UITGEVER : NOORDHOFF UITGEVERS
ISBN : 978 900 179 4774
,Table of Contents
HOOFDSTUK 3...................................................................................................................................3
WAARNEMEN VAN HET ZELF EN ANDEREN...................................................................................................3
3.1 Ontwikkeling van het zelfbeeld...............................................................................................3
3.2 Vorming van het zelfbeeld.......................................................................................................3
3.3 Stabilisatie en verandering......................................................................................................5
HOOFDSTUK 4...................................................................................................................................6
DE KLAS ALS LEEFDOMEIN........................................................................................................................6
4.1 De klas als sociale omgeving...................................................................................................6
4.2 Affiliatie...................................................................................................................................6
4.3 Het ontstaan van interpersoonlijke relaties.............................................................................6
4.4 Sociale relaties in de klas........................................................................................................7
4.5 De klas als groep of verzameling groepen...............................................................................8
4.6 Kenmerken van groepen.........................................................................................................9
4.7 Functies van individuele vriendschappen en groepen...........................................................11
4.8 Eenzaamheid.........................................................................................................................11
HOOFDSTUK 5.................................................................................................................................13
DE KLAS ALS LEERDOMEIN......................................................................................................................13
5.1 Aanwezigheid van anderen bij het leren...............................................................................13
5.2 Groepslidmaatschap en leren...............................................................................................14
5.3 Schools zelfbeeld en leren.....................................................................................................15
5.4 Feedback van de leraar.........................................................................................................15
5.5 Verwachtingen van leraren...................................................................................................16
5.6 Het schoolse zelfbeeld en de motivatie om te leren..............................................................17
5.7 Niet-schools zelfbeeld en leren..............................................................................................17
HOOFDSTUK 6.................................................................................................................................18
DE LERAAR..........................................................................................................................................18
6.1 Competenties van de leraar..................................................................................................18
6.2 De macht van de leraar.........................................................................................................19
6.3 De leraar als leidinggevende.................................................................................................21
6.4 Effecten van de stijl van leiddinggeven..................................................................................22
HOOFDSTUK 7.................................................................................................................................24
EFFECTIEF LERAARGEDRAG.....................................................................................................................24
7.1 Effectief lesgeven in het leerdomein......................................................................................24
7.2 Rijping...................................................................................................................................24
7.3 Leermethoden.......................................................................................................................25
7.4 Motiveren.............................................................................................................................27
7.5 Effectief klassikaal lesgeven..................................................................................................28
7.6 Effectief opzetten en begeleiden van samenwerkend leren...................................................28
7.7 Effectief lesgeven in het leefdomein......................................................................................29
7.8 Agressie en pesten op school................................................................................................30
2
, Hoofdstuk 3
Waarnemen van het zelf en anderen
3.1 Ontwikkeling van het zelfbeeld
In de interactie met de sociale omgeving ontwikkelt het opgroeiende kind kennis over zichzelf: het
zelfbeeld. Van der Werf (1988) omschrijft het zelfbeeld als: ‘het beeld waarin het individu de volgens
hemzelf kenmerkende hoedanigheden van de eigen persoon samenbrengt’.
Dat betekent onder meer dat niet-kenmerkende eigenschappen, zoals lopen of ademhalen of
denken, niet bij het zelfbeeld horen.
Naarmate het kind zichzelf beter leert onderscheiden van zijn sociale omgeving kan het een
vollediger zelfbeeld ontwikkelen. Lewis (1987) onderscheidt drie stadia in de ontwikkeling van het
zelfbeeld:
1. Aan het eind van het eerste jaar ontstaat voor het eerst zelfherkenning.
2. In het tweede jaar wordt dit zelfbesef versterkt, het kind krijgt steeds meer het idee van een
‘ik’ te zijn.
3. Tussen de 18e en de 30ste maand ontstaat vervolgens het besef dat dit ‘ik’ ook bepaalde
eigenschappen heeft. Het gaat in deze fase vooral om uiterlijke kenmerken.
Een heel belangrijke verandering is de ontdekking van een verschil tussen ik en de ander. Zo ergens
tussen het 3e en 4e jaar krijgen kinderen het idee dat het denken en voelen van de ander verschilt van
dat van henzelf. Het kind krijgt dan een theory of mind, een idee dat denken iets aparts is, en dat
een ander dus andere ideeën kan hebben.
Naarmate het kind ouder wordt, breidt zijn sociale omgeving zich uit; er komen andere volwassenen
en kinderen in beeld. Deze volwassenen en kinderen laten het kind meer kanten van zichzelf zien en
daardoor wordt het zelfbeeld steeds complexer. In het zelfbeeld kunnen na verloop van tijd twee
niveaus onderscheiden worden:
1. Algemene en moeilijk te veranderen eigenschappen. Het gaat hierbij om algemene
kenmerken zoals traag, slim, terughoudend, energiek of driftig. Deze eigenschappen hebben
grotendeels te maken met aangeboren temperament.
2. Specifieke eigenschappen. Dit zijn eigenschappen die meer veranderlijk zijn en deels kunnen
worden aan- of afgeleerd. Te denken valt aan specifieke vaardigheden zoals computeren,
sporten en tekenen.
Het zelfbeeld bestaat niet alleen uit kennis van eigenschappen, maar bevat ook waarderingen
daarvan. Deze worden dikwijls geleerd in de primaire groep, bijvoorbeeld in het gezin.
De waarderingen bepalen een belangrijk aspect van het zelfbeeld: de zelfwaardering of het
zelfrespect. Vooral in de Verenigde Staten wordt self-esteem gezien als een uiterst belangrijke
eigenschap van mensen en men probeert op allerlei manieren de zelfwaardering op te krikken.
Een positief zelfbeeld ten aanzien van de eigen vaardigheid leidt tot self-efficacy, het geloof van de
persoon dat hij over voldoende capaciteiten beschikt om die vaardigheden met succes te kunnen
vertonen. Wanneer iemand sterker verwacht dat hij bepaalde handelingen goed kan uitvoeren, zal
hij meer gemotiveerd zijn om die handelingen te verrichten.
3.2 Vorming van het zelfbeeld
Een leerling kan van verschillende bronnen gebruikmaken om iets over zichzelf en zijn eigen
kenmerken en kwaliteiten aan de weet te komen: waarneming van het eigen gedrag, reacties van
anderen, sociale vergelijking en attributie.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller allesrondomontwikkeling. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.55. You're not tied to anything after your purchase.