1. De longen worden van zuurstof voorzien via bloed uit?
b) aa. Bronchiale
2. Het hormoon insuline stimuleert….
-Opname van glucose in de weefsels
3. De verhoging van het slagvolume van het hart door een verlaging van het
eindsystolisch volume is een voorbeeld van?
c) Verhoging van de contractiliteit.
4. De veneuze terugstroomcurve bij statische inspanning…
b) Verschuift naar rechts
5. De ophoping van ketonlichamen bij een onbehandelde type І DM leidt tot?
-Metabole acidose
6. Een ventriculaire extra systole (VES) is een geleidingsstoornis
b) onjuist
7. Bij welke lichamelijke activiteit is de kans het grootst dat hierdoor
brochospasmen ontstaan
b) hardlopen
8. Op welke wijze wordt tijdens langdurige (>60min.) lichamelijke inspanning
energie verkregen
a) merendeel via aërobe energieproductie
9. Oxidatieve fosforylering vindt plaats dankzij een protonengradiënt over het
mitochondriale binnenmembraan
a)juist
10. Bij hyperthermie is de lichamelijke temperatuur hoger dan normaal, deze
verhoging is een gevolg van een veranderd setpoint in de hypothalamus
b) onjuist
11. Een parasympathische stimulering van het hart leidt tot een verlaging van de
hartfrequentie. Deze verlaging wordt veroorzaakt door:
-Hyperpolarisatie van cellen in de sinusknoop
12. De 72-jarige heer de Wit heeft bij inspanning last van kortademigheid. Ook heeft
hij last van een verminderde compliantie, door deze verminderde rekbaarheid is
de ademarbeid van de man
b) tijdens inspiratie verhoogd maar tijdens expiratie niet veranderd
13. Bij heer de Wit neemt door de verminderde compliantie de FEV1 af
, b) onjuist
14. Kortademigheid bij inspanning is het gevolg van
a) verhoogde bloedstroomsnelheid bij inspanning
15. ATP dat tijdens de oxidatieve fosforylering gevormd wordt, verlaat het
mitochondrion dankzij de aanwezigheid van NADH in de intermembraanruimte
b) onjuist
16. Zweetklieren in ons lichaam staan onder invloed van het
c) sympathische zenuwstelsel
17. Voor peptidenhormonen geldt dat ze
b) gebruik maken van second messengers
18. Deze vraag telt niet mee…..
19. Het cardiovasculaire regelcentrum ligt in
b) medulla oblongata
20. geschrapt
21. Loek doet in zijn vrije tijd veel aan gewichtheffen en neemt regelmatig deel
aan wedstrijden. Een student BW meet zijn bloeddruk. Loek schrikt, want de
bloeddruk blijkt 262/144 mmHG. De verhoogde systolische bloeddruk bij
Loek is onder andere het gevolg van
Adrenerge prikkeling van B1 receptoren
22. De verhoogde diastolische bloeddruk is bij Loek onder andere het gevolg van
een verhoogde arteriële vaatweerstand
23. Wanneer bij een zeer langdurige inspanning (>4 uur) veel water wordt
gedronken, zal het meest waarschijnlijk
Een hyponattriemie ontstaan
24. Tijdens boezemfibreren is de ventrikel frequentie in het merendeel der
gevallen
verhoogd
25. Bij anaërobe glycolyse wordt lactaatdehydrogen ase veel pyruvaat omgezet tot
lactaat. De fysiologische betekenis hiervan is dat
, het hierbij gevormde NAD+ de glycolyse stimuleert
26. Tijdens de (vertrikelaire) systole van het hart zijn de
Semilinaerkleppen geopend
27. Wat gebeurt er met de veneuze terugstroom als gevolg van een verhoging van
de arteriële vaatweerstand. De veneuze terugstroomcurve
draait naar links
28. Bij verhoging van de hartfrequentie neemt tijdens lichamelijke inspanning de
duur van de
2 goede antwoorden: systole af en diastole af
29. De citroenzuurcyclus (krebcyclus) zet pyruvaat om tot acetyl-COA
onjuist
Inspanningsfysiologie vragen 30 t/m 40
Door stress als gevolg van psychische belasting, kan de productie van cortisol flink
toenemen,
Cortisol remt de glucogeonese:
Juist
Onjuist
Cortisol stimuleert de eiwit afbraak:
Juist
Onjuist
Bij een 24-jarige vrouw is sprake van hypertone dehydratatie, wat gebeurt er met het
intracellulaire volume direct na de hypertone hydratatie:
Neemt af
Tijdens inspanning in een warme vochtige omgeving bereikt de kern temperatuur een
plateau
Onjuist
CO2 wordt grotendeels getransporteerd als bicarbonaat:
Juist
Citroenzuurcyclus is de belangrijkste leverancier van NADH:
Juist
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lauranieman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.17. You're not tied to anything after your purchase.