100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Proeftoets 2 $3.78   Add to cart

Exam (elaborations)

Proeftoets 2

1 review
 122 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Oefentoets blok 2.2

Preview 3 out of 24  pages

  • October 25, 2017
  • 24
  • 2016/2017
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers

1  review

review-writer-avatar

By: dennisdebruin • 6 year ago

Translated by Google

Without answers, I can not see whether I'm right or wrong ...

reply-writer-avatar

By: SmartBlue • 6 year ago

Translated by Google

Hey Dennis, nice to send a message. Glad you found the answers haha

avatar-seller
Oefentoets blok 6
1. Bij atherosclerose sluit een bloedvat meestal af doordat een stukje
plaque losschiet van de vaatwand en als gevolg daarvan een bloedstolsel
het vat afsluit
2. Nitroglycerine heeft geen effect op angina pectoris klachten
3. 3 kenmerken van angina pectoris zijn:
- Precordiale pijn
- Bij inspanning of bij stress
- Verdwijnt snel bij rust en nitroglycerine
4. Angina pectoris is een klinisch syndroom ten gevolge van ischemie van de
hartspier welke meestal ten gevolge komt van coronaire atherosclerose
5. Een angina pectoris is instabiel als pijn op de borst optreedt bij
inspanning
6. Een myocard infarct is meestal het gevolg van een trombose in een
atherosclerotische coronair arterie
7. a. dit is een vooraanzicht van het hart a) J
b. benoem de nummers 1 - 13 b)
1. Rechter atrium
2. Linker atrium
3. vena cava
superior
4. Aorta
5. A. pulmonale
6. v. pulmonale
7. mitralisklep
8. aorta klep
9. linker ventrikel
10. rechter
ventrikel
11. vena cava
inferior
12. tricuspidalus
klep
13. pulmonalisklep
8. benoem nummers 1,2 en 3 1. Arterie
coronarisa
sinistra
2. Arteria
circumflex
3. 3. Arteria
coronaria
dextra
9. Stunning is erger dan hibernation
10. Als bij hibernation de perfusie wordt hersteld contraheren de myocyten
weer
11. Een niet contraherende myocyt is een dode myocyt
12. Afsluiting van een bloedvat leidt direct tot infarcering
13. Infarcering betekent afsterven van (myocard) weefsel

,14. Ventrikelfibrillatie kan ontstaan na een acuut coronair syndroom
15. Onder atherosclerose wordt het volgende verstaan: het ophopen van
vetten en het toenemen van bindweefsel in de tunica intima van de wand
van een arterie
16. Atherosclerose kan zowel in venen als in arterien voorkomen
17. Bij atherosclerose wordt de tunica intima dikker, verdwijnt de membrana
elastica en wordt de tunica media dunner.
18. Een embolie is een klomp samengeklonterde bloedblaatjes met fibrine
welke op de vaatwand zit.
19. Een ischemie is dat weefsel helemaal geen zuurstof meer krijgt
20. Hyperlipidemie, diabetes, hypertensie en roken zijn voorbeelden van
atherosclerose bevorderende factoren
21. Een belangrijke functionele stoornis als gevolg van arteriosclerose is dat
het vat niet meer goed kan dilateren
22. Arteriosclerose kan leiden tot angina pectoris klachten
23. Uitstraling die bij angina pectoris kan optreden is geen referred pain
24. Inspanning zorgt voor angina pectoris op de volgende manier: als je gaat
inspannen dan vraagt je lichaam meer zuurstof en ook je hart. Er wordt
dan een dilatatie van de coronairvaten gevraagd. Deze vaten kunnen hier
niet aan voldoen door de atherosclerose. Dit leidt tot een gebrek aan
zuurstof in een deel van de hartspier waardoor angina pectoris optreedt
25. Als je angina pectoris aanvallen op korte termijn toenemen bij steeds
geringere inspanning dan duidt dit op een afname van de vernauwing in
de coronairvaten
26. Een myocardinfarct aan de voorwand wordt veroorzaakt door
atherosclerose in de a. coronaria dextra
27. De hoeveelheid van het enzym creatinefosfokinase (CPK) in het bloed is
een maat voor de grootte van het hartinfarct
28. Het enzym creatinefosfokinase komt vrij wanneer het hart te weinig
zuurstof krijgt
29. Het enzym troponine komt direct vrij in het bloed bij een hartinfarct
30. Een verhoogd myoglobinegehalte in het bloed wijst op spierschade
31. Een verhoogd myoglobinegehalte kan ook zorgen voor acute nierschade
32. Vrouwen hebben op oudere (55-65 jaar) leeftijd een hoger risico op een
hartinfarct omdat mannen worden beschermd dooer het hormoon
oestrogeen
33. Nicotine zorgt ervoor dat de bloedvaten worden vernauwd en dat de
bloedvatwanden beschadigen
34. LDL-cholersterol zorgt voor de afvoer van cholersterol in het bloed naar
de lever
35. Het cholesterolgehalte kun je naar beneden halen door te letten op je
voeding en voldoende te bewegen
36. De bovendruk is druk in het bloed tijdens de systole van het hart en de
onderdruk is de druk in het bloed tijdens de diastole van het hart
37. Met de leeftijd neemt de bloeddruk af omdat de slagaders minder soepel
worden.
38. Een te hoge bloeddruk kan de slagaderwand beschadigen doordat de
wanden steeds onder een te hoge druk staan, hierdoor worden ze
minder soepel en elastisch
39. Hoe minder buikvet iemand heeft, hoe minder kans op een hartziekte
40. Iemand met diabetes heeft meer kans op atherosclerose omdat er meer

, plaques in het bloed rondzwerven
41. Door te gaan bewegen verlaag je het cholesterol, verklein je het risico op
diabetes en verlaag je de bloeddruk
42. Man-zijn is een risicofactor voor atherosclerose
43. Stress is een gevolg van overprikkeling van de sympathicus.
44. In een stabiele fase na een myocardinfarct is de behandeling vooral
gericht op het verminderen van de risicofactoren
45. Als iemand na een hartinfarct weer uit het ziekenhuis ontslagen wordt,
begint hij gelijk met een revalidatieprogramma
46. Door te gaan bewegen bevorder je de doorbloeding van het hart en rem
je het vernauwingsproces, ook daalt hierdoor de bloeddruk
47. Bij een oefenprogramma na een acuut myocardinfarct, bestaat de eerste
dag uit bedrust
48. Een teken van overbelasting is dat een patient een heel rood hoofd krijgt
49. Een trainingseffect van het aerobe uithoudingsvermogen is een afname
van het slagvolume van het hart
50. Een trainingseffect van het aerobe uithoudingsvermogen is een
toegenomen inspanningscapaciteit met gunstig effect op cardiale en
perifere spieradaptaties
51. Een trainnigseffect van het aerobe uithoudingsvermogen is een
vergrootte diffusiecapaciteit van de long en een vergroting van het
longvolumina
52. Iemand met een instabiele angina pectoris mag krachttraining beoefenen
53. Het doel van coronaire angiografie is het aantonen van de aanwezigheid
en de ernst van coronair vaatlijden
54. Coronaire angiografie is altijd geïndiceerd bij ernstige verdenking op
coronaire atherosclerose
55. CAG (coronaire angiografie) kent weinig complicaties
56. De Left Anterior Descending Artery voorziet de voorwand van bloed
57. Percutane coronaire interventie is geen optie bij een acuut infarct
58. coronary artery bypass grafting is het dotteren van een coronairvat
59. De mitralisklep zit tussen het rechter atrium en het rechter ventrikel
60 Tussen linker ventrikel en aorta zit een semilunair klep
61. Het linker ventrikel stuwt meer bloed weg dan het rechter ventrikel
62. Atriumcontractie is onmisbaar voor een ventrikeldiastole
63. Tijdens de ventrikelsystole is de atriumdruk hoger dan in de ventrikel
64. De druk in de a. pulmonalis is lager dan in de aorta
65. Papillairspier verhindert terugslag van de AV kleppen
66. Een dotterbehandeling wordt vaak gedaan als er op meerdere plaatsen
atherosclerose zit in de coronairvaten
67. Bij een coronaire bypass operatie wordt de vernauwing in de
kransslagader opgelost
68. Bij een coronaire bypass wordt het sternum doorgezaagd en heb je dus
te maken met een bot fractuur
69. Bij de bypass operatie worden meestal de linker en rechter interne
arteria mammaria (LIMA en RIMA) en beenvenen gebruikt
70. Een voordeel van dotteren is dat je meestal op dezelfde dag al naar huis
mag.
71. Een veneuze trombose geeft verschijnselen van stuwing en oedeem
72. Als een capillair in de long wordt afgesloten door bijvoorbeeld een

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SmartBlue. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

60904 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$3.78  1x  sold
  • (1)
  Add to cart