100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Vragen theorietoets blok 5 $3.20
Add to cart

Exam (elaborations)

Vragen theorietoets blok 5

 109 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Vragen theorietoets blok 5

Preview 2 out of 14  pages

  • November 13, 2017
  • 14
  • 2015/2016
  • Exam (elaborations)
  • Only questions
avatar-seller
Vragen die kunnen terugkomen in de toets

Pijnmodulatie: hoe ontstaat het?
Door een verkeerde (antalgische=pijnontwijkend) houding worden bepaalde spieren
aangespannen/opgerekt (compensatie) wat kan zorgen voor een verhoogde tonus. Hierdoor
kan een beklemming ontstaan voor de zenuwen en bloedvaten. Beknelling van de zenuwen
zorgt voor de uitstralende pijn en beknelling van de bloedvaten kan de oorzaak zijn van de
toegenomen pijn in het nek/schoudergebied en tintelingen.
De mechanische belasting heeft effecten op ons lichaam. In alle activiteiten die we doen,
vervormt weefsel en dat geeft aanleiding tot (noci)sensoriek. De mate van sensoriek kan
verschillen op basis van een aantal aspecten van de activiteit.
Door overbelasting kun je dus een hoge tonus ontwikkelen. De doorbloeding raakt dan
verminderd, waardoor afvalstoffen zich ophopen en de nociceptoren prikkelen wat zorgt voor
pijn.
Uitstraling ontstaat door een beschadiging of gebrekkige werking van het zenuwstelsel. Als
er ergens een beschadiging van de plexus brachialis optreedt, ontstaan er veranderingen in
het zenuwstelsel. De uitlopers worden actief en geven stroomstootjes af, waarbij pijn
ontstaat. Het gebied onder de beschadigde zenuw wordt overgevoelig.
Ook wordt er soms pijn ervaren als er helemaal geen prikkeling aan de zenuwuiteinden is,
de pijn wordt dus proximaal gecreëerd, meestal bij de verwonding van de zenuw (in dit geval
in de nek), echter de pijn wordt meestal distaal ervaren (in dit geval in de hand).
Door het continue contractie van de spiervezels ontstaan er pathologische crossbridges die
leiden tot een verhoogde tonus. Daardoor is de spier niet in staat om tot een normale lengte
te komen. Dit leidt tot een bewegingsbeperking omdat de bewegingsuitslag kleiner is.
De spier wordt meer geprikkeld en er worden meer spiervezels aangesproken. Er worden
meer vezels betrokken bij de krachtinspanning. De gebruikte vezels worden groter, waardoor
er hypertrofie van de spier optreed. Dit kan leiden tot een beklemming bij de bloedvaten en
zenuwen + een bewegingsbeperking.

Pijn
Pijn ontstaat door prikkelingen van de nociceptoren door de ontstekingsmediatoren
afgegeven door beschadigd weefsel. Pijnprikkels kunnen via verschillende pijnvezels binnen
komen, via A-delta en C vezels.

A-delta
- Gemeyeliniseerd (snellere geleiding door de vezels)
- Scherpe, goed lokaliserende pijn

C vezels
- Geen myelineschede (langzame prikkelgeleiding van de vezels(
- Zeurderige, chronische slecht te lokaliserende pijn

Het ontstaan en ervaren van pijn kan uitgelegd worden aan de hand van de poorttheorie.
Deze theorie gaat uit van het bestaan van een soort ‘pijnpoort’ liggende in de ganglia
(zenuwknopen) van het ruggenmerg. Dit poortmechanisme reguleert de binnenkomende
prikkels voordat ze naar de hersenen gaan. Er zijn 3 categorieën prikkels die de pijnpoort
kunnen binnenkomen, deze prikkels kunnen de pijnpoort openen (meer pijn) of juist sluiten
(minder pijn).

Categorie 1: A-delta vezels en/of C vezels openen de poort
Categorie 2: A-beta vezels, verantwoordelijk voor vervoer van onschuldige prikkels zoals
milde irritatie, aanraking, wrijving of krabben sluiten de poort.
Categorie 3: Prikkels die vanuit de hersenen komen. Dit wil zeggen; een psychologische
factor die van invloed is op de pijnervaring, openen of sluiten de poort, afhankelijk van het
signaal wat door de hersenen wordt afgegeven (negatieve emotie/opwinding openen de
poort en afleiding sluit de poort).

Deze 3 categorieën prikkels die de poort binnenkomen kunnen gezien worden als een
optelsom, waarbij categorie 1 de uitkomst verhoogd (meer pijn), categorie 2 de uitkomst
verlaagd (minder pijn) en categorie 3 de uitkomst verhoogd of verlaagd. De uitkomst bepaald

, in welke mate de poort open of dicht staat als het gezamenlijke signaal er doorheen moet.

Aan het einde van de poort in het ruggenmerg bevinden zich transmissiecellen die het
binnenkomende gezamenlijke pijnsignaal doorgeven aan een gebied in de middenhersenen,
waar uiteindelijk de pijnperceptie plaatsvindt.


Regels van Lovett (Jorritsma blz. 326)
De grondregel van Lovett zegt dat er geen reële zijwaartsbuiging zonder gelijktijdige draaiing
en er geen draaiing zonder gelijktijdige zijwaartsbuiging plaatsvindt.

De richting waarin de rotatie plaatsvindt bij lateroflexie is voor de verschillende delen van de
wervelkolom niet gelijk en van de graad van flexie of extensie afhankelijk.
Volgens Lovett gelden hierbij de volgende principes:
- In de cervicale wervelkolom vanaf C2 en in het proximale gedeelte van de
thorocale wervelkolom zijn de zijwaartsbuiging en draaiing gelijkgericht,
zowel bij flexie als extensie van de wervelkolom. Dat wil zeggen dat een
lateroflexie naar rechts gepaard gaat met een rechtsomrotatie (rotatie naar
de concave zijde).
- In het distale deel van de thorocale wervelkolom (ongeveer vanaf Th5) en de
lumbale wervelkolom zijn de lateroflexie en rotatie alleen gelijkgericht bij een
flexie van de wervelkolom. In de middenstand tussen flexie en extensie, maar
vooral bij een overstrekte wervelkolom, verlopen de lateroflexie en de rotatie
tegenovergesteld aan elkaar. Dat wil zeggen dat dan een lateroflexie naar
rechts gepaard gaat met een linksomrotatie (rotatie naar de convexe zijde).

Wat wordt verstaan onder een fysiologische beweging?
Een combinatie van bewegingen van de wervelkolom zoals die in de regels van Lovett
beschreven is. Voor de cervicale wervelkolom betekend dit een flexie of extensie in
combinatie met een lateroflexie en een homolaterale rotatie.

Een fysiologische fixatie ontstaat wanneer een fysiologische beweging leidt tot een
verandering van richting van lateroflexie of rotatie. Er wordt van een fysiologische fixatie
gesproken omdat hierbij de bewegingen van de wervels ten opzichte van elkaar beperkt zijn,
de wervels lopen als het ware vast op elkaar. De wervelkolom komt in een situatie terecht
waarin krachten worden uitgeoefend, die hij goed kan verdragen. De spieren zouden
hierdoor een adequaat aangrijpingspunt kunnen krijgen:
• Voor het verrichten van arbeid waarin bewegingen van de rest van de wervelkolom
deel uitmaken;
• Of om de wervelkolom te fixeren ten behoeve van bewegingen buiten het axiale
skelet om.

Instabiliteit
Actieve stabiliteit is het vermogen om een verstoring van de stand van een gewricht of een
bewegingsketen tegen te gaan of om een verstoring van een beweging tegen te gaan.
Wanneer iemand dus in de uitvoering van een bewegingstaak een plotselinge verstoring krijgt
kan hij die opvangen zonder dat de stand van het gewricht (hier de WK) of de beweging sterk
verandert.
Als de stabilisatoren niet goed hun werk doen ontstaat er meer de kans op rugaandoeningen.
Het lichaam gaat hierdoor compenseren waardoor er meer kans optreed op liesproblemen,
knieklachten, hamstringklachten etc. Men spreekt hier dus van instabiliteit omdat de
omliggende klachten een oorzaak zijn van een tekortkoming in de stabiliserende spieren. Een
oefenprogramma met als doel de activatie van het lokaal stabiliserende spiersysteem (de
dieperliggende spieren) is hierbij dus van belang.


Pijngedrag (6-stappen model + ASE-model)
Openstaan (voor de noodzaak tot gedragsverandering)
Begrijpen (en onthouden waarom er tot een gedragsverandering moet worden overgegaan)
Willen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esther4. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.20  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added