Burgerlijk recht I – samenvatting week 1 t/m 6
Week 1: natrekking onroerende zaken
Jurisprudentie:
- HR Depex: is iets volgens verkeersopvatting bestanddeel geworden?
- HR Portacabin: is iets duurzaam met de grond verenigd?
- HR Woonark: is iets met de grond verenigd?
- HR Havenkranen: is iets met de grond verenigd?
- HR Prorail/Rijswijk: een tijdelijke hulpfunctie is een aanwijzing dat er geen
sprake is van een bestanddeel.
- HR Zalco: bij samenvoeging van gelijksoortige zaken, is de verkeersopvatting
geen bruikbaar criterium om de hoofdzaak te bepalen.
- HR Nieuwe Matex: je mag niet zomaar aannemen dat iets een hoofdzaak is
op grond van het waardecriterium.
Onderscheid verbintenissenrecht en goederenrecht:
- Verbintenissenrecht: relatieve rechten, die je jegens bepaalde personen kunt
uitoefenen.
- Goederenrecht: absolute rechten, die je jegens eenieder kunt uitoefenen.
Overzicht goederen, zaken en vermogensrechten:
- Goederen: zaken en vermogensrechten. (art. 3:1 BW)
- Zaken: voor de menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten. (art. 3:2
BW)
- Vermogensrechten: rechten die, hetzij afzonderlijk hetzij tezamen met een
ander recht, overdraagbaar zijn, of er toe strekken de rechthebbende stoffelijk
voordeel te verschaffen, ofwel verkregen zijn in ruil voor vertrekt of in het
vooruitgesteld stoffelijk voordeel.
Onderscheid roerende en onroerende zaken:
- Onroerende zaken: nog niet gewonnen delfstoffen, met de grond verenigde
beplanting, gebouwen en werken die niet met de grond zijn verenigd. (art. 3:3
lid 1 BW)
Beplanting hoeft niet duurzaam met de grond verenigd te zijn, enkele
vereniging is voldoende.
Gebouwen en werken moeten duurzaam met de grond verenigd zijn. HR
Portacabin, HR Woonark en HR Havenkranen.
- Roerende zaken: alle zaken die niet onroerend zijn. (art. 3:3 lid 2 BW)
Beperkte rechten: een recht dat is afgeleid uit een meer omvattend recht, het
eigendomsrecht, hetwelk met het beperkte recht is bezwaard. (art. 3:8 BW)
, Beperkte rechten uit boek 5 BW kunnen alleen worden gevestigd op onroerende
zaken.
- Vruchtgebruik.
- Pandrecht.
- Hypotheekrecht.
- Opstalrecht.
- Erfpacht.
- Erfdienstbaarheid.
Bestanddeelvorming: zijn de zaken één zaak geworden? (art. 3:4 jo. 5:14 BW)
roerende zaken.
- Fysiek criterium: een zaak die zodanig met een hoofdzaak is verbonden, dat
hij niet zonder beschadiging van betekenis kan worden afgescheiden. (art. 3:4
lid 2 BW)
- Verkeersopvatting: al hetgeen wat krachtens verkeersopvatting onderdeel
uitmaakt van een zaak, is bestanddeel van de desbetreffende zaak.
HR Depex: twee aanwijzingen of iets volgens verkeersopvatting
bestanddeel geworden is.
1. Het gebouw en de apparatuur zijn in constructief opzicht op elkaar
afgestemd. afstemmingstoets.
2. Het gebouw is zonder apparatuur incompleet. Je moet hier niet kijken naar
de functie van het apparaat in het productieproces, je moet kijken of het
gebouw incompleet is zonder de apparatuur. De functie van de onderdelen
in het gebouw zijn van belang, niet de functie van de onderdelen in het
productieproces. onvoltooidheidstoets.
HR Prorail/Rijswijk: als iets een tijdelijke hulpfunctie heeft, is er over het
algemeen geen sprake van een bestanddeel.
Cumulatieve voorwaarden: als voldaan is aan lid 1 óf lid 2, is de ene zaak
bestanddeel geworden van de andere zaak en blijft er dus één zaak, de
hoofzaak, over.
Wie is eigenaar van de roerende zaak?
Welke van de twee zaken is de hoofdzaak geworden? (art. 5:14 lid 3 BW)
De eigenaar van de hoofdzaak is ook eigenaar van het bestanddeel geworden. Als er
geen hoofdzaak aan te wijzen is, ontstaat er mede-eigendom. (art. 5:14 lid 1 en 2
BW)
- Waardecriterium: het verschil in hoeveelheden bepaalt niet dat er een
hoofdzaak is. Het is alleen aan de orde als de waarde van het bestanddeel zo
klein is, dat de eigenaar daarvan niks eraan heeft om dat eigendomsrecht te
hebben. Je kunt op grond van hoeveelheden niet zomaar aannemen dat een
deel de hoofdzaak is. HR Nieuwe Matex.
- Verkeersopvatting: bij samenvoeging van gelijksoortige zaken, is dit geen
aanwijzing. HR Zalco.
Is er sprake van natrekking door de grond? (art. 3:3 jo. 5:20 BW)
Criterium: duurzaam met de grond verenigd.
, Indien dit het geval is, wordt de roerende zaak nagetrokken door de grond en
ontstaat er één onroerende zaak.
1. Is het verenigd met de grond?
HR Woonark: er is geen vereniging met de grond, want er zit water
tussen. Het doet er niet toe dat de woonark is vastgemaakt aan de kade.
HR Havenkranen: er is vereniging met de grond, want de kranen staan in
feitelijke verbinding met de grond. Het maakt niet uit dat ze kunnen
bewegen.
2. Is het duurzaam verenigd met de grond?
HR Portacabin: de roerende zaak is duurzaam verenigd met de grond, als
het naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven.
bestemmingscriterium.
1. Bedoeling van de bouwer, voor zover dit naar buiten toe kenbaar is.
2. Fysieke verbinding is niet vereist.
3. De verkeersopvatting is geen zelfstandige maatstaf.
Uitzonderingen op de natrekking:
- Uitzondering door de wet: natrekking geldt niet voor netwerken die zich in de
grond bevinden en die daar bevoegd zijn aangelegd. (art. 5:20 lid 2 BW)
De netwerken zijn wel onroerend. (art. 3:3 lid 1 BW)
- Horizontale natrekking: de zaak is een bestanddeel van eens anders
onroerende zaak. (art. 5:20 lid 1 sub 2 BW)
Horizontale natrekking gaat voor verticale natrekking.
- Opstalrecht: een recht van opstal doorbreekt de natrekking. Je creëert zo een
scheiding tussen de eigendom van het gebouw en de eigendom van de grond.
(art. 5:101 BW)
Wie is eigenaar geworden van de onroerende zaak? De eigenaar van de grond is
ook eigenaar van alles wat zich op de grond bevind. (art. 5:20 BW)
Week 2: natrekking, vermenging en zaaksvorming
Jurisprudentie:
- HR Teixeira de Mattos: oneigenlijke vermenging.
- HR Breda/Antonius: vormt iemand voor zichzelf of voor een ander?
- HR Hinck/Van der Werff: is er sprake van een nieuwe zaak?
- HR Hollanders Kruikenbroederij: is er sprake van een nieuwe zaak? Wat is
vormen?
- HR Nieuwe Matex: hoofdzaak bepalen bij vermenging.
- HR Zalco: waardecriterium is geen bruikbare maatstaf bij de samenvoeging
van gelijksoortige zaken.
Afhankelijke rechten:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Babettedebruijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.