100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Uitgebreide lesnotities - Sociaal Beleid $9.65   Add to cart

Class notes

Uitgebreide lesnotities - Sociaal Beleid

 7 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit zijn uitgebreide lesnotities van het vak Sociaal Beleid van KuLeuven van het academiejaar . Het bevat alle lessen.

Preview 4 out of 55  pages

  • October 25, 2023
  • 55
  • 2022/2023
  • Class notes
  • Wim van lancker
  • All classes
avatar-seller
Sociaal beleid les 1: 06/10
Introductie tot de studie van het sociaal beleid
(Vergeet openingscollege van Van Dalle niet]
[De Staat van de welvaartsstaat – Cantillon B.]
[De (r)evolutie van sociale zekerheid – Vleminckx, K.]

Welvaartsstaat niet gelijk aan sociaal beleid niet gelijk aan sociale zekerheid
Sociaal beleid (niet: welvaartsstaat (is onze samenlevingsvorm), niet: sociaal
zekerheid ((besluitvormings)type van sociaal beleid)) = set van
beleidsmaatregelen die plaatsgrijpen binnen de samenlevingsvorm, om
doelstellingen te verwezenlijken
Belang van semantiek
Verschillende benamingen = verschillende tradities in de verschillende fases van
de ontwikkeling
Sociaal komt vaak terug, maar ook: markteconomie: samenlevingsvormen tot
ontwikkeling in proces van industrialisering die samenhangen met vrije markt
(welvaartsstaat staat niet tegen vrije markt, niet communisme vs. kapitalisme, is
juist ontwikkeld in de context om vrije markt beter te laten werken)
Ontwikkeling landen: afhankelijk van industrialiseringsproces in landen – die later
welvaartsstaat ontstaan, dingen die lijken op wat we al heel lang kennen
Je kan antwoorden formuleren op sociale problemen, maar niet oneindig
Dus beleidsinstrumenten gaan vaak lijken op elkaar, maar dan met eigen keuzes
en tradities
De welvaartsstaat is… [Definitie]
Manier van organiseren van onze samenleving:
- Samenlevingsvorm van markteconomieën – in debatten altijd sprake
van rol van tewerkstelling en economische groei (idee: er moeten meer
mensen aan het werk, bv. pensioenen – ze middelen laten genereren
om dat beleid te kunnen voeren en dan groeit onze economie – taart
wordt groter, makkelijker te verdelen)
- Verschillende fasen van ontwikkeling (bv. transitie naar
postindustrialisering: diensten) – met kapitalistische productiewijze
ontstaan problemen, dus ad hoc beleidselementen om daar iets mee te
doen, gaat niet alleen over het corrigeren achteraf
- maar ook scheppen van voorwaarden waarbinnen kapitalisme kan
functioneren, zowel voor, tijdens en na het productieproces grijpt de
staat in bv. via regelgeving, minimumlonen vastleggen – de overheid
grijpt in voor het proces van produceren begonnen is
bv. onderwijs, je bereidt ze voor voor arbeidsmarkt en zo kunnen
bijdragen en economische groei – is meer dan uitkeringen alleen
markteconomie kan niet zonder WS en vice versa – want middelen
verdelen: groei nodig
parameters vastleggen om niet te veel concurrentiekracht te verliezen
tov andere landen
Om economie te beschermen – vrijemarkt veel te winnen met
hoogproductieve arbeiders, staan in symbiose met elkaar : nauwe
wisselwerking MR verhouding is gespannen en soms tegenstrijdig
- Manier van samenleven waar burgerlijke, politieke en sociale
grondrechten worden gewaarborgd = rechten -> als individuele burger
heb je rechten en vrijheden, sociaal en politiek en burgerlijk – en

, overheid is waarborger hiervan: belangrijke rol voor overheid
weggelegd
 Gaat samen met veranderende rol overheid door strijd naar meer
grondrechten, moet actiever optreden -> sociale grondrechten zijn
complement van burgerlijke en politieke grondrechten
Bv. je mag je verenigen, dus makkelijker druk zetten op overheid
om sociale grondrechten in te stellen – dus vaak eerst: burgerlijk,
dan politiek, dan sociaal
Normen veranderen als er meer beleidsinstrumenten zijn daarvoor,
je komt dan naar samenlevingsvorm waarbij de drie soorten
gewaarborgd worden
Art. 23 GW: al gebruikt om Belgische overheid aan te klagen omdat ze het niet
goed genoeg waarborgden
 Bij ons sociale rechten opgenomen in grondwet: iedereen het recht
menswaardig leven te leiden
Grondrechten waarborgen = gelinkt aan democratie, zodat mensen verkiesbaar
zijn om de staat mee vorm te geven – maar steeds meer hybride
samenlevingsvormen met autocratie maar ook andere elementen die dicht
komen bij wat we in onze staat kennen
Universele waarheid die niet echt meer geldt: in hoeverre kunnen
beleidsmaatregelen in autocratische staten een zelfde uitkomst hebben?
Misschien voorwaarden van democratie niet meer nodig

Veranderende rol overheid: van nachtwakersstaat (laissez-faire
kapitalisme) naar verzorgingsstaat = Etat-protecteur waar sociale rechten
worden gevrijwaard
- Er waren wel burgerlijke vrijheden voor zij die belastingen betalen
(kleine groep), maar overheid hield zich afzijdig voor de rest (enige
doel: beschermden alleen privé-eigendom en zorgen voor veiligheid) =
negatieve vrijheid , je kan doen wat je wil: iedereen is vrij om te doen
wat ie wil, maar je mag vrijheid van andere persoon niet beknotten =
schijnvrijheid, als je niets hebt, dan is er niemand die je helpt:
afhankelijk van vrijheid van de ander om je al dan niet te helpen (je
bent vrij om nee te zeggen tegen brood, maar het alternatief is
doodgaan)
- Vrijwaren negatieve vrijheid naar verzorgingsstaat:
- => naar positieve vrijheid = reële vrijheid, waar je als mens autonome
keuzes kunt maken, zonder keuzes vrijheid iemand anders je al dan
niet te helpen => daar komen grondrechten vandaan
(verzorgingsstaat)
- Is ook ontwikkeling van ideeën over overheid, economie en de rol van
vrijheid/rechtspraak in samenleving = complexe ontwikkelingen die
eigenlijk ‘heel mooi’ samenlopen – samen ontwikkeld in periode van
industrialisatie met andere politieke grondrechten
De welvaartsstaat is…
- Eigen type van welvaartsverdeling en beleid en besluitvorming
daarrond, type beleid met sociale doelstellingen => gericht op
bestrijden sociale problemen
Sociaal beleid = vorm van planmatig en doelgericht handelen, er zit een plan
en doelstelling achter

,  Kan ook plaatsvinden buiten welvaartsstaat, want is een antwoord op
sociale problemen (hoe meer sociaal beleid één geheel beginnen te
vormen voor vrijwaren sociale grondrechten -> wordt het meer
samenlevingsvorm, of een variant ervan)
Sociaal beleid = containerbegrip: breed in te vullen
- Wel heel duidelijk over intenties, met een sociale inslag (heel veel
is dan sociaal beleid)
- Of nauw: specifiek over overheidsinterventie om middelen te
herverdelen om tegemoet te komen aan de meest kwetsbaren
Doelstellingen sociaal beleid
Wat bevordert nu juist welvaart en welzijn?
Bv. activeringstrajecten om iemand aan het werk te zetten
Veel instrumenten ontwikkeld om dat soort doelstellingen te gaan bereiken =
sociaal beleid
 Individueel en collectief

Ontwikkeling van het sociaal beleid - SAMENVATTING
Afhankelijk van tijd en plaats
Van rol van cultuur en ideeën, bv. over vrijheid
Van type welvaartsstaat – beleidsmaatregelen: verschillende manieren om
doelstellingen te bereiken
Vaak zijn maatregelen padafhankelijk, welke richting je kan uitgaan met
beleidsmaatregelen ligt vaak vast door historische wortels, eenmaal bepaalde
richting uitgegaan, moeilijk dat radicaal om te keren bv. pensioenen: repartitie,
daar zit je aan vast

De ‘sociale kwestie’
= Arbeids- en leefomstandigheden van de arbeiders/proletariërs eind 19 e eeuw –
proces van industrialisering: snelle vooruitgang = manier van produceren op
korte termijn heel sterk veranderd
= Verschuiving platteland naar de stad, om daar door technologische
ontwikkelingen meer mogelijkheden om te werken + zien: toename economische
groei = via technische vooruitgang: op grotere schaal te produceren + worden
radertjes van machine, vervreemden van product
= technologische ontwikkeling in context waar overheid afzijdig is =
nachtwakersstaat, belangen van privéeigendom te verdedigen
 Arbeidsomstandigheden waren dus niet goed, publieke gezondheid kwam
zelfs in gevaar
Veranderde niet, want overheid afzijdig en er waren geen rechten, je had
als individu er niets aan te doen o.a. door Wet Le chapelier: verboden om
samen te komen (oorspronkelijk tegen ambachten maar de markt moest
draaien) probleem collectieve actie voor een individu
Ook geen politieke rechten: Cijnskiesstelsel: enkel voor de mensen met
mogelijkheden
Ook: Armoede niet gezien als sociaal probleem, maar als individuele
verantwoordelijkheid -> overheid moet er iets aan doen, maar vaak doordat de
landlopers en bedelaars hun probleem waren, dus gevolgen, en niet de oorzaak
aangepakt

, Bv. Werkmansboekje – probleem: controle over wat erin stond, lag bij werkgever,
zo geraak je nergens meer binnen => uitbuiting, negatieve vrijheid toen
‘normaal’ (was tot 1883)

Manieren gevonden van vormen van onderlinge bijstand: onderlinge systemen bij
arbeiders in bepaalde fabrieken = mutualiteiten, klein beetje samenleggen in
gezamenlijke pot om elkaar te helpen bv. om begrafenissen te betalen (zie bij
ons: OCMW-begrafenis, mensen anoniem begraven)
 Systemen beginnen te ontstaan + zien dat vakbonden zich beginnen
(legaal/illegaal) te organiseren en er komen acties -> beseffen dat het een
probleem van collectieve actie is (alleen zo kun je dingen veranderen en
dat is hun sterkte)
 Welvaartsstaat vanonder uit ontstaan door sociale en politieke strijd (want
ging toen in tegen alle heersende ideeën van samenleving)
Politieke partijen beginnen dat in te zien, rationeel weten zij dat als samenleving
zo instabiel is, is niet goed voor ons, en onze groei => meer toegevingen, strijd
begint zich te organiseren
Oproer geweest -> breekpunt: we moeten er als samenleving iets mee doen –
gaat niet vanzelf
 Meer en meer begint dit idee ingang te vinden
 Nieuwe politieke bewegingen spruiten voort uit de politiek strijd: bv.
1885 BWP
- In Duitsland in die periode: omwenteling: 1 e implementatie sociale
verzekering – waar Bismarck een collectief systeem heeft ingevoerd:
‘iedereen’ vallen onder het systeem waar staat garant staat voor
arbeider wanneer zich iets voordoet
- Verzekeringen gelinkt aan beroepstakken bestaat nog voort vandaag
Bismarck deed dat voor machtsbehoud, voor stabiliteit – anders kan de
samenleving niet voortbestaan
Vanaf die periodes: systemen van onderlinge bijstand werden wettelijk erkend
1893: algemeen meervoudig stemrecht -> socialisten kwamen in parlement dus
wetgevende macht begint ook te veranderen, samen met erkenning politieke
grondrechten => sociale grondrechten vastgelegd
1886, tijdens revoltes: rede van Koning Leopold II: de toestand van
arbeidersklasse moet ons bezigheden, en wetgever moet hier iets aan doen ->
langzaamaan toenemende rol van de staat en de overheid
Ook: Rerum Novarum van Leo XIII: de dag voor de christelijke arbeidsbeweging
om te vieren
- Verbod op coalitie, en wetten los van godsdienst => arbeiders
onverdedigd
 In korte tijd in de hoofden van mensen ideeën erover veranderd
 Hieruit Christelijke volkspartij ontstaan (tegenover de katholieke
categorie die aan kant van wetgevers stond)
+ zijn brief: katholieken die toen heel invloedrijk waren en alles mee bepaalden,
zagen hoe BWP heel populair bij arbeiders waren, dus begonnen zich ook te
bemoeien met lot arbeiders uit schrik voor communistische/socialistische revoltes
(zou tot andere samenleving leiden) -> dus zelfbehoud mee gemoeid
 Instrumenten ontwikkelen om arbeiders aan zich te binden en
duidelijke moralistische inslag te geven bv. ASLK oprichting –
subsidiering overheid: om arbeiders aan zich te binden, als mensen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studenttvh. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.65. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.65
  • (0)
  Add to cart