Samenvatting MZM UU (Motivatie en de Zelfsturende Mens)
551 views 2 purchases
Course
Motivatie en de zelfsturende mens (202100007)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Book
Understanding Motivation and Emotion
Samenvatting van Motivatie en de Zelfsturende Mens van alle stof uit het boek die psychologiestudenten van de UU moeten kennen voor het tentamen (in deze samenvatting zitten dus niet de twee artikelen die we moeten leren).
Samenvatting literatuur Motivatie en de zelfsturende mens (MZM)
TEST BANK FOR UNDERSTANDING MOTIVATION AND EMOTION, 7TH EDITION, JOHNMARSHALL REEVE, ISBN: 1119367654
TEST BANK FOR UNDERSTANDING MOTIVATION AND EMOTION, 7TH EDITION, JOHNMARSHALL REEVE, ISBN: 1119367654
All for this textbook (3)
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Psychologie
Motivatie en de zelfsturende mens (202100007)
All documents for this subject (51)
Seller
Follow
kimvans
Reviews received
Content preview
Preface iii
Chapter 1: Introduction
06/09/2023, p. 1
Motivatie is (verandering) willen. Met onderzoek naar motivatie en emotie
beantwoorden we de vraag waarom mensen doen wat ze doen. Waarom
begint gedrag, waarom blijft het doorgaan, waarom is het gericht op
bepaalde doelen en niet op andere, waarom verandert het, en waarom
stopt het?
Veel mensen denken dat zelfvertrouwen en beloningen de grootste
redenen zijn voor motivatie. Zelfvertrouwen is alleen eerder een gevolg
van een fijne periode, niet de reden ervan. Beloningen kunnen ervoor
zorgen dat de intrinsieke motivatie verdwijnt. Motivatie moet dus
veroorzaakt worden door iets anders.
Onderzoek naar motivatie gaat over de interne processen die de energie,
richting en het doorzettingsvermogen geven aan gedrag. Behoeften,
cognities en emoties zijn interne factoren die motivatie en gedrag
beïnvloeden. Er zijn fysiologische, psychologische en impliciete behoeften.
Behoeften (needs) zijn condities binnen een individu die essentieel en
nodig zijn voor het behoud van leven en voor het voeden van groei en
welzijn (bijv. honger en dorst). Cognities zijn mentale gebeurtenissen zoals
gedachten. Cognitieve bronnen voor motivatie zijn plannen en doelen,
mindsets, overtuigingen en verwachtingen, en de zelf. Emoties zijn
complexe, gecoördineerde reacties op gebeurtenissen, die zich kunnen
uiten in gevoelens, opwinding, doelgerichtheid, en expressie.
Externe gebeurtenissen zijn dingen in de omgeving, sociale context en
cultuur die de interne motieven kunnen beïnvloeden. Een beloning zorgt
voor dopamine en een verwachting van iets goeds, waardoor je iets sneller
zal doen.
Inspanning, doorzettingsvermogen, latentietijd, keuzes, waarschijnlijkheid
van reactie, gezichtsuitdrukkingen en
lichaamstaal vertellen je allemaal iets
over de motivatie van een persoon.
Betrokkenheid refereert naar hoe actief
iemand bezig is met een taak.
Gedragsbetrokkenheid is hoe actief
iemand bezig is, emotionele
betrokkenheid refereert naar de
aanwezigheid van positieve emoties en
afwezigheid van negatieve emoties
tijdens de taak, cognitieve
betrokkenheid refereert naar de mate
,waarin iemand strategisch bezig is, agentic betrokkenheid refereert naar
de proactieve en constructieve toevoegingen die iemand maakt.
Psychofysiologie is de studie van de interactie tussen lichamelijke en
mentale staten. Hersenactiviteit kan gebruikt worden om mentale staten
in te schatten. Daarnaast kan er altijd nog gevraagd worden aan iemand
wat hun motivatie achter hun gedrag was, maar in de wetenschap wordt
dit weinig gebruikt aangezien er vaak grote verschillen zijn tussen wat
mensen zeggen (ik ben niet moe) en waar hun fysiologie naar wijst (wallen
onder je ogen).
Dit figuur laat
zien hoe
bepaalde
condities
invloed
kunnen
hebben op je
motive status,
wat weer
invloed heeft
op je gedrag, wat weer invloed heeft op je leven.
Motivatie en emotie zijn goed voor adaptatie en functioneren. Dit komt
omdat goede motivatie en emoties zich aanpassen aan veranderingen in
de omgeving, waardoor mensen tegen verandering kunnen. Motivatie en
emotie beïnvloeden je aandacht. Vaak zou je meerdere dingen kunnen
doen op hetzelfde moment, maar bepaalt je motivatie wat je daadwerkelijk
gaat doen. Negatieve stimuli zijn saillanter dan positieve stimuli, dus je zal
eerder een paracetamol gaan halen tegen je hoofdpijn dan dat je een boek
gaat lezen omdat je daar zin in hebt.
Motivatie en emotie zijn “interveniërende variabelen”. Veranderingen in
de omgeving beïnvloeden dus je motivatie en emoties, die vervolgens je
acties en je leven beïnvloeden. Motieven verschillen met de tijd en dragen
bij aan de doorgaande stroming van gedrag. Mensen hebben meerdere
motieven tegelijk, en de sterkste beïnvloedt je gedrag het meest, maar de
andere motieven hebben ook nog steeds invloed, en welke het sterkste is
kan veranderen per minuut.
Er zijn verschillende typen motivatie. Zowel de hoeveelheid als het type
motivatie dat je hebt hebben invloed op je succeslevel. We zijn niet altijd
bewust van de motivatiebasis van ons gedrag. Sommige motieven komen
voort uit het onbewuste subcorticale brein, ipv uit het op taal gebaseerde
corticale brein. Het onderzoeken van motivatie onthult wat mensen willen,
waarom ze dat willen en wat hen blij maakt.
Om te kunnen bloeien heeft motivatie een goede omgeving nodig. Deze
omgeving kan bijvoorbeeld bestaan uit onderwijs, werk, sport en therapie.
, Wanneer je probeert anderen te motiveren, is datgene wat makkelijk is
bijna nooit wat werkt. Het is moeilijk om de motivatie van een ander te
begrijpen en te beïnvloeden. Er is niets zo praktisch als een goede theorie
(op pagina 22 staat een lijst van theorieën over motivatie en emotie).
Chapter 2: Motivation and Emotion in Historical
Perspective
08/09/2023, p. 25
Volgens Plato kwam motivatie uit drie aspecten: het appetitieve aspect,
het competitieve aspect, en het berekenende (calculating) aspect.
Aristoteles ging hierop verder: hij dacht aan een voedend aspect, een
gevoelsaspect, en een rationeel aspect. Later werd dit gereduceerd tot het
dualisme. René Descartes dacht dat de geest actieve motivatie had, en
het lijf passieve motivatie.
De wil motiveert alle actie. Descartes probeerde motivatie te begrijpen
door de wil te onderzoeken, maar slaagde hier niet in. Charles Darwin
stelde voor dat er een aangeboren instinct zou zijn; dat zowel mensen als
dieren zouden hebben. Hiervoor werd gedacht dat alleen de mens een wil
zou hebben. Onder anderen William James en McDougall breidden de
theorieën over het instinct uit. Alle menselijke motivatie zou voortkomen
uit een collectie genetisch bepaalde instincten. Deze logica is circulair (hij
doet dat omdat hij een instinct heeft om dat te doen): er is buiten het
gedrag dat voortkomt uit het instinct geen manier om het bestaan van het
instinct te bewijzen.
Het instinct werd vervangen door driften. De functie van gedrag zou zijn
om lichamelijke behoeften te bevredigen. Volgens Freud zou een
lichamelijk tekort (source) zoals honger groeien (impetus) totdat je het
tekort aanvult (object) door te eten, waarna de balans (aim) weer bereikt
is. Met de drifttheorie kon voor het eerst voorspeld worden hoeveel
motivatie iemand zou tonen (meer honger > meer motivatie om te eten).
Aangeleerde gewoonten zouden dan bepalen waar iemand die motivatie
voor inzet. Hull formuleerde de volgende formule, waarin E =
gedragsactiviteit, H = gewoonte, en D = drift: E = H × D. Later voegde hij
hier nog × K aan toe, waarin K = externe beloning. Later kwamen mensen
erachter dat motivatie ook kan ontstaan zonder biologische tekorten, en
dat het verminderen van een lichamelijk tekort niet nodig was om een
gewoonte aan te leren.
De grand theory van instinct werkte dus ook niet meer. Incentive is een
externe beloning, die iemand naar een actie toe trekt, ipv dat de persoon
ernaartoe geduwd wordt door een drift of instinct. Aangeleerde
verwachtingen bepalen dan wat de persoon gaat doen. Daarnaast werd
een systeem van arousal ontdekt in de hersenstam. De theorie
daaromheen werd dat de opwinding optimaal was als die op een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kimvans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.