100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Diabetes Mellitus samenvatting $3.81   Add to cart

Summary

Diabetes Mellitus samenvatting

2 reviews
 183 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van diabetes mellitus. DM1 DM2 en MODY worden uitgebreid besproken. Ontstaan, erfelijkheid, behandeling en toekomst worden o.a. besproken.

Preview 2 out of 9  pages

  • October 28, 2017
  • 9
  • 2017/2018
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: sharwig • 5 year ago

review-writer-avatar

By: sharwig • 6 year ago

avatar-seller
Q1: Diabetes
Leerdoel
De student is in staat de belangrijkste mechanismen voor de meest voorkomende
verschijningsvormen van Diabetes (type 1 en 2 en MODY) te herkennen die een rol spelen bij:
risicofactoren, oorzaak van de ziekte, oorzaak van de symptomen/klachten, gedrag/coping en
behandeling.

Deeldoelstellingen:
• Je beredeneert hoe de mechanismen van risicoverhogende factoren en oorzaak van ziekte
verschillen voor de verschillende vormen van diabetes (type 1, 2. MODY) .
• Je kunt beredeneren wat het verschil is tussen de normale (bij gezonden) en gestoorde ( bij
diabetes) glucoseregulatie.
• Je kent de meest voorkomende klachten en complicaties van diabetes en je kunt vanuit de
klachten en complicaties van een patiënt met diabetes beredeneren welke mechanismen
hiervoor verantwoordelijk zijn.
• Je kent de voornaamste gedrags- en copingsproblemen. Om de onderliggende mechanismen
daarachter te begrijpen verdiep je je in de impact van diabetes op het dagelijks leven van de
patiënt en zijn omgeving.
• Je begrijpt vanuit de mechanismen die ten grondslag liggen aan risico verhogende factoren,
oorzaak, klachten/complicaties en gedrag, de verschillende behandelingsmogelijkheden voor de
verschillende vormen van diabetes.
• Je bent in staat de meeste onderliggende mechanismen te benoemen tot op het niveau van de
cel.

Om te kunnen functioneren, heeft het lichaam brandstoffen nodig als bron van energie. Een
belangrijke brandstof zijn suikers, waar glucose uit wordt vrijgemaakt. Hoewel de inname
van suikers met pieken plaatsvindt (bij iedere maaltijd), zorgt het lichaam ervoor dat de
toevoer van glucose naar de organen de gehele dag constant blijft. Als de regulatie van de
glucosehuishouding verstoord raakt, ontstaat er suikerziekte, ofwel diabetes.


Glucoseregulatie
Bloedglucose komt als eerste terecht in de
lever. Daar wordt eerst de glucose die de rest
van het lichaam nodig heeft onder invloed van
insuline weer afgegeven aan de bloedstroom en
vervoert naar en in de cellen. Het overschot
wordt opgeslagen in de lever in de vorm van
glycogeen, meerdere aan elkaar gekoppelde
glucosemoleculen, wat ook wel de glycogenese
wordt genoemd. Als de glycogeen voorraad
verzadigd, wordt het overschot aan glucose
omgezet in vet wat ook wel de lipogenese wordt
genoemd. De omzetting van glucosemoleculen
in de cellen vind plaats via glycolyse en de
terugvorming van glucose vind plaats via
gluconeogenese. Naast de lever zijn ook spieren
in staat tot glycogenese. Het evenwicht tussen
g l u c o s e p ro d u c t i e ( g l u c o n e o g e n e s e ) e n
glucoseomzetting wordt bepaald door de twee
hormonen insuline en glucagon. Bij een gezond
persoon produceren de β-cellen, gelegen in de
eilandjes van Langerhans in de pancreas,
insuline. De α-cellen in de eilandjes van
Pagina 1 van 9

, Langerhans produceren glucagon. Insuline remt de vorming van glucose en stuurt aan tot het
opnemen van glucose, uit het bloed, in de cellen, terwijl glucagon juist de vorming van glucose
stimuleert. Op het moment dat de bloedsuikerspiegel te hoog is zal de pancreas het hormoon
insuline aanmaken. Insuline bind dan vast aan de insulinereceptor op de celmembraan van cellen
die glucose willen/kunnen opnemen waardoor de cel toelaatbaar wordt voor glucose.
Celmembranen zijn normaal niet permeabel voor glucose, maar onder invloed van insuline wel.
Hierdoor wordt er glucose via de glucose transporters opgenomen uit het bloed waardoor de
bloedsuikerspiegel daalt. Ook zet insuline aan tot opslag van glucose in de vorm van glycogeen
(glycogenese) in o.a. de lever en spieren. Op het moment dat de bloedsuikerspiegel te laag wordt
zal de pancreas geen insuline afgeven maar juist glucagon. Glucagon stimuleert o.a. de lever en
spieren tot het vrijmaken van glucose uit het opgeslagen glycogeen, waardoor de
bloedsuikerspiegel weer hoger wordt. Door o.a. deze twee mechanismen wordt de
bloedsuikerspiegel stabiel gehouden. Ook adrenaline kan zorgen voor een verhoogde
bloedsuikerspiegel. Hersenen zijn de grootste gebruikers van glucose.




Diabetes
Diabetes moet je bekijken vanuit de fysiologische, sociologische en psychologische (levensfase,
angst, therapietrouw) mechanismen. Diabetes is een ziekte waarbij de bloedsuikerspiegel te hoog
is, doordat de glucose niet kan worden opgenomen uit het bloedvat. De glucosewaarden bij een
gezond persoon zitten tussen de 4 en 8 mmol/L. Bij een diabeet streven ze naar een
bloedsuikerspiegel tussen de 4 en 10 mmol/L. Het HbA1c geeft het percentage rode bloedcellen
aan waaraan glucose is geplakt en weerspiegelt dus het gemiddelde glucosegehalte van de
voorafgaande 2-3 maanden. De afkorting staat voor Hemoglobine A1c. A1c zijn versuikerde cellen
van de rode bloedkleurstof hemoglobine. Bij diabeten streven ze naar een HbA1c onder de 53
mmol/mol. Veel voorkomende klachten van diabetes zijn polyurie en polydipsie. De nieren zijn bij
een te hoog glucosegehalte niet meer in staat om alle
glucose tegen te houden, wat tot gevolg heeft dat het
teveel aan glucose in de urine komt. Dit zorgt voor een
hoge osmotische waarde in de voorurine en zal water
aantrekken. Hierdoor neemt de hoeveelheid urine toe en
zal er polyurie optreden wat kan leiden tot uitdroging.
Om dit te voorkomen krijgt de patiënt polydipsie. De
hypothalamus geeft het signaal af dat je meer moet
drinken om de hoge osmotische waarde te verlagen. Bij
langdurig sporten (marathon) is er het risico dat de
bloedsuikerspiegel als reflex omhoog gaat. Bij
zwangerschap en diabetes is het belangrijk dat de
bloedsuikerspiegel constant is. Te hoge glucosewaarden
zorgen ervoor dat het kind ook te hoge glucosewaarden
krijgt en het kind veel insuline produceert. Hierdoor krijg
je een groot kind met een verhoogde kans op hypo’s en
andere aangeboren afwijkingen.
Pagina 2 van 9

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller de99. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.81. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75323 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.81  1x  sold
  • (2)
  Add to cart