geschreven door W. James Potter. ISBN: 9781412964692. Behandelde hoofdstukken: H1 t/m H14. Er staat erg veel informatie in het boek, ik heb geprobeerd de belangrijkste zaken te noteren.
Part I: Organizing thinking about media effects
Chapter 1: Why study media effects?
Groeisnelheid = hoeveelheid informatie groeit elk jaar meer
Jongeren = gebruiken minder traditionele media (krant, boek) en meer moderne media
(internet); M generatie
Multitasken = jezelf aan meerdere media tegelijk blootstellen
Groei media = groei muzikanten, kunstenaars, schrijvers
Lyman en Varian = jaarlijkse mediahoeveelheid groeit elk jaar met 30 %
Automatische piloot = je gedachten hier op zetten om een selectie tussen alle media te maken; je
kan niet alle berichten bekijken en er over nadenken
Automatisme = staat waarin onze gedachten opereren zonder moeite van ons geweten; als je een
bepaalde taak eenmaal hebt geleerd, doe je het automatisch
Automatische routines:
- Makkelijker om dagelijkse gewoontes te volgen dan elke dag opnieuw te bedenken
- Wij hebben die routines bedacht met invloeden van familie, vrienden, religie, sociale
normen, schoolsysteem, media
- Veel routines beïnvloed zonder dat wij daar van op de hoogte zijn (vooral media)
Media invloed op onze mentale codes = invloed bepaalt hoe wij denken
Chapter 2: Defining key ideas
Natuur van mensen:
1. Automatisch verwerken van betekenissen van buitenaf, geleerde betekenissen worden in
het brein opgeslagen
2. Mensen hebben de vrijheid om elke betekenis die zij willen in het brein op te slaan
Brein verwerkt dingen heel snel = anders zouden we verlamd raken; daarom starten we een
mentale code op
Zijn mensen machines of interpretatieve / creatieve schepsels:
- Sociale wetenschappers = gemeenschappelijkheden tussen mensen bestuderen
- Humanisten = uniekheid tussen mensen bestuderen
Soorten blootstelling:
- Fysiek = nabijheid van een mediabericht (persoon en mediabericht moeten op zelfde tijd
op zelfde plek zijn)
- Perceptueel = sensorische bandbreedte of vermogen om sensorische inbreng door audio
of visuele signalen; we kunnen niet 24 signalen in 1 seconde waarnemen
, - Psychologisch = beeld, geluid, patroon; kan in kortetermijngeheugen komen of
langetermijngeheugen
Blootstelling = niet hetzelfde als aandacht
Subliminaal = stimuli buiten grenzen van menselijke waarneming
Centrale route = als een bericht bewust via de gedachten naar ‘binnen’ treedt
Perifere route = berichten treden onbewust de gedachten binnen
Aandacht = drie soorten blootstelling + bewuste binnentreding van de boodschap
Harold Pashler = bewustzijn omvat een klein gedeelte van de stimuli van een sensorisch systeem
van een mens; onze aandacht kan gekaapt worden door een andere boodschap
Vier mogelijke staten van blootstelling:
- Aandachtig = je bent je bewust van het mediabericht waaraan je wordt blootgesteld,
soms moeite gedaan om het bericht te vinden
- Automatisch = niet bewust van berichten in je fysieke omgeving, achtergrond ruis gaat
naar je gedachten in plaats van het bericht waar je je op wilde focussen (screening out)
Automatisch verwerken = berichtelementen fysiek ontvangen, automatisch verwerkt op een
onbewuste manier
- Getransporteerd = je wordt zo in het mediabericht getrokken dat je geen idee meer hebt
van plek en tijd (ze beleven narratieve tijd = de tijd waarin de personages zich bevinden),
concentratie niveau is erg hoog; nauwe aandacht, tunnelvisie
- Zelf-reflecterend = heel erg bewust van het bericht en jouw eigen verwerking van het
bericht, bewust van de sociale wereld; jezelf afvragen waarom je aan de mediaboodschap
wordt blootgesteld, eigen analyse van het bericht analyseren
Drie informatie-verwerkingstaken = filtering, meaning matching en meaning construction
Eerste stap = bepalen of we het bericht willen in filteren of uit filteren verwerken of negeren
Filteren:
- Taak = keuze maken welke berichten je in-filtert of uit-filtert
- Doel = berichten overhouden die nuttig zijn voor de persoon, de rest negeren
- Focus = berichten in de omgeving
Meaning matching:
- Taak = basis competenties (vaardigheden) gebruiken om referenten (verwijzingen) te
herkennen en eerder geleerde betekenissen een plaats te geven
- Doel = efficiënt toegang hebben tot eerder geleerde betekenissen
- Focus = referenten in berichten
Meaning construction:
- Taak = vaardigheden gebruiken om verder dan meaning matching te komen en om
betekenissen voor jezelf samen te stellen om het bericht te personaliseren en er meer uit
te krijgen
- Doel = berichten vanuit meer perspectieven te interpreteren om verschillende mening-
opties te identificeren; dan een kiezen of meerdere
- Focus = iemands eigen kennisstructuren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lottebartelds. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.