100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting boek, artikelen en jurisprudentie Jeugdrecht $9.00   Add to cart

Summary

Samenvatting boek, artikelen en jurisprudentie Jeugdrecht

 75 views  7 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting boek, artikelen en jurisprudentie Jeugdrecht

Preview 4 out of 64  pages

  • October 13, 2023
  • 64
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Jeugdrecht Samenvatting

Week 1: inleiding & minderjarigheid
Hoofdstuk 1: Introductie in het jeugdrecht
Jeugdrecht: alle mogelijke wettelijke bepalingen die betrekking hebben op de jeugd. In dit
boek bevat het jeugdrecht:
 Algemene civielrechtelijke jeugdrecht (boek 1BW: afstamming, adoptie, gezag en
handelings(on)bekwaamheid)
 Civielrechtelijke jeugdbeschermingsrecht (boek 1 BW: maatregelen van
kinderbescherming)
 Jeugdstraf(proces)recht
 Jeugdhulp en recht: hulp aan kind en gezin in een civiel en/of strafrechtelijke kader in
de Jeugdwet
Het IVRK is het meest universele mensenrechtenverdrag, alleen de VS is geen onderdeel. Het
bundelt alle rechten van kinderen. Het is juridisch bindend voor de landen die het hebben
geratificeerd. Het VN-comité voor de rechten van het kind ziet toe op de naleving van het
verdrag. Bepalingen uit het IVRK die naar hun inhoud eenieder kunnen binden, kunnen
rechtstreeks worden ingeroepen ten overstaan van de rechter en hebben voorrang boven
daarmee strijdig overig recht. Rechtstreekse werking wordt toegekend aan de volgende
artikelen (niet limitatief):
- Art. 7 lid 1: recht op naam, registratie bij geboorte en kennen van ouders voor zover
mogelijk
- Art. 8: recht op behoud van identiteit
- Art. 9 lid 2 en 3: recht op deelname aan gerechtelijke procedures en recht op
onderhouden van direct contact met beide ouders
- Art. 12: recht om mening kenbaar te maken en gehoord te worden in juridische/
administratieve procedures
- Art. 13: recht op vrijheid van meningsuiting
- Art. 14: recht op vrijheid van godsdienst
- Art. 16: recht op privacy
- In aanmerking: art. 3, 5, 37 en 40 lid 2
Het EHRM heeft bescherming van het kind ontwikkeld door het EVRM om kind specifieke
wijze te interpreteren. Het EHRM gebruikt ook het IVRK. Art. 8 EVRM heeft in ruime mate
zijn doorwerking gehad op het terrein van het afstammingsrecht en het omgangsrecht. Ook
art. 3 EVRM is relevant.


Hoofdstuk 2: De minderjarige: naam, nationaliteit, afstamming en adoptie
Minderjarigen art. 1:233 BW: zij die nog geen 18 zijn en evenmin met toepassing van art.
1:253ha BW meerderjarig zijn verklaard. De minderjarige wordt rechtens als persoon erkend
op het moment dat hij levend ter wereld komt, art. 1:1 lid 1 BW. Iedere minderjarige valt
onder het gezag van een of twee anderen en hij is in beginsel slechts bekwaam zelfstandig
rechtshandelingen te verrichten indien hij daartoe toestemming van zijn wettelijk
vertegenwoordiger heeft, art. 1:234 BW.

Aangifte en registratie van geboorte zijn geregeld in art. 7 IVRK, titel 4 van boek 1 BW en
BBS. Het moet binnen drie dagen na de geboorte door de vader of duomoeder. Als die
persoon ontbreekt of is verhinderd berust de verplichting op eenieder die bij de geboorte
aanwezig was. De geboortemoeder is niet verplicht tot aangifte, maar wel bevoegd. Het niet
voldoen aan de aangifteplicht is strafbaar. Tot elektronische aangifte zijn slechts vader en

,moeder van het kind bevoegd. Art. 1:2 BW: een kind waarvan een vrouw zwanger is, wordt
als reeds geboren aangemerkt als zijn belang dat vordert. Het gaat om een fictie m.b.t. het
tijdstip van de geboorte. Voorwaarden zijn dus: er moet dus sprake zijn van een zwangerschap
+ het kind moet levend ter wereld komen. Er kan schadevergoeding worden ingesteld
wanneer een kind met een (ernstige) afwijkingen is geboren en dit het gevolg is van een fout
van een behandelend arts. Art. 1:2 biedt ook de mogelijkheid om al voor de geboorte van het
kind een maatregel van kinderbescherming uit te spreken.

Het kind heeft recht op een naam: art. 7 IVRK en art. 1:4 t/m 1:9 BW. Ouders kunnen kiezen
welke geslachtsnaam ze aan hun kind meegeven. Die keuze kan alleen bij de geboorte
gemaakt worden en geldt in beginsel ook voor broertjes en zusjes. Een uitzondering daarop is
wanneer het kind levenloos ter wereld komt, dan geldt zij alleen ten aanzien van dit kind. Als
er geen keuze wordt gemaakt door ouders, dan ontvangt het kind de naam van de vader. Bij
een kind dat ontstaat uit een partnerschap tussen twee vrouwen moet de niet geboortemoeder
een onbekendheidsverklaring als bedoeld in de wet donorgegevens kunstmatige bevruchting
overleggen. Als dit niet tijdig is overlegd wordt zij niet de juridische ouder, maar oefent zij
wel samen gezag uit. Kinderen buiten huwelijk of geregistreerd partnerschap dragen in
beginsel de achternaam van de moeder, maar een keuze voor de andere naam is mogelijk
wanneer het kind wordt erkend. Wordt er geen keuze gemaakt, dan krijgt het kind de naam
van de moeder. Erkenning kan ook later plaatsvinden, naamswijziging kan in dat geval ook
later. Dit kan ook wanneer zij later huwen of in geregistreerd partnerschap treden. Bij adoptie
kunnen de adoptieouders bepalen welke naam het kind zal dragen. Als er geen keuze is
gemaakt, en het adoptiekind komt te staan in een familierechtelijke betrekking tot beide
adoptieouders van verschillend geslacht, die met elkaar zijn gehuwd, dan heeft het kind de
geslachtsnaam van de vader. Indien de adoptieouders niet zijn gehuwd of indien ze van
hetzelfde geslacht zijn en met elkaar gehuwd zijn, dan houdt het kind de geslachtsnaam die
het heeft. Wanneer het kind in adoptie van de partner van zijn ouder komt te staan behoudt het
zijn geslachtsnaam. Wanneer een minderjarige een naamskeuze kan maken (erkenning, GVO,
(stief)ouderadoptie) mag het kind zelf bepalen vanaf 16 jaar. De rechter mag daarvan niet
afwijken. Deze bevoegdheid is slechts aan een leeftijd gekoppeld en niet aan bijv. een
verstandelijke beperking, wellicht dat dit verholpen kan worden met art. 3:34 BW. Een kind
kan verzoeken om zijn geslachtsnaam te wijzigen in die van de ouder wiens hij niet kreeg bij
de keuze, art. 5 Besluit geslachtsnaamwijziging. Dus kan wanneer het kind tussen de 18 en 21
jaar is. De voornaam van het kind wordt bij de geboorteakte opgenomen. De ambtenaar mag
dit weigeren wanneer de voornaam ongepast is of overeenstemt met bestaande
geslachtsnamen, tenzij die namen tevens gebruikelijke voornamen zijn. Een geslachtsnaam
kan worden geweigerd, die van een minderjarige op verzoek van de wettelijk
vertegenwoordigers. In het besluit wordt geregeld in welke gevallen. Verzoeken worden
ingediend bij de Dienst Justis van het ministerie justitie en veiligheid, de beslissing is een KB.
Ook al is niet aan de voorwaarden voldaan, dan kan toestemming alsnog plaatsvinden i.v.m.
lichamelijke of geestelijke gezondheid van de betrokkene en dit in ernstige mate zou zijn
geschaad. Een verzoek tot geslachtsnaamwijziging kost 835 euro. Slachtoffers van bepaalde
misdrijven die hun geslachtsnaam ontlenen hoeven niet te betalen. De wettelijk
vertegenwoordiger van een minderjarige kan een verzoek indienen om de voornaam te
wijzigen, wanneer het kind ouder dan 12 krijgt hij gelegenheid zijn mening kenbaar te maken.
De rechtspraak gaat ervan uit dat voor een voornaamwisseling een zwaarwichtig belang moet
bestaan.

In zaken betreffende minderjarigen is de rechter van de woonplaats c.q. het werkelijk verblijf
van de minderjarige in NL bevoegd, art. 265 Rv. Een regeling over de woonplaats staat in art.

,1:10 t/m 1:15 BW. De minderjarige heeft een afgeleide woonplaats, het is daar waar zijn
gezagsdrager zijn woonplaats heeft. Wanneer er twee gezagsdragers zijn met niet dezelfde
woonplaats, dan is het degene bij wie hij feitelijk verblijft. Als ouders gescheiden zijn heeft
een minderjarige dus een woonplaats, en wel steeds bij een van hen.

Een kind heeft recht op een nationaliteit, art. 7 IVRK. In NL vindt je regels hieromtrent in de
rijkswet op het Nederlanderschap. Erkenning door een Nederlandse vader tot het 7e levensjaar
werd nationaliteitsgevolg verbonden. Het nationaliteitsgevolg geldt ook voor een vrouw dat
een kind heeft erkend maar zelf niet heeft gebaard. Minderjarigen kunnen de Nederlandse
nationaliteit van rechtswege verkrijgen, via naturalisatie of bij het maken van een keuze.
Verlies van Nederlanderschap is volgens de wet ook mogelijk, maar gebeurd niet wanneer dit
staatloosheid tot gevolg heeft. Art. 2 lid 3 en 4 RwN bevat een aantal duidelijke regels wat
betreft de positie van een minderjarige. Hij kan niet zelfstandig een verzoek indienen of een
verklaring afleggen en de minderjarige van 12+ wordt op zijn verzoek in de gelegenheid
gesteld zijn mening kenbaar te maken. Deze regeling is te minimaal i.h.k.v. art. 12 IVRK. De
minderjarige wordt niet in de gelegenheid gesteld zijn mening kenbaar te maken ter zake van
een mogelijk verlies van het Nederlanderschap. Art. 3, 4 en 5 RwN:
 Een kind verkrijgt door geboorte de Nederlandse nationaliteit als op dat moment vader
of moeder in Nederland is. Deze regel geldt ook als de vader van het kind voor de
geboorte ervan is overleden. Als de minderjarige het kind is van een vader of moeder
die ten tijde van de geboorte in het Koninkrijk woont en zelf werd geboren uit een op
dat moment in Nederland wonende moeder verkrijgt het door die geboorte de
Nederlandse nationaliteit.
 Een minderjarige vreemdeling die na zijn geboorte maar voordat hij de leeftijd van 7
jaar heeft bereikt door een Nederlander wordt erkend verkrijgt daardoor de
Nederlandse nationaliteit (vaderschap hoeft niet worden aangetoond). De minderjarige
vreemdeling die door wettiging het kind van een Nederlander wordt, verkrijgt de
Nederlandse nationaliteit. En de minderjarige vreemdeling die na zijn geboorte erkend
wordt door een Nederlander die zijn biologische ouderschap aantoont binnen de
termijn van een jaar na de erkenning, wordt door die erkenning Nederlander. De
kinderen van de minderjarige die het Nederlanderschap verwerft delen mee in die
verkrijging van het Nederlanderschap.
 Gerechtelijke vaststelling van vaderschap (art. 1:207 BW): kind moet minderjarig zijn
op dag van de uitspraak in eerste aanleg. En persoon die als ouder wordt aangewezen
moet Nederlanderschap bezitten of binnen twee maanden verkrijgen. Als de
minderjarige een kind heeft deelt deze mee in de verkrijging van het
Nederlanderschap.
 Adoptie binnen het Koninkrijk: als de adoptieouders de Nederlandse nationaliteit heeft
op de dag dat de adoptie uitspraak in kracht van gewijsde gaat, verkrijgt het
geadopteerde de Nederlandse nationaliteit, mits hij minderjarig is op de dag van de
uitspraak in eerste aanleg.
 Adoptie in het buitenland: het gaat alleen om gevallen waarin een van de adoptanten
de Nederlandse nationaliteit heeft.
o Adoptie in het buitenland met inachtneming Haags adoptieverdrag +
voorwaarden RwN heeft tot gevolg dat het kind de Nederlandse nationaliteit
verkijgt. Zwakke adoptie: en Koninkrijk, verkrijgt het kind wanneer het in
overeenstemming is met art. 27 verdrag.
o Overige in het buitenland uitgesproken adopties: door een Nederlander
geadopteerd kind verkrijgt de Nederlandse nationaliteit wanneer voldaan is aan
voorwaarden voor erkenning van adoptie zoals neergelegd in 10:107-109 BW

, en RwN. Zwakke adoptie: nationaliteitsgevolg treedt in als het is omgezet bij
rechterlijke uitspraak in een sterke adoptie.
Art. 6 RwN: mogelijkheid om via een schriftelijke verklaring te kiezen voor de Nederlandse
nationaliteit.
- Medeverkrijging: van het Nederlanderschap d.m.v. een verklaring dat dit bedoeld is en
hij ten tijde van die verklaring toelating en hoofdverblijf heeft in het Koninkrijk.
Wanneer hij 16+ is, moet hij uitdrukkelijk instemmen. En er mag geen gedrag worden
vertoond zoals in lid 4.
- Verkrijging: zelfstandig Nederlanderschap verkrijgen d.m.v. verklaring wettige
vertegenwoordiger:
o Geboren in Koninkrijk, ten minste drie jaar onafgebroken gewoond en is
staatloos
o Door Nederlander erkend, maar niet o.g.v. art. 3 of 4 Nederlander geworden,
maar via een schriftelijke verklaring en ten minste 3 jaar onafgebroken
verzorging en opvoeding genoten van de erkenner.
o Beslissing van rechter of bij geboorte van rechtswege onder het gezag van
ouder + ouder die Nederlandser is komen te staan. Ten minste 3 jaar
onafgebroken verzorging en opvoeding van de Nederlander heeft genoten.
 16+, dan moet hij een verklaring van verbondenheid afleggen.

Art. 7 – 11 RwN: mogelijkheid voor meerderjarige vreemdelingen om verzoek tot
Nederlandse nationaliteit in te dienen bij minister van J&V. Als dit verzoek wordt
toegewezen, dan verkrijgt ook het kind het Nederlanderschap.

Art. 15 en 16 RwN: Een minderjarige verliest het Nederlanderschap wanneer zijn ouders(s) de
nationaliteit verliezen. Het Nederlanderschap kan worden ingetrokken wanneer een
minderjarige vanaf 16 deelneemt aan een terroristische organisatie zonder dat daarvoor een
strafrechtelijke veroordeling vereist is, tenzij dan staatloosheid het gevolg is.

Titel 11 boek 1 BW (art. 1:197-1:212 BW): afstamming van kinderen. Afdeling:
 1(1:197-199) ouders van een kind
 2 (1:200-202) ontkenning van het door huwelijk/geregistreerd partnerschap ontstane
vaderschap
 2A (1:202a en 202b) ontkenning van het door huwelijk/geregistreerd partnerschap
ontstane moederschap
 3 (art. 1:203-206) erkenning kind door man/vrouw voor (eventuele) vernietiging van
zo’n erkenning
 4 (art. 1:207-208) gerechtelijke vaststelling ouderschap
 5 (art. 1:209-211) inroeping of betwisting van iemand afstamming
 6 (art. 1:212) bijzondere regel procesrecht  als minderjarig kind optreedt in
afstammingsprocedure optreedt als verzoeker wordt hij vertegenwoordigd door een
bijzondere curator, benoemd door de rechtbank.

Art. 1:198 BW: moeder van het kind.
 Geboortemoeder: de vrouw uit wie het kind wordt geboren. Van wie de eicel
afkomstig is, is juridisch niet relevant.
 Duomoeder: kind geboren in huwelijk/geregistreerd partnerschap tussen twee
vrouwen. Van rechtswege moederschap, maar op voorwaarde dat een verklaring
stichting donorgegevens bij geboorteaangifte. Wordt dit niet tijdig gedaan, dan kan
wel erkenning plaatsvinden.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MerelVeldkamp. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.00. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

83637 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.00  7x  sold
  • (0)
  Add to cart