Taak 1
Endogenen determinanten: liggen in het lichaam
Exogenene determinanten: liggen buiten het lichaam
Persoonsgebonden: genetisch of in loop leven ontwikkleld
Leefstijl: bewegen,roken, alchol, voeding, ontspanning, drugs
Omgevingsfactoren: fysieke of sociale omgeving -> straling of sociaal netwerk
VTV: belangrijkste opgaven gezondheid -> verschijn elke 4 jaar
1. Vergrijzing -> grote impact op de zorg en volksgezondheid. Meer ouderen en een
hogere levensverwachting, dit in combinatie met meerdere chronische
aandoeningen ter gelijk.
2. De druk op ons leven neemt toe -> mensen krijgen steeds meer stress wat
gezondheidsproblemen kan veroorzaken, ook door de veranderende werk sector
neemt de stress toe.
3. Veel mensen roken in de samenleving en in combinatie dat veel mensen obesitas
hebben beloofd dat niet veel goeds.
4. Opeenstapeling van gezondheid en sociale problemen bij kwetsbare groepen:
5. De uitgaven zullen fors stijgen: in 2040 zullen de uitgaven verdubbelen 1/3 deel
komt door de vergrijzijg en de bevolkingsgroei, de andere 66% komt bijvoorbeeld
door ontwikkeling
6. De zorg wordt van het ziekenhuis naar de patiënten toe verplaatst -> het wordt
steeds zelfstandiger en sommigen groepen hebben het hier moeilijk mee, en dit
vraag ook weer andere dingen van de zorgverleners
Lalonde model: 4 deelgebieden die invloed hebben op de gezondheid: biologisch, leefstijl,
omgeving, kwaliteit/toegankelijkheid van de zorg -> 2 routes om gezondheid te verbeteren
1. Risico factoren voor gezondheid aan pakken
2. Gezonde omgeving/gedrag stimuleren
Ziektelast: hoeveel gezondheid/leervermogen er wordt verloren door een bepaald ziekte
Dissease (objectief): aantoonbare medische aandoening
Ilness( subjectief): hoe men zich gedraahd als patiënt en zo ook wordt behandeld
Public health: vakgebied wat zich bezighoudt met volksgezondheid en collectieve
maatregelen om de volksgezondheid en levensduur te bevorderen, signaleren probleem en
oplossen
Thomas MC keown: daling van de infectieziekte door verbeterde hygiëne ( voor 1950 geen
medische bestrijding)
John snow: riool aanleggen en drinkwater moet veilig zijn
Door de grote verschillen in SES -> meer nadruk op levensvaardigheden ->
levensverwachting toegenomen maar de kwaliteit is afgenomen
Preventie: totaal van maatregelen zowel binnen als buiten de gezondheidszorg -> doel om
gezondheid te beschermen en te bevorderen
- Primaire: voorkomen ziekte
- Secundaire: opsporen ziekte in een asymptotische fase
- Tertiaire: behandelen van symptomen
,Daly: aantal jaren wat je hebt verloren door sterfte + jaren met gezondhiedsproblemen
Qaly: hoeveel jaren gewonnen met interventie + goede jaren
Prevalentie: aantal zieke gevallen (oud+nieuw) op een bepaald tijdstip in een gebied
Incidentie: aantal nieuwe zieke. Gevallen in een nauwkeurige periode
- Ziekte hoge prevalentie/ lage incidentie (gewricht reuma)= niet fataal wel chronisch
- Ziekte lage prevalentie/ hoge incidentie (longziekte)= fataal, niet veelvoorkomend
- Ziekte hoge prevalentie/ hoge incidentie (verkoudheid)= niet fataal,
veelvoorkomend, niet chronisch
- Ziekte lage prevalentie/ lage incidentie (alvleeskanker)= zeldzaam en fataal
Priamide: hoog geboorte en hoog sterfte
Toren: laag sterfte en laag geboorte
Urn: nog lager geboorte en laag sterfte
Determinanten van ziekte zijn:
• Disease (medisch-biologisch): staat voor aantoonbare medisch-biologische afwijking.
• Illness (ervaring): staat voor de ziekte-ervaring: het zich niet wel voelen.
• Sickness (gedrag): men gedraag zich als patiënt en dat wordt ook erkend door de omgeving.
TAAK2
SES: verschil aan de hand van inkomen, opleidingsniveau en beroep
Kaplan:
- Compositorische benadering (aan het individu gebonden) inkomen, opleidingsniveau
en beroep
- Contextuele benadering: alle dingen die voor de hele buurt hetzelfde zijn.
Verbanden:
o Mensen met een risico factor voor een ziekte wonen vaak bij elkaar
o De leefomgeving beïnvloedt de gezondheid
Verschillen tussen hoge en lage SES: lagere levensverachting, vaker in het ziekenhuis, hoge
kans aandoeningen, kwaliteit van leven is minder
KUNST: gezondheid in NL is ongelijk verdeeld, maar er is verbetering op 4 punten
1. Aantonen van bestaan en belang gezondheidsverschillen
2. Identificeren van groepen met meesten gezondheidsproblemen
3. Identificeren van ongelijk verdeelde gezondheidsproblemen
4. Beschrijven van ongelijkheid in gezondheid determinanten
BRAVEMAN: causatie mechanisme: een lage ses lijdt via tussenliggende factoren voor een
slechtere gezondheid
, 3. Stressoren beleving: minder slecht met dingen omgaan
4. Life events komen meer voor
Wear and tear/ allostic load: stressoren en life events komen meer voor bij lage SES -> zorgt
voor biologische reacties, dit kan sociale steun verminderen
Diez en roux: buurkenmerken (sociaal (normen/waarde, veiligheid) en fysiek (kwaliteit van
woningen) -> invloed op stress en gedragsniveau -> deze invloed op gezondheid
Kwachi:
- Inequalty: ongelijkheid en inequity: onrechtvaardigde ongelijkheid
- Absolute (geld) en relatief (vergelijking met omgeving om luxeproducten te kopen)
- Materiele interpretatie (toegang materiele goederen) en psychosociale interpretatie
(gezondheidsverschillen toeschrijven aan stress)
- Naar hele levensloop van iemand kijken
Shavers: per probleem moet er gekeken worde welke SES maat moet worden gebruikt ( je
kan combineren)
- Inkomen
- Rijkdom -> status
- Opleiding
- Beroep
- Samenstelling
Van OORT:
- Opleiding: beïnvloed materiele factoren(belangrijkste)BV zorgverzekering -> directe
invloed op gezondheid maar ook via psychische en gedrag factoren
- Opleiding beïnvloed psychische factoren BV scheiding -> direct op invloed
gezondheid maar ook via gedragsfactoren
- Opleiding beïnvloedt gedragsfactoren BV roken -> directe invloed op gezondheid
TAAK 3
Vrouwen hebben vaker slaapproblemen dan mannen
Slaap -> hart-/vaatziekten (lite)
- Mensen met weinig slaap produceren veel cortisol (stress) -> leiden tot hart en vaat
ziekte
- Bloeddruk daalt in je slaap bij weinig slaap -> korte periode lage bloeddruk
Slaap -> dementie (wallis)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merlijnk12134. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.