Dit is een samenvatting van hoofdstuk 10 Natievorming van Seneca Maatschappijwetenschappen. Deze stof wordt behandeld in de bovenbouw van het VWO. De dikgedrukte woorden zijn begrippen die bij de methode horen. Het hoofdstuk bestaat uit veel lange teksten en hieruit zijn de belangrijkste dingen geh...
Paragraaf 10.1 -> De Nederlandse identiteit
Bij socialisatie worden verschillende dingen geleerd aan verschillende mensen/
groepen. Zo wordt in Nederland geleerd om je mening te uiten, zelfs tegen
mensen waartegen je eigenlijk ondergeschikt bent, terwijl dit in België helemaal
niet oké zou zijn.
Nationale identiteit heeft te maken met binding. Mensen in een groep voelen zich
met elkaar verbonden (sociale cohesie) doordat ze door groepsvorming
gemeenschappelijke waarden en normen ontwikkelen. We gaan nu naar binding
kijken vanuit de verschillende paradigma’s.
Functionalisme-paradigma
Sociale cohesie is heel belangrijk in een samenleving. Het houdt de samenleving
bij elkaar. Functionalisten stellen vragen zoals wat bindt mensen samen, hoe
ontstaat sociale cohesie en hoe kan dit versterkt of verzwakt worden?
Conflict-paradigma
Juist gekeken naar de geringe mate van sociale cohesie tussen groepen in een
samenleving. Er vindt in- en uitsluiting plaats bij groepen en dit kan tot conflicten
leiden. Denk aan conflicten tussen haves (rijken en machtigen) en de havenots
(minder machtige groep). Ook conflicten tussen etnische groepen door
bijvoorbeeld tegengestelde culturele kenmerken. Onderscheid tussen latente
(verborgen) en manifeste (zichtbare) conflicten.
Sociaalconstructivisme-paradigma
Centraal staat het individuele handelen van personen ten opzichte van elkaar.
Nadruk op de persoonlijkheid, identiteit en identificaties van een actor. De
groepen waar iemand zich mee identificeert bepalen hoe bindingen worden
ervaren. Het gaat over subjectieve opvattingen en gevoelens. Er wordt betekenis
toegekend aan bindingen door individuen. Daarom kunnen mensen een
dynamische, meervoudige en wisselende identificatie hebben met verschillende
groepen -> multiple identity. Bijvoorbeeld meer extrovert in een fijne groep zoals
bij sport en meer introvert bij een minder fijne groep zoals je klas.
Rationele actor-paradigma
Bindingen zijn ruilrelaties die mensen aangaan en waarin beloningen
uitgewisseld worden. Alleen binding als mensen er baat bij hebben
(werkgever-werknemerrelatie).
, Paragraaf 10.2 -> Analyse: de politiek en de cultuur
De overheid heeft gezag en dit komt door staatsvorming. Er waren vroeger
wederzijdse afhankelijkheden: vorst had belastinggeld nodig en de burgers
betaalden dat in ruil voor bescherming en andere privileges.
Bij collectieve goederen speelt het dilemma van de collectieve actie een rol. Er is
een politieke institutie nodig om meedoen aan een collectieve actie af te
dwingen, anders doen mensen niet vrijwillig mee en heb je freeriders. Het aantal
collectieve goederen steeg door de jaren heen en door democratisering konden
burgers hun wensen en eisen kenbaar maken bij de overheid. Met name wat
betreft welzijn -> de verzorgingsstaat kwam. Toch moeilijker geworden voor de
overheid om in te grijpen door de globalisering en individualisering. Economie is
afhankelijk van andere landen en werelddelen en door individualisering willen
mensen meer zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid.
Natievorming heeft ook met dit dilemma te maken. Met meer collectieve
goederen voelen we ons meer verbonden met de staat. Drie begrippen:
Natie = bestaat uit groepen mensen met eenzelfde geschiedenis, taal en/of
cultuur die zich daardoor verbonden voelen met elkaar. Mensen zijn lotsgenoten
en maken hetzelfde mee, de natie streeft naar een eigen soevereine staat. Naties
worden gevormd door etnische groep of gedeelde waarden.
Modernisten = de natie is een uitvinding van het 19de eeuwse nationalisme. De
mensen denken dat naties bestaan en geven er betekenis aan, naties kunnen
veranderen. Eerst de staat dan de natie. Iedereen zelfde taal en geschiedenis
aanleren, nationale symbolen belangrijk om een eenheid te creeeren. Invented
traditions om binding met de staat te versterken.
Essentialisten = naties zijn oude organisch gegroeide eenheden die in de
middeleeuwen of zelfs eerder ontstonden. Naties zijn van nature ontstaan op
basis van bloedbanden tussen mensen. Sommige culturele kenmerken zijn
onveranderlijk van een natie. Eerst de natie dan de staat. Nationale identiteit en
cultuur komen voort uit langlopende tradities en symbolen..
Als de grenzen van de natie en staat samenvallen heb je een natiestaat. Vaak
leven er meerdere naties naast elkaar in een staat -> multinationale staten. Of juist
dat een natie in meerdere staten woont.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller db6. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.
