Dit document is een uitgebreide samenvatting van het boek Urban Geography. De samenvatting is in het Nederlands. Dit vak wordt gegeven in het 1e jaar van sociale geografie en planologie op de universiteit Utrecht.
Hoofdstuk 3
Urban form and structure
Pre-industrial Industrial modern Post-industrial
Mercantile Post-modern
Key theorists Sjoberg (1960) Marx/Engels (1840s) California School:
Vance (1977) Chicago school: Scott (1988)
Burgess (1920s) Soja (1989, 1995)
Hoyt (1930s) Davis (1990)
Mode of production Mercantile capitalism Industrial capitalism Late capitalism
Craft/workshop Large factory/Fordist Small factory/post-
Trade in goods manufacturing Fordist services
Mode of regulation Private elite Public sector Public-private
Laissez-fraire State planning partnership
development Welfare/state control Entrepreneurial
Limited state control Flexible intervention
Form 1. Densely packed 1. Commercial CBD 1. Fragmented of
structure often walled surrounded by patchwork form
2. Prestige industrial zone 2. Post-suburban edge
buildings/homes in 2. Zones of suburbs city developments
core surrounded by extending out from 3. Increased socio-
occupational/ethnic the centre economic polarisation
quarters 3. increase in social and fortress
3. Plots in multiple use status from centre to landscapes
periphery
Studying urban form and structure
Veel vroege studies van steden waren studies van 'locatie en situatie' nadruk op het onderzoeken
van fysieke kenmerken als de bepalende factor voor de locatie en ontwikkeling van nederzettingen.
Latere onderzoeken de krachten die deze vormen creëerden (morfogenetische studies).
Morfogenetische studie: gedetailleerdere studies van stedelijke vormen waarbij ook rekening wordt
gehouden met de krachten die deze vormen creëren.
Deze ontwikkeling vond vooral plaats aan Duitse universiteiten in het begin van de 20 e eeuw. De
tradities die hier werden ontwikkeld, hebben een blijvende invloed gehad op de ontwikkeling van de
studie van stedelijke morfologie in veel Europese landen en in Noord-Amerika, zowel door de
verspreiding van ideeën als door de verplaatsing van belangrijke onderzoekers.
Morfologie: de vorm of structuur van een stad. De basisprincipes van urban morphological study zijn:
De drievoudige dimensie van een stedelijk landschap in:
Plan
Bouwvorm
Landgebruik
De sub-dimensie van een stadsplan in:
Straten
Plots/blokken/open ruimte
Gebouw/ blokken plannen
, De erkenning van een individueel stuk grond (plot) als de fundamentele eenheid van analyse.
Conceptualisering van ontwikkelingen in het stedelijk landschap
Verschillende elementen van steden veranderen op verschillende snelheden over de tijd. Het
plan is sneller geneigd om te veranderen dan gebouwen en landgebruik.
Burgage cycle (Conzen): een variant die een meer generaal fenomeen weergeeft op
microschaal.
Fringe belts: fases van groei van de stad op macroschaal.
1960: Overgegaan op het denken vanuit Chicago School toen er kritiek kwam op de eerdere
theorieën. Vorm en gebruik werden samengevoegd. Gebouwen en ruimtes werden gezien als
containers van activiteiten.
1980: 3 hoofdlijnen binnen de geografie van actueel belang:
1. Werk gebaseerd op Conzen’s ideeën werden doorgevoerd in UK en VS fringe belt concept,
analyses van middeleeuwse steden en onderzoek naar veroorzakers van stedelijke
verandering.
2. Hernieuwde interesse in cultuur Hierdoor focus op de symbolische kwaliteiten van het
stedelijke landschap.
3. Onderzoekers zijn geïnteresseerd in de opkomst van de nieuwe stedelijke vormen gekoppeld
aan het postmodernisme en veranderingen in de dominante vormen van architectuur in
steden.
Early urban forms
Urban origins
Ontstaan urbanisatie:
Agricultuur: agrarische overschotten door irrigatie en verbeterde technieken en het
bestuur door een sociale elite
Maar hier wordt aan getwijfeld, want de groei van een populatie zorgde juist voor
verbetering van technieken
De realiteit was een complexe combinatie van deze 2 elementen en technologische
verandering, verdediging en religieuze redenen.
De link tussen sociaaleconomische transformaties en het proces van urbanisatie is belangrijk.
De meeste regionale imperium zijn los van elkaar ontstaan en ontwikkeld. Alleen tijdens de Grieks-
Romeinse tijd is er sprake van verspreiding van ideeën over stadsbouw (vooral over de layout van de
stad).
The form of the pre-industrial city
Het model van de pre-industriële stad is voorgesteld door Gideon Sjoberg (1960).
Sjoberg’s model: prestigieuze gebouwen, religieuze complexen en de residenties van de sociale elite
bevond zich in het midden, wat de superioriteit van de kern en de grotere prominentie van deze
activiteiten boven economische overwegingen plaatst. Ringen van afnemende sociale status strekken
zich uit van het centrum.
Daaromheen concentrische ringen van afnemende sociale status. Deze zones van kunstenaars en
onopgeleide arbeiders waren gedifferentieerd door:
Degelijkheid
Beroep
Etniciteit
, Gideon Sjoberg’s model
De Chicago school zag het juist anders om: Cirkels hoe rijker, hoe verder weg van de stad, in de
binnenste cirkels wonen de armere mensen en in de buitenste cirkels wonen de rijkere mensen.
Vance’s ideeën over de mercantiele stad benadrukken belang van beroepsmatige sub districten in
pre-industriële steden op basis van economische i.p.v. zuiver religieuze overwegingen.
Vroege steden waren “voetgangers” steden en hierdoor relatief compact met smalle straten. Vaak
waren ze organisch in structuur; ze waren onregelmatig en “natuurlijk” i.p.v. gepland en formeel.
Echter was er wel enig bewijs van planning in de vroege steden.
Vroeger waren steden vaak omgeven door forten in de vorm van (stads)muren, dit komt door hun
bescherming en controlefunctie. De muren waren een barrière voor uitwaartse expansie.
Gevolgen:
Gebouwen kregen meerdere functies: commercieel en woning.
Er ontstond een plan vorm.
Burgage plots: een typische structuur waar woningen, werkplaatsen en opslag gebieden
werden samengevoegd in 1 perceel, dat in de loop van de tijd steeds meer werd ingevuld met
gebouwen als gevolg van ontwikkelingsdruk.
Steden waren ook handelscentra en hadden vaak in het centrum van de stad een vast plein of gebied
waar gehandeld werd. Hoewel deze gegeneraliseerde vormen in veel steden met pre-industriële
oorsprong kunnen worden geïdentificeerd, moet worden opgemerkt dat verschillen in religieuze
codes en de organisatie van sociale relaties enkele onderscheidende vormvarianten produceren.
The modern city
De opkomst van moderne steden is het gevolg van:
Industrialisatie
Kolonialisme
De Industriële Revolutie is een periode van innovaties, economische en technologische verandering.
Dit had vanaf de 18e eeuw een effect op de urbanisatie in EU en Noord-Amerika. Pre-industriële
steden groeiden flink en pasten zich aan de nieuwe economische en sociaal-culturele impulsen aan.
Er ontstonden nieuwe centra gebaseerd op de exploitatie van hulpbronnen (kool), nieuwe
transportlijnen (spoorwegen) en nieuwe industrieën.
Naast de industrialisatie ook globale exploratie en kolonisatie (>15 e eeuw). Het gevolg was dat
Europese ideeën van stedenbouw werden verspreid naar de Nieuwe Wereld. Sommige ontwerp-
ideeën zijn ook terug te zien in Europese steden.
, Veel nieuwe steden werden politieke centra voor koloniaal beheer en ze werden centra voor de
koloniale handel.
Er werden vaak afzonderlijke koloniale uitbreidingen toegevoegd aan bestaande inheemse stedelijke
vormen.
The industrial city
Burgess (concentric zone model)
Het concentrische zonemodel stelt dat steden vanuit het centrale zakendistrict naar buiten groeien in
ringen.
Voor Burgess was de stad een sociaal organisme.
In zijn model: recente migranten die naar de stad waren getrokken zouden geld tekortkomen en op
zoek gaan naar de goedkoopste accommodatie in de stad, namelijk oudere woningen in de
binnenstad. Naarmate deze migranten rijker werden en in staat waren om bredere
huisvestingskeuzes te maken, zouden ze verhuizen naar de volgende zone van duurdere woningen.
Dus sociale status en rijkdom namen toe naar de rand van de stad, met de beste huisvesting en rijkste
groepen aan de rand van de stad.
Het model identificeert de toenemende functionele segregatie van de industriestad, met een
toenemende scheiding van huis en werk.
Central business disrtict:
commerciële functies domineren.
Transitional zone: industrie gemixt
met huizen voor de armen
Hoyt (sector model)
Het model van Hoyt was gebaseerd op
stedelijke landeconomie.
Hoyt identificeerde een sectoraal patroon van
dure huurwoningen en suggereerde dat
sectoren met een hoge status te vinden zijn
langs routes die steeds verder van het centrum
en de industriezones liggen. Zijn model bevat
echter ook een element van filtering, met
rijkere bewoners die uit het centrum verhuizen.
Harris en Ullman
Kernmodel van Harris en Ullman (1945): Hier betoogden ze dat steden zich zelden ontwikkelden rond
een enkele kern en dat een reeks lokale omstandigheden belangrijk is voor de ligging en clustering
van diverse landgebruiken.
Mann
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ML05. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.