100% de satisfacción garantizada Inmediatamente disponible después del pago Tanto en línea como en PDF No estas atado a nada
logo-home
Samenvatting H3 Inleiding in de Psychologie van Alblas - NTI $3.44   Añadir al carrito

Resumen

Samenvatting H3 Inleiding in de Psychologie van Alblas - NTI

1 revisar
 102 vistas  0 compra
  • Grado
  • Institución
  • Book

Samenvatting H3 Inleiding in de Psychologie van Alblas

Vista previa 2 fuera de 7  páginas

  • No
  • H3
  • 25 de octubre de 2017
  • 7
  • 2016/2017
  • Resumen

1  revisar

review-writer-avatar

Por: timples • 6 año hace

avatar-seller
Samenvatting Hoofdstuk 3 Inleiding in de Psychologie van Alblas



Hoofdstuk 3 Inleiding in de Psychologie van Alblas

3.1 Wat is leren?
• leren = het verwerven van nieuw gedrag, nieuwe kennis en nieuwe inzichten op grond van
ervaring. Door die ervaring krijgt zowel het eigen gedrag, als de situatie waarin dat gedrag
optreedt, betekenis.

3.2 Leren door klassieke conditionering
• emotionele betekenis = verschillende situaties of gebeurtenissen die specifieke gevoelens met
zich meebrengen (een baby heeft deze in het begin nog niet)
• klassieke conditionering = een gevoelsreactie, zoals schrikken, die door een bepaalde gebeurtenis
wordt opgeroepen (reflex), wordt gekoppeld aan een andere gebeurtenis, die daarvoor nog niet
zo’n gevoelsreactie opriep. Ook wel: emotioneel leren.
Leren door klassieke conditionering gebeurd automatisch en onbewust. Er is geen sprake van
inzicht en van een bewuste koppeling tussen twee gebeurtenissen.

Klassieke conditionering als leerproces
• ongeconditioneerde stimulus (OS) Een situatie die een automatische reactie ontlokt.
• ongeconditioneerde respons (OR) De automatische reactie.
• geconditioneerde stimulus (CS) Een stimulus koppelen aan een andere situatie.
• geconditioneerde respons (CR) De aangeleerde reactie.

Bevorderen van het leren door klassieke conditionering
1. contingentie De mate waarin het optreden van de ongeconditioneerde stimulus samenhangt
met het optreden van de geconditioneerde stimulus. Hoe sterker, hoe sneller
de klassieke conditionering zal plaatsvinden.
2. tijdsduur De tijd die ligt tussen de OS en de CS. Hoe korter, hoe sneller de klassieke
conditionering zal plaatsvinden.

• smaakaversie = een automatische negatieve reactie op voedsel. Tijdsduur en contingentie spelen
hier geen rol in.
• stimulus generalisatie = dit treedt op als de ongeconditioneerde stimulus lijkt op een
geconditioneerde stimulus en dezelfde reactie ontlokt.
• overgeneralisatie = wanneer reacties op een onschuldige situatie optreden (het geval bij
angstneuroses)
• stimulusdiscriminatie = het onderscheid kunnen maken tussen situaties die echt gevaarlijk,
bedreigend of vervelend zijn en situaties die er wellicht op lijken maar toch niet vervelend zijn.
• uitdoving = een aangeleerde geconditioneerde respons dat verdwijnt.
• vermijdingsgedrag = wanneer iemand situaties gaat vermijden waardoor stimulusdiscriminatie of
uitdoving niet op kan treden.
• spontaan herstel = de geconditioneerde respons treedt plots ineens weer op.
• cognitie = inzicht in de relatie tussen OS en CS.
• emotioneel leren = klassieke conditionering. De aangeboren emotionele reacties breiden zich uit
naar allerlei situaties en krijgen daardoor een emotionele betekenis.




1

, Samenvatting Hoofdstuk 3 Inleiding in de Psychologie van Alblas


3.3 Leren door operante conditionering
• operante conditionering = nieuwe gedragingen worden aangeleerd op grond van de effecten die
deze gedragingen met zich meebrengen.
• wet van effect = gedrag dat bevredigende resultaten oplevert zal eerder herhaald worden dan
gedrag dat geen bevredigende resultaten oplevert.
• gissen-en-missen = trial-and-error.
• bekrachtiging = de versterking van het doen optreden van bepaald gedrag.
• positieve bekrachtiging = versterkt het gedrag dat aan deze bekrachtiger voorafgaat.
• negatieve bekrachtiging = versterkt het gedrag dat zorgt voor het wegnemen van een
ongewenste situatie.
• geleidelijk proces = hoe meer een bepaald gedrag positief bekrachtigd wordt, hoe eerder dat
gedrag herhaald zal worden.
• continue bekrachtiging = wanneer een bepaalde respons altijd gevolgd wordt door een positief
effect.
• partiële bekrachtiging = wanneer bekrachtiging niet constant optreedt. Hierbij zal het langer
duren voordat de juiste respons wordt ontdekt.
• primaire bekrachtiging = bekrachtigers die voor onmiddellijke bevrediging zorgen, zoals eten,
drinken, warmte, bescherming, aandacht en liefde.
• secundaire bekrachtiging = andere resultaten die door koppeling met deze bekrachtigers gaan
dienen (zoals geld).
• uitdoven = wanneer de koppeling tussen gedrag en gewenste opbrengst verdwijnt.
• afwijkende situatie = wanneer de bekrachtiging ineens uitblijft terwijl er wel altijd sprake is
geweest van een continue bekrachtiging.
• vermijdingsgedrag = bemoeilijkt uitdoving, omdat iemand negatieve gevolgen vermijd en kan
daardoor ook niet ervaren dat iets wel iets positiefs kan opleveren.
• stimulusgeneralisatie = als het aangeleerde gedrag in een specifieke situatie ook vertoond wordt
in een andere situatie.
• stimulusdiscriminatie = weten in welke situaties bepaald gedrag tot positieve effecten leidt en in
welke situaties dat niet het geval is.
• stimulus-respons leren = andere benaming voor operante conditionering (de aard van de situatie
bepaalt welk gedrag tot een gewenste uitkomst leidt).
• straf = een effect dat gedrag wat eraan vooraf gaat verzwakt.

Kenmerken van straffen die de kans vergroten of verkleinen dat het ongewenste gedrag verdwijnt:
• tijdsduur straffen heeft meer effect als de straf korte tijd na het ongewenste gedrag
plaatsvindt.
• contingentie straffen heeft meer effect als er consequent na elk ongewenst gedrag een straf
volgt.
• hoogte van Straf heeft meer effect naarmate de straf strenger is en daarmee vervelender
de straf overkomt. De negatieve consequenties van gedrag moeten opwegen tegen de
voordelen die het ongewenste gedrag voor de persoon kunnen hebben.

• negatieve gevolgen = straf kan negatieve gevolgen hebben voor de relatie tussen de straffer en
de gestrafte. De gestrafte heeft geen behoefte meer aan positieve aandacht, vriendelijkheid en
andere beloningen van de straffer. De persoon die straft zal de relatie met de gestrafte moeten
herstellen.
• gedragsmogelijkheden = het aan te leren gedrag moet wel vertoond worden.
• koppeling = koppeling tussen gedrag en beloning moet duidelijk zijn.
2

Los beneficios de comprar resúmenes en Stuvia estan en línea:

Garantiza la calidad de los comentarios

Garantiza la calidad de los comentarios

Compradores de Stuvia evaluaron más de 700.000 resúmenes. Así estas seguro que compras los mejores documentos!

Compra fácil y rápido

Compra fácil y rápido

Puedes pagar rápidamente y en una vez con iDeal, tarjeta de crédito o con tu crédito de Stuvia. Sin tener que hacerte miembro.

Enfócate en lo más importante

Enfócate en lo más importante

Tus compañeros escriben los resúmenes. Por eso tienes la seguridad que tienes un resumen actual y confiable. Así llegas a la conclusión rapidamente!

Preguntas frecuentes

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

100% de satisfacción garantizada: ¿Cómo funciona?

Nuestra garantía de satisfacción le asegura que siempre encontrará un documento de estudio a tu medida. Tu rellenas un formulario y nuestro equipo de atención al cliente se encarga del resto.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller raissavm. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for $3.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

45,681 summaries were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Empieza a vender
$3.44
  • (1)
  Añadir